10 resultaten
1517-04-04 (1516) |
A.R.A. 490 no 314/Sent. Hof van Holland
Jaartallenindex
Aernt Joryszoon eischer in cas van Reformatie contra Philips Meeuszoon, contenderende de voirs eysscher mit goede sake ende reden voor desen Hove betoegen te hebben een zeker vonnis gewesen bij de gerechte van der Liere, tot achterdeel van eischer en voordeel van gedaagde ter cause van een rente van 8 Rynse gld sjaars voirtijtst vercoft bij wijlen Dirick van Dorp een Jorys Jan Willemsz, vader van den eysscher, ende versekert op 4 morgen lants gelegen in den ambachte van Maeslant, toebehoerende ende aenbestorven de huysvrouwe van voirs. verweerer als dochter ende erffgename van de voirs Dirick van Dorp, welcke renten den eysscher toebehoerden als erffgenaam van wijlen zijn vader Jorys Jan Willemsz, dairvan een jair verloepen ende verschenen was Agniet anno 1505 secundum cursum Curiae. Hij verzoekt vernietiging van het vonnis van de Lier en veroordeling tot betaling. Het Hof vernietigt het vonnis van de Lier en veroordeelt gedaagden tot betalen
1516-09-19 |
A.R.A. 490 no 101/Sent. Hof van Holland
Jaartallenindex
Jan van Treslonge contra mr Claes van Lekesteijn (!), voor hem selve ende als de saeke sustinerende voir Jacob Stalpert, roerende zekere penn. bij den eischer geeischt. Het Hof beslist dat gedaagde, niettegenstaande de brieven van Z. Maj. antwoorden zal zoowel ten principale als op tie provisie van namptiss. bij den eysscher geeyscht
Pauw | 1581-10-28
Schepenrol van Monnikendam 3537
Achternamenindex
tussen Pau Gerritsz eysscher ende Lieven verweerder wert verclaert dat Pau Lieven op nieu sall verdaegen tegen den naesten rechtdach; 11-25: verwyzen schepenen de zaak tussen Pau Gerritsz en Lieven Jacobsz naar de uitspraak van goede mannen; 12-01: dezelfde uitspraak
Pauw | 1579-12-03
Schepenrol van Monnikendam 3537
Achternamenindex
heeft Adam Pietersz van Randorp, eysscher, ter eenre, op ende tegens Pauw Isbrantsz gedaechde, ter andere zijde, geprotesteert van alle costen, schaden ende interessen die hij soude moghen doen. Schepenen condempneren Pau Isbrantsz op te legghen ende te betalen Adam Pietersz van Randorp alsulcke bomerije als hij hem is eysschende na vermelden zijnen obligatie
Dommer | 1478-07-24
Sententien Hof van Holland 15 fol 132
Achternamenindex
proces voor het Hof van Holland tussen Jacob Dommer Gijsbrechtsz, eiser aan de ene zijde en Claes van Dobben Jansz verweerder aan de andere zijde, "seggende ende proponerende die voirsz eysscher hoe dat hij onlanx voir den schout en gerecht van Amers tegens den voorn verweerde duigplichtich geweest is omnre ende ter cause van een vierendeel van een zegen, te weten omme die penningen van dien Langende"
1526-03-11 |
R.A.H. Coll Aanw no 477
Jaartallenindex
questie en geschille tussen Jacob van Zaenen als eysscher en Jacob Dircsz als gecoren voogd voir recht van Marytgen Claesdochter als verweerer, roerende van een stucke lands leggende tot Langedyk in der banne van Braeck, noord: Doede Jansz ende Philips Roencxz, west: Dirck Syvertsz, oost: die Heerenwech. Welk land leengoet is, in leen gehouden van de graaf van Egmond. Ende tselve lant aengesproken van Jacob van Zaenen met een zeventuich. Deze personen geven als uitspraak: Jacob van Zaenen heeft een zoon die in de priesterlijke staat hoopt te comen. Zij vinden het land aan Jacob toe, daarna te komen op zijn voors. zoon (vgl 1527-09-13)
het zeventuig wordt gedaan door: Jan Pietersz, van Swaeck, Meyert Sibet Simonsz, Philips Roncxz, Cornelis Jacobsz, Dirck Sivertsz, Sybet Meeusz, met hun merken
1516-10-22 |
A.R.A. 490 no 109/Sent. Hof van Holland
Jaartallenindex
Jan Cornelisz als man en voogd van jvr Angniese Florijs Heermansdochter, eysscher in cas van reformatie, contra jvr Florys van Craken mit hoeren voecht Cornelis Heerman, roerende een vonnis gewezen bij den gerechte der stede van Leyden. Aengaende zekere rentbrieven wesende in handen van den voirs. verweerster, spreekende op landen leggende in Beverwijck bij den eyscher geeyscht maintenerende die zelve rentbrieven him ende zijn huysvrouw toe te behoeren. Hij eischt restitutie van deze brieven. Gedaagde antwoordt dat deze brieven hoer gegeven wairen in willigen pande van jvr Angniese Florys Heermansdochter, haer moeye, totdat zij betaelt waire van de somme van 100 croenen. Het Hof verklaart het vonnis van Leiden echter terecht gewezen
1516-10-22 |
A.R.A. 490 no 107/Sent. Hof van Holland
Jaartallenindex
Jacob van Rietvelt mitsgaders de procureur generael voir interest van onsen gen. Heeren, contra Thyman van Waveren. Eischer eischt dat gedaagde zijn handen zal aftrekken van zekere leengoederen geheten den Noert, gelegen in Goylant in Billermermeerbrouck ende him niet te stecken int ontfanck van den vruchten van dien, en dat de eischer voorts ontvangen zal de vruchten dier leengoederen. Waartegens de voirs gedaichde geexcipieert heeft, sustinerende dat hij als gespolieert van zijn de possessie eerst gerestitueert soude zijn tot zijnder possessie ende voirs. eysscher verclaert vervallen te zijn van zijn recht dat him soude moegen competeren tot de voirs. goeden daer questie omme is. Het Hof verwerpt de exceptie van gedaagde en beveelt dat deze binnen 14 dagen zal komen antwoorden op den eisch
1516-07-21 |
A.R.A. 490 no 77, 78, 79/Sent. Hof van Holland
Jaartallenindex
mr Claes van Essche en zijn consorten, erfgenamen van wijlen Jan van Essche contra de weduwe en erfgenamen van wijlen heer Geryt Entsz, ridder, roerende een geldsom. Het Hof ordonneert dat gedaagde ten principale zal antwoorden. Mr Claes van Essche contra Philips van der Does, roerende zekere som van penningen door den impetrant geeist. Het Hof eist dat zij zullen dienen van schrifturen. Mr Claes van Essche contra de weduwe en erfgenamen van wijlen Pieter Huygezoon, roerende zekere schulden die Pieter voorn. schuldig was aan Philips van der Does "omme dairan te moegen verhaelen alsulken actie wesen als de voirs. eysscher den voirn. Philips voir den Hove eysschende was, alsoe hij him onthielt in Oistvrieslant". Gedaagden ontkennen iets onder zich te hebben van Philips voers. Het Hof ordonneert dat de partijen hun stukken zullen overleggen
1641-04-10
Schepenrol van Egmond Inv 2083
Transportregister Egmond
Nicolaes Reusius, dienaer des Godd. Woorts, in cas van garant, contra juffr. Marija Mathijs, weduwe van Isbrant van Rietwyck, wonende tot Rotterdam, gedaagde. De eysscher seijt dat des gedaagden overleden man bij sijn leven hem heeft vercocht en met behoorlijke brieven van quytschelding in eigendom heeft opgegedragen een stucke lants genaemt "de Noorderhoef", groot 3 morgen, gelegen alhier tot Egmond, en dat voor vrij suijver land sonder enige belastinge. Ende alsoo jegenwoordig bevonden werd, dat hetselve lant is verbonden voor die waernisse van een stucke lants genaemt "de noordzijde van de oosterwilsnes", waerover hij eischer bij Adriaen Jacobsz van de Wijck, fabriekmeester tot Alckmaer, als procuratie hebbende van Jan Jansz Camerlingh, burgemeester, en Sieuwert Laeckeman, raad en oud schepen tot Enckhuysen, als mombers over Jeffgen Sieverts, mitsgaders Lucas en Reijns Sievertsz is betrocken voor desen gerechte omme henluyden te vrijen en quaran deren, mitsgaders costeloos en schadeloos te houden van soodanigen eysch en conclusie in cas van garant als Willem Symonsz van Castercum in de naam van Griet Willems, syn moeder op haar hadde gedaen en genomen. Soe concludeert eyser dat gedaagde zal worden gecondemneert hem tegens de voors. Adriaen Jacobsz q.q. te vrijen en quaranderen, en costeloos en schadeloos te houden