3 resultaten

1570-09-15 | Heemskerk

R.A.H. Coll Aanw 138 Caput Kennemerland fol 65v
Jaartallenindex

koning Philips beleent Geryt die Grebber na dode van zijn vader Jan de Grebber, in zijn leven baljuw van die Beverwijk, met 10 oude garssen lants mitten aenwerpen, gelegen by den huyze van Heemskerck, tusschen den cingel van den huyze ende den ouden hoff, ende is geheten "Wyven venne", west: Joost van Zijl, oost: Willem Six, zuid: het huijs te Heemskerk, noord: Dirrick Gerritsz, te houden tot een onversterfelijk erfleen

mr Cornelis Oem, Pieter Herweijer, Pieter Gerritsz, leenmannen

1517-09-24 (I) |

R.A.H. Coll Aanw 241 fol 280/Mem Sandelijn fol 136
Jaartallenindex

compareerde voor den Hove etc Jan van Heemstede, soen van wijlen heren Rolant le Fevre, riddere, ende jvr Marie Claes Corfsdochter, zijn geechte huisvrouw, en erkennen uit sonderlinge nootsaecken die hemluyden nu overcomen sijn en de meeste scade mitten minsten te verhoeden, vercocht te hebben Thielman Dulekum, meester van de rekening van Holland, de somma van 80 gouden Philip gld sjaars eeuwige erfelijke renten. Losbaar met 1280 dergelyk gulden. Zij stellen tot onderpand: I) 1) een woeninge ende gesaete mitten lande daeraen behoerende, gelegen in de ban van Heyloo en bruict nu Claes Claesz. Te weten huijs mitten werve mit 2 croften voer de duer, groot 8 coeweiden, 2) een stuk land groot 6 coeweyden, 3) een croft bewesten den oestersschen wech, daarin begrepen 28 want land, 4) 3½ want geestland bezuiden de Vroonlaen en bewesten de Middelwech, 5) 3 geersen hooiland in de Merch, 6) 11 garssen maedlants in die gemene made, 7) een stucke hooilands genaempt t middel vant, groot 31 geersen, 8) een weijde lants bewesten tot aen die Ye, ende is dat uyterste lot groot 8 coeweyden, 9) twee stukken saetland groot 4 want bewesten de crom van de Vroenlaen, die de voors. Claes Claes al te samen in hure heeft om 100 R gld tot 20 st sjaars (zie vervolg)

1517-09-24 (II) |

R.A.H. Coll Aanw 241 fol 280/Mem Sandelijn fol 136
Jaartallenindex

(vervolg akte) II) nog een ander woeninge en gesaet in Oesdom bij der capelle geheten OVr capelle tot Roemputte, die Naen Dirck Jacobsz nu ter tijt bruict, 1) dat huys mitten werve, 2) een weijde lants gelegen an dat westeijnde van dat huijs aen een plecke, groot 13 coeweyden of 21 gars, 3) 35 want gelegen aan 9 stucken, aen de noordzijde van t huijs 14 want 5 want aan de zuidzijde van Griete Huge Aerntsz weduwe croft. Noch een acker in die Leije, groot vijf vierendeel wants. Noch 3 want an die oostzijde van Sybrant Aerntsz croft. Twee want benoerden Jan Dirksz tuyn. Eén want tussen Ysbrant Aerntsz en Huge Aerntsz croft. Drie want an die noordzijde van die Capelle laen. Een acker bezuyden die capelle, groot 1 want. En 4 want an dat oesteijnde van der Capellen laen, 4) 13 gerssen madelants gelegen an 11 stucken in de gemene made, 5) een stuck zaedlant groot ½ wandt, 6) 4½ want zaedlant in die nieuwe croft, 7) zeven vierendeel wants en 20½ roeden gelegen noordoost aen de nieuwe croft, 8) 3½ want en 5 roeden zaetlants in deselven croft, 9) 8 want geestlant gelegen bij die lage laen, 10) 9 vierendeel maden bynoerden de moer aen 3 stukken gelegen in die gemene made, 11) 4 garssen maedlants in de voors. gemeene made, 12) een weide gecomen van Willem Gillisz, groot 4 coeweiden die de voors. Naen Dirck Jacobsz tesamen jaerlijks ook in hure heeft voor 82 R gld. In margine: op 1518-08-30 heeft Jacob de Jonge, auditeur van de camer van de Rekening in den Haghe getoent in de griffie deze orig. akte gecasseert als gelost en gequeten sijnde, dat men daerom dese akte soude willen royeren [akte is doorgehaald]