1502-06-23 |

Inv Arch H. Geest 's Gravenhage dl II regest 531

Jaartallenindex

notaris Dirck Judocusz instrumenttert dat Jan Meijnertsz en zijn vrouw Elisabeth Willemsdochter hun testament maken: 1) zij willen begraven worden bij de Predikheren in den Haghe, 2) aan het convent van de Bernardieten te Heemstede vermaken zij een stuk land in het ambacht van Heemstede, dat Bartelmeus Pietersz voor 4£ Holl 5 gr nu in erfpacht heeft, voor een wekelijkse mis, 3) aan de kerk te Hillegom een stuk land in de kleine Zyllick dat nu bij de weduwe Jan Mathysz voor 6£ Holl en 5st sjaars in gebruik is, en een rente van 11 st sjaars uit een croftge land nu in gebruik bij de weduwe Symon Reyersz, voor een wekelijkse mis etc, 4) aan de H. Geest in den Haghe een croft land van 9 hont te Hillegom die Dirck Pietersz tegen 6£ Holl sjaars gebruikt. Jaargetijde etc, 5) aan de Predikheren in den Haghe: ½ van een huis in de Toornstraat, als geheel belast met 2£ Holl sjaars. Begrafenis daar en jaargetijde. Jan Meynertsz behoudt voor zich de beschikking over 15 st sjaars gaande uit een stuk land onder Dorscoten [Doen ?] bij Jacob Bettenland, dat deze Jacob nu in gebruik heeft. Losbaar den penning 15. Elysabeth behoudt de beschikking over 1 morgen land in het land van Cornelis Louwerysz, wonende in het ambacht van Lyss, die deze Cornelis voor 15st sjaars in gebruik heeft. Deze morgen staat in het hofboek van de rentmeester-generaal van Holland op naam van Jan Meynertsz, en wordt jaarlijks verzocht aan de klerk van de rentmeester tegen 9 doyts

getuigen: Johannes Dirksz, Jan Jansz van Schellacht