1 resultaten
1541-03-12 |
R.A.H. Coll Aanw 123 Caput Asperen, Altena fol 5v, 7v
Jaartallenindex
leenmannen van Holland oorkonden dat Cathelijn Danckaertsdochter met Cornelis Lauwerensz als haar gecoren voogd, verklaarde dat zij gebrekkig is van lichaam en niet reizen kan, en daarom volmacht geeft aan Jan Folpertsz om namens haar haar leen te verheffen, geheten den Rouff, groot 6 morgen land, gelegen in de parochie van Slewijc [er staat: Slebbijc] in den lande van Altena, haar aangekomen bij dode van haar broeder Wouter Danckaartsz. Zij geeft Jan Folpertsz tevens volmacht om het leen daarna over te dragen aan Willem van Rijebeeck, dyckgrave van den lande van Altena. Met het verzoek om Willem van Ryebeeck hiermede te belenen, zoals wijlen haar broer Wouter en diens voorzaten dat tot nu toe gehouden hebben. Styl van Utrecht; 1541-04-05: Catharina Danckaars wordt met deze 6 morgen in Sleewyck beleend. Hulde doet voor haar haar gemachtigde Jan Folpertsz
leenmannen: Joost van Ryswyck Joostenz, met zijn zegel, en Neij Antheunisz, die zijn zoon Matheus Neijdenz verzoekt voor hem te zegelen, daar hij geen zegel heeft; 1541-04-05: Engel Dircsz, rentmeester van de heer van Cruninghen, Cornelis Barthouts, Willem van den Criep, Jan van den Woert, Anthonne Lebucq, Jacob van Boschuysen