1458-05-06 |

G.A. Haarlem Inv I 1633 fol 13v/Cartul H. Geest Haarlem

Haarlem Algemeen

ick Dirick van Waterlant als een erfname van wijlen mijnen broeder Willem van Scoten, ende ick Geertruyt Willem van Scotens weduwe met mijn zoen Jan Wiggherssoen als voogd, oorkonden also als Willem van Scoten in voorleden tijden vercoft heeft ghehadt Gherrit Steffenszoon en Heinrick Steffensz, gebroeders, tesamen een campe lants van 4 morgen groot, geegen in den ban van Adikendamme, op een bannewateringhe gheheten die Vliet, die aen die westzyde leyt, oost: Gerrit uyten Haghe met een campe lants ghemeen mitte kerke van Velzen, streckende van der lane zuytwaerts an Aelbrechts campe uyten Haghe, welcke coop voors. wy belyen als erffnamen vast ende ghestaede gehouden te blyven, verder beloven zij dit land vrij te waren. Ende also alst Wyntgen Dirricksz onsen broeder hem vermadt bij zijn levende lyve recht ende toeseggen te hebben op desen campe voors. roerende van zynder ouders erfnisse, so is nu op dese tijt gecomen Lysbet Wyntgens weduwe met haar zoon Dirck Wyntgenszoon als voogd en als voogd van zijn broeder ende susteren, en doen afstand van al hun aaspraken op dit land. Bezegeld door Dirrick van Waterlant, daar Geertruydt en Lysbeth zelf geen zegels hebben, zoo zegelt Gerrit uyten Haghe, onse neve, voor hen, deze voldoet hieraan op verzoek van zijn nichten