Smit | 1594-09-10

O.R.A. Alkmaar 893

Achternamenindex

Dirck Claes Smits, wonende in Akersloterwoude, heeft zich "vervordert om zijn beesten tot Purmereynd te slaen ende daerna thuijs te haelen en eensdeels te verkopen, deels te consumeren" (1595-05-27)

Akersloot

Herlaer, van | 1348~ (1345-1351)

Van Mieris II p 759/Matthaeus Chron Egm p 222, 223

Achternamenindex

twist over de tienden van Cole, Boekelsdyc en Bloemertsdyc met de abt van Egmond, die beweerde dat deze tienden als een recht leen aan hem vervallen waren bij de dood van de vrouwe van Rotterdam heer Dirk Boekelsdochter. Zij huwde met heer Simon van Teylinge die belening verzocht aan abt Hugo Mensenz (1326-1345); "daerna doe Haer Symon doot bleef, versochte sijn wijf die tiende, daer veel goede luden over waren, voor Haer Willaem van Rolland, die doe abt was, dies hij haer niet doen en woude"; "Daerna na sij Haer Gerrid van Harlaer te manne, die t oock mede aen Haer Willem van Rolland versochte" zonder resultaat; "Doe seyde Haer Gerrid van Harlaer dat elck man nam, dat hem besciten mochte. Daerna en versocht sij dat goet niet, also langhe alse levede, maer bleef daer in sitten met gewelt.... etc"

1368-04-03 (1367) |

R.A.H. 44 fol 190v/Reg Albr. IV fol 115

Haarlem Algemeen

lovede mijn Heer Hughen Asenier tafel te houden ende sijn neringhe te doen binnen Haerlem, ghelikerwijs alse ander himbaerden deden ende doen in Dordrecht, ingaende nu op Meyendach, duerende 4 jaer lang daerna

Hillegom, van | 1457-1458

Thesauriersrekening Haarlem 1457-1458 Verv I

Achternamenindex

"op 27 reizen ter Goude, Jacob Gerritsz van Hillegom en Dirc Soyersz als men daar die sluys zoude verhuren; cort daerna reisden weder ter Goude Allyn Claesz, Floris Hoenxelu Aerntgen om te ondertasten dat men een deugelijke ordonnanite voor die sluis en duervaert mochte maken"

1499-06-12 | Kortenhoef

Leenregister Huis ten Bosch bij Uitermeer 138bis fol 3v

Jaartallenindex

Ghijsbert van Duvenvoerde beleent Pieter Claesz een acker lants gheleghen tot Cortehoeve in die sate daer Jacob Evert Jacobsz.z.z op te wonen plach, ende Jacob Evertsz te leen hield van de hofstede t Utermeer ende daerna Gheryt Jansz gelyck dat blijct bij den regesten van derselver hofstede. Tot een onversterfelijk erfleen, te verheergewaden met een jaar renten (vgl 1520-07-25)

Pieter Jacopsz, Gerit Hermansz, leenmannen

1361-04-25> | Schepelingenberg

Jan van Leiden: Kroniek Egmond editie 1732 p 108

Jaartallenindex

op 25 april 1361 werd een schuur van het klooster Egmond verbrand. Daerna werd groot geraas gemaakt vóór de kerkdeur van de abdij. Na dezen zijn er 3 monniken van des kloosters wegen na Schippelingen tot hertog Albrecht, die ten dien tijd aldaar gekomen was om van de Kennemers tot voogd zynes broeders, hertog Willem, die krankzinnig geworden was, gehuldigt te werden, getrokken etc

Barendrecht, van | 1330

Rek Hen Huis I bl 127

Achternamenindex

ontvangsten van Jan heer Gillisz, rentmeester van Zuidholland van de bede in Zuidholland, "daer die dach of was te Bamisse int jaer 1330 van der helft ende van der ander helft daerna te Meye in t jaer 1331": - in Berendrecht, heer Jans ambacht 10 £ 10 sc; - in Berendrecht, heer Clawaerds ambacht 7 £

1405-01-05 (1404) |

R.A.H. Coll Aanw 69 fol 5v, 9, 9v, 13v/Mem B.H. fol 4v, 7, 7v, 10

Haarlem Algemeen

geleide voor Gheryt Albout, Jan Lottynsz, Allaert Salomonsz, Peter van den Woude Willemsz, Jan Verdeboutsz en Gheryt Aerstsz, ingaende an Sonnendage e.k. en daerna durende een maand lang, uytgeset dat sy binnen der stede van Haerlem niet komen en zullen; 16 Jan. gaf myn heer geleide allen dengenen, die om doods wille Symons van Zaenden gheruymt sijn ende voortvluchtig zynen lande geworden, en allen dengenen, die om deze vechtelix wille dat laetste geschiet is binnen Haerlem op St Pietersdach Vincula l.l.ende ut sinen lande getogen ende voirtvluchtig zijn geworden, veylich duer sinen landen te comen tot Wassenaer, tot Catwyc op ten Ryn, of tot Noirtwyck ende nergens anders, ingaende op een Sonnendage e.k. ende gedurende daerna een maent lanc etc. Op 21 jan. d.a.v. geeft myn heer dezelfde personen geleiden veilich te comen overal in myns heren landen, ingaende op en Sonnendage e.k. en daerna durende een maend lanc etc, behoudelic dat sij noch geen van him daerbinnen niet comen en sullen binnen der stede van Haerlem. Op 29 Jan. d.a.v. gaf mijn heer geleide Jan van Huessen, Dirc van Huessen, bastaert, sinen broeder, Gheryt van Spernewouden, Henric Huge Rodenz, Pieter Andriesz, Willem Symonsz der stede clerc, Jacob jonge Jansz, Claes Jacob Everaert Jansz, Dirc Jansz, Gysbrecht Hobbenz en Pieter Terninc, ingaende op morgen en durende 14 dagen lang

Weteringe, van der | 1459-03-22

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 157

Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Meus van der Weteringe verzocht zijn goed na dode van zijn moeder en maakt voor zijn zuster Eese 6 Joh Beyers gld erfrenten uit zijn leengoederen, die zij in leen ontvangt; "daerna ontfeng Eese dat heele goet, doe was die verlidinge doet; nu Eese zyn zuster, Jan Brantz wijf"

mannen: Goessen Bosch, Jacob Meusz

1620-03-29

R.A.H. O.R.A. 2100 fol 28v

Transportregister Egmond

baljuw, schout en schepenen van Egmond oorkonden dat Jacob Aelbrechtsz, buerman tot Egmont op die Houve, geeft aan de E. Louff van Harlaer onherroepelijke volmacht om namens hem te ontvangen van Adriaen Pietersz Theunen en zijn borgen ofte erfgenamen alsulcke drie custinge per jaar tot 398 gld, als de voorn. comparant te spreken heeft op de voorn. Adriaen Pietersz, Pieter Pietersz, Jacob Pouwelsz tot Reijnegom, zijn borgen, over de custingpenn. van t huys en erve aldaer de voorn. Adriaen Pietersz in woont, welke custingpenn. gereduceert zijn tot gereert [!] gelt, ende bevonden synde te bedragen ter somme van 1058 gld om daeruijt betaeld te werden by de voorn. Haerlaer, eerst aen Aris Jansz over de eerste custing van het huys en erf by de voorn. Jacob Aelbrechtsz van hem gecoft, ende daerna aen Cornelis Claesz byersteecker van de Visch cicoon [croon ?], of zijn brouwer een besteckbrieff van 400 gld en 77gld 8st van gehaelde bieren. En daerna aan Sr Nobel tot Alckmaer in mindering van een cappitaele somme van 400 gld losrente: 200 gld met 50 gld van verloope rente, met welcke last t voorn. huys en erve daeruyt dese custingpenn. spruijten mede belasting ende de vordere penn. bedragende 130 gld aen den voorn. comparant Jacob Aelbrechtsz. Denvolgende heeft de voorn. comparant de voorn. custingbrief geheel in handen gesteld van de voorn. Harlaer

Jacob van der Nieustadt, baljuw, Reijn Ysbrantsz (met zijn merck) en Jacob Heindricsz, schepenen