236 resultaten
Boekel/Bokel | 1291
Batavia Illustrata bl 1191
Achternamenindex
Gysbert Beeckel, ridder in het jaar 1291 en zijn zoon Gysbert, schildknaap, ter buyt gaende voor die van Amstel
1522-02-26 |
G.A. Monnikendam 154 fol 41/Diversorium Galileaconvent
Jaartallenindex
schepenen der stede van Monnikendam oorkonden dat Pieter Houwer van Monikendam heeft opgedragen sijn eygendom in drie stucke lants den convent van Galilea bij Monikendam, gheleghen bij dat cloester, belend oost: dat pat nae den cloester voers. gaende, west: Jaep Walravensz weer. Opschrift: van Claes Jan Ymmekes lant
Wyffliet, van | 1374
De Raadt IV p 65
Achternamenindex
leen van Philippe [?] van Tudekem: "drie dachwant lants liggende bynnen den byvange van Tuydekem ende den wijndt van eenre wintmoelen op een halff buender eygens, dat driessch is, dair die voorscreven wintmoelen opgestaen heeft, liggende tusschen die erven wijlen Petes Wyfflet aen deen zyde, ende wijlen Jans van der Borch erve, aen dandere, streckende mitten eenen eynde aan die heerstrate van Wezemale te Herent weert gaende"
1526-10-20 |
Oude Hof Alkmaar bij charters no 14
Jaartallenindex
leenmannen van Holland oorkonden dat Aef Jacob Gavendochter in gesonde lyve gaende en staende, in bijwesen van haar zoon en bestorven voogd Gerrit Dircsz, erkende dat alsulke makinge en gifte als sij gemaect en gegeven heeft in eenen testament dat oude Bagynhof binnen Alkmaar, dat hetselve testament nog haar uiterste wil is (vgl 1527-09-06)
Jan Jansz, bailliu van der Nyenburch en Gheryt Heynricsz van Voshol, leenmannen
1500~ (4) |
G.A. Monnikendam Inv 154 fol 88-93v/Diversorium Galileaconvent
Jaartallenindex
Item Van Gheryt Paeuwen Twie Stucken Lants: Voort gaende duer die Nuwedam ende comende op die ofrel of driespronck daer men gaen te Edam, daer legghen twie stucken lants die wij ghehadt hebben van Gheryt Paeuwen ende sijn 8 deijmt lants, ende legghen after Heijn Pietersz lant, en soe hebben wij die hoghe dyck twie voet of drie van die westerhorn oestwart op tot dat mids van die slote van t voers. lant. Ende sijn tsamen 16 rood dycks, een rood is 14 voeten. Item noch van datselfde lant noch 2 rood dycks op die Crom in Katham voerbi Jan Haghes ende Heijn Pietersz is onse lenden. Item noch datselfde land twie rood dycks herwert gaende nae Katwouder sluus ende Heijn Pietersz is onse lenden ende dese dyck is mit twie palen ghemerct. Ende soe hebben wy als van desen twie landen 20 roeden dycks
1518-07-05 |
Genealogie v.d. Does Voorburg fol 20/Familiearch Bredius/Hof van Holland
Jaartallenindex
compareert voor het Hof de procureur van jvr Elisabeth Cornelisdochter in den name van hare kinderen die de dijkgraaf van Oost Barendrecht had doen dagvaarden "nopende die schattinge van beesten". Hij had, zoals gedaagde stelt "zeekere paarden bevonden op den ouden dyck gaende geaenvaert ofte geschut gehad". Op 26 oktober opnieuw hierover. Zij heet hier weduwe Philips van der Does
1538-07-20 |
V.R.O.A. 1920 dl I p 374 regest 221/Arch Kasteel Duivenvoorde Inv 445
Jaartallenindex
Geryt van der Laen verkoopt aan mr Willem Pynssen heer van der Hoffennen, Raad ordinaris in Holland, de drie rentebrieven: 1) 1527-01-09 (regest 203), 2) 1527-08-16 (regest 204), 3) 1531-04-19 (regest 210), benevens nog een rente van 2 Philip gld sjaars gaende uit goederen te Noertich van Huych Ghysbert Jacob Stevenz en zijn moeder Cornelie Huge, van welke rente de oorspronkelijke brief is verloren
1537-08-17 |
R.A.H. Coll Aanw 120 Caput N.H. fol 52v
Jaartallenindex
Karel oorkondt dat voor zijn stadhouder van lenen Jacob Adriaensz van den Wiele alias Stalpert hem opdroeg tbv onze getrouwe Raad en gecommitteerde van onse domeinen en finantien, die ambachtsheerlijkheid van Ruyven met 21 ½ morgen lands aldaar, mit 50 morgen lands den voors. Jacob hier voortyts getransporteert bij wijlen jvr Mathieu van Boschuysen, daeroff 5½ morgen bruyckt Adriaen Allaertsz, beginnende in t west uyter Schye en gaende oostwaerts op onder de Roterdamse wech, tot an de ander 44 morgen lands den selven mr Vincent toebehorende, ende aen 23 morgen lants hierna volgende, ende de 16 morgen uijt de voors. 23 morgen oostwaart, an de voors. 5½ morgen gelegen, die Jan Claessensz op t gat bruyct, van welke 23 morgen den voors. Jacob Stalpert behoort in t oosteynde, beginnend van de Delfgausche wech toe gaende westwaert alleenlycken 7 morgen, ende daerenboven heeft de voors. Jacob noch overgegeven en getransporteert 6£ van 40gr jaarlijkse rente, staende op 66 morgen gelegen bij onser stede van Delft, behorende an de voors. ambachtsheerlijkheid, zulcx ende in alder manieren als hij ter erfleen houdende was. Zo is het dat wij de voors. mr Vincent met dit alles beleent hebben, tot een onversterfelijk erfleen
Adriaen Stalpaert, Raad en rentmeester generaal van Kennemerland en Vriesland, Jasper van Treslong, Cornelis Barthouts, leenmannen
1500~ (3) |
G.A. Monnikendam Inv 154 fol 88-93v/Diversorium Galileaconvent
Jaartallenindex
Item Van Koelkeweers Uterdijck et Ceteris. Gaende voert nae den Nuwendam 4 of 5 roden van die ofrel of driespronc daer men gaen op die Purmerdyck, daer heb wij legghen 6 voet dycks van Koelkes uterdyck. Ende onse avenant van mollersdyccamps uterdijck ende Dirc Florijsz uterdijck, tsamen 6 voet, want een yghelic deympt heeft hier 4 voet dijcks, want dese uterdycken en syn niet of sletich als die rietlanden ghemeenlic sijn, want alle offsletinghe landen buten der Purmerdyck het si rietlant of neslant, dat heeft op die Nyedam 5 voet dycks. Ende alle lande die niet sij ofsletich als Koelkeweers uterdyck etc, die hebben op die Nuwedam 4 voet dijcks dat deympt. Item gaende voert noortwaard op, daer hebben wij legghen after spue after t huus 12 voet dycks van onse drie landen voer t huus gheleghen an een vant riet lants, ende daer noortwart 2 voet dycs van Joest Jansz lantgen. Ende voert noortwardt daeran noch legghen 6 voet dycks van Hilgont Aems uterdijck. Aldus hebben wi hier an een legghen 20 voet dycks ende an beyde zijden oest ende west van die dyck beneden bepaelt mit twie palen
Cock, de | 1436-04-25
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 344
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: abt Willem van Huekellem oorkondt dat jvr Adriaen Johan Cocksdochter hem opdroeg "die tiende in oudelant van der Rotte totter ouder Vrijer Wedeme toe, die nu heet Oudsiers ka[de] van Kralingen, ende voirt gaende totter ka van den Nywenlande toe. Ende den smaltiende van Geilwijck", zoals wijlen haar vader van de abdij in leen hield; vervolgens wordt Geryt Petersz hiermee beleend, tegen een pacht van 8 scellinge Holl per jaar; in margine: "anno 1499 Jan Jansz bij Rotterdam"
mannen: Tyman Deel [= Dedel], Matheus Gysbrechtsz