Bedoelde u soms?
casyn | colyn | copkyn | cossen | costyn | cosyn | coucy | cousen | cousin | cousine | couzyn

2 resultaten

1622-06-13 (1)

R.A.H. O.R.A. 1065 fol 113v
Transportregister Bloemendaal

schout en schepenen in Tetrode oorkonden dat Joost Hooftmans, garenbleker te Aelbertsberg, dewelke gekocht heeft van Hans Carelsz c.s, erfgenamen van Hendrick Pietersz, haerluyder cousyn, de opdrachtbrief gepasseerd 1622-04-30, ½ van ¾ part in weyland, groot in t geheel 7½ morgen, liggende gemeen met Claes Cornelisz Batten en Jan Cornelisz. Dewelcke daerin mede gecoft hebben van Pieter Claesz huydecoper en zijn zuster, mede erfgenamen van hun cousyn Hendrik Pietersz, volgens opdrachtbrief van 1622-02-21, voor ¼ part. Daar zij niet langer met elkaar in gemeenschap willen blijven, vindt verdeling plaats: Joost Hooftmans ontvangt de boomgaert met de croft land daeraen ten westen en mette laen aen de zuytzyde, zuid: Jacob Willemsz, oost: de erfgenamen van Pieter Jansz Couhorn en de erfgenamen van Fijl Aris, 2) een stuck duyns genaemt "de Veenberch", soals die tegenwoordig afgepaelt staet van de zuidzijde van Gerrit Jansz Allen dam lynrecht westwaerts tot aen de Dornencroft, noordwest: de erfgenamen van Pieter Florisz, noord en noordoost: Claes Cornelisz Batten en Jan Cornelisz, oost: Gerrit Jansz All, west: die gemene wal, streckende van het noorden zuytwaerts aen totte noorthoeckdam, 3) een croft lants gelegen ten oosten van de voorn. Veenberch, oost: de erfgenamen van Fijl Arijs, zuid: Joost Hooftmans zelf mette voors. croft en boomgaert, noord: Gerrit Jansz All. Belast met 2st jaerlijkse erfpacht

Jan Aelbertsz v.d. Noort, schout, Gerrit Jansz All en Gijsbert Pietersz, schepenen

1620-02-24 (1)

R.A.H. O.R.A. 1065 fol 29-35
Transportregister Bloemendaal

schout en schepenen in de ban van Heemstede en die in Tetrode oorkonden dat Johan Foppensz, nomine uxoris, Pieter van Heussen ende Steffen van Warmont voor haar zelven, erfgenamen van wijlen Cornelia van Heussen van svaderzyde, ende onder hun drien vervangende elcx heure respectieve staacken, te weten Johan Foppensz de staeck van wijlen zijn schoonvader Meynert van Heussen, Pieter van Heussen de staeck van zijn vader Dirck van Heussen, Steffen van Warmond de staeck van wijlen zijn grootvader Steffen van Heussen. Zij erkennen verkocht te hebben aan de Ed. Outgert Pietersz, oud schepen der stad Haerlem, een gedeelte van de hofstede genaempt Boekenrode, geteekent no 1 en no 2, groot 10 morgen 1 hont 29 roeden, zo wei- als hooilandt, eensdeels in Overveen onder den Anderen Hout, eensdeels onder Heemstede, waarvan Jan Aelbertsz nog 4 jaar huur heeft, volgens de huurcedulle en t extract uyt t Register bij Gerrit Velserman van zyn voors. zal. huisvrouwen goederen gehouden. 1) het perceel getekend no 1, wesende de noordercroft, daer t huys, bouwhuis en boomgaert op staat, groot 4 hont. belast metten gevolge met een jaerlicxe erfhuur van 1st 6 penn tbv de heerlijkheid Brederode, daerop ende op t suyder croftgen toebehorende Claes van Grool daer ter syden gelegen is competerende, zuid: Nicolaes van Groll, noord: Reijer Yeffsz en de erfgenamen voors., west: de wildernis. Met nog 2 percelen lants achter de noordercroft, mede getekend met 1, streckende tot aen den Aerdenhoutsvaert, groot mette laen eertijts aen de zuidzijde van de voors. 3 percelen met een sloot ofgeheynt geweest hebbende, 5 morgen 35 roeden, zuid: Nicolaes van Groll c.s, noord: Reijer Yeffsz en de voors. erfgenamen en de weduwe en erfgenamen van Ariaen Gael. Belast de voors. laen met 2 Brab. stuvers erfhuur tbv Brederode met alsulcke servituut van opdrift als de uijtgiftbrief van de voors. laen hier annex is medebrengende; 2) het perceel no 2: een stuk waydtlants groot 4 morgen 2 hont 64 roeden, zuid: de erfgenamen zelfs, west: Reyer Yeffsz en de wildernis, noord: de weduwe van Dirck Albertsz, oost: de weduwe en erfgenamen van Adriaen Gael, en de voors. erfgenamen. Koopsom 12100 Kar gld, te betalen in 3 termijnen

Johan Stevensz van As, schout, Dirck Leendertsz en Gerrit Cornelisz, schepenen in de ban van Heemstede, Johan Aelbertsz Colterman, schout, Joost Cousyn en Gerrit Pietersz, schepenen in de ban van Overveen