1530-08-08 |

R.A.H. Coll Aanw 118 Caput Z.H. fol 80, 81

Jaartallenindex

leenmannen van Holland oorkonden dat heer Lodewijk van Praet ende van Moerkerken, ridder, ons opdroeg tbv Gheene Luijtenz, 7 morgen uit alsulke 12 morgen lands gelegen in Puttershoek, binnensdijk, aen 6 morgen lants aen een huijs aldaar, genoemd "dat Oude Hoff", en dat hij Ghene Luytenz, timmerman, hiermede gaarne wil doen belenen. Op 1530-08-12 beleent Karel Gheene Luytensz, timmerman, met dit leen. Heer Lodewijk blijft zelf de 5 morgen uit de 12 morgen, waarvan hij er nu 7 overdraagt, in leen houden

Vincent Dammas, auditeur v.d. rekenkamer, Cornelis Barthoud, Anthonie le Bucq, Jan Gans, Simon van der Does, leenmannen

1326-06-22 |

A.R.A. Copie Leenkamer no 27 fol 58/L.R. 11 fol 19 (Vriesland)

Jaartallenindex

graaf Willem oorkondt: dat wij Yseke Satkins (Satleints ?), die houderesse es van desen brieve, ghegheven hebben te tappen sonder tollen alsulck bier als Yseke voirs. tappen sall, binnen hoersselfs huyse, daeroff gheene tollen te gheven. Dit sal geduren tot onsen wederseggen

Wendelnesse, van | 1343-06-19

Rek Rentmeester Zuidholland p 246

Achternamenindex

uitgaven: "omme goede willen ghegheven in aelmosse van myns heeren ts graven weghin bi Gillys van Wendelnesse, daer mijns heeren clercke gheene rekeninghe of doen en zullen, 50 scilde, den scilt voer 12 sc, maect 30 £"

Blokland, van | 1410

Codex Dipl Neerl dl 3 p 130

Achternamenindex

gebreken van de hertog van Gelre tegen die van Holland: - "op Broenis gebreke van Bloclant als van den copien die hi overgeeft op die amboechtsheerlicheit van Bloclant, sprekende etc. seggen onss gededigen heren raide ende vrienden van Gelre, dat die altste copie op Broenis niet en spreket, ende die brieven van den ander twe copien en hebben die gheene niet gegeven die ennighe heren t Arkel waren of noch sijn, so dat die brieve van geen werde en sijn"

1322-04-30 |

A.R.A. Copie Leenkamer no 27 fol 34v, 35/L.R. fol 11

Jaartallenindex

graaf Willem oorkondt: want wij verstaen hebben dat onse goede luyde in Wieringherlandt verladen sien mitten ghiften die sy ons en ambochtsluden van Wieringherlant te geven plegen dat hem te swaer is ende wij niet ghedoghen en willen. Soe ombieden wi onsen goeden luden van Wieringerlande voirs. ende willen dat sij gheene ghifte en gheven onsen baljuw noch onsen rentmeester, noch onsen schoute van Wieringerland die die ghemeente ghelden sal. Ende waer dat saecke dat sij enige ghifte gaven boven onsen ambochtsluden voirs, soe verboerde elck man van Wieringerland jegens ons 10£ Holl. Eodem die oorkondt graaf Willem: dat onse goede lude van Wieringerland swaer verladen sien mitter dadinge van waerlycke schout [wereldlijke schuld], des wy niet gedoegen en willen. Hij beveelt hen dus dat zij nergens recht verzoeken zullen van wairlycker schout dan voir horen daghelycksen rechter van Wieringerlant, op een boete van 10£ Holl

1355-09-09 |

A.R.A. Copie Leenkamer no 32 fol 111/Reg E.L. 23 fol 72v

Jaartallenindex

hertog Willem oorkondt: dat wijlen zijn oudevader graaf Willem onsen goeden luden van Delfland een hantveste gegeven hadde, die sij verloren hebben. Soe hebben wi hem sulke gracie gedaen, dat wi onsen goeden luden voirs die hantveste wedergegeven hebben, spreeckende in allen manieren als hier nae beschreven staat: "dat wi willen dat alle die gheene die erve copen of copen sullen in sonen Hof en ambacht van Delfland, jof besterft, jof wittelike ane comet by huwelike, om scout of om ander saken, dat hij binnen sjaars en binnen daghe op syn erve sal commen mitter wone, sonder archlist". Op een boete van 10£ Holl en verbeurte van het betreffende erve. Voort sullen sy ons dienen in onse heervaart en ons scot geven in alle manieren dat onse huuslude doen, die in onsen voors. ambachte van Delft wonen. Welke hantveste wij onsen goeden luden voirn. geven, vernieuwen en confirmeren tot eweliken dage in allen manier als voors. is

presentibus: dominis de Egmonde, Florentio de Borsselen, Johanne de Drongelen, Johanne de Poel, militibus, sign. dominus de Ysselsteyn, Jo. de Bueren

1324-04-08 |

A.R.A. Copie Leenkamer no 27 fol 48/L.R. 11 fol 15

Jaartallenindex

graaf Willem oorkondt: want onse lude die te woonen plaghen te Vroenen op die Gheeste, in Vryeslant, by onsen goetdencken ende wille, ghevaeren sien metter wone op den Coedyck, daer wij hem eene kercke hebben doen maecken op onsen eyghen erve ende met ons selves ghelde, omme dat sij gheene kercke en hadden. Ende want tote dier papelicken provende van dier kercke ghiene rente toe en staet, soe gheven wij daertoe om goede voer ons ende voer onse naecomelingen, 10£ Holl sjaers eeuwelyke duerende, den rechten prochipape, dien wij die kercke voors. gheven jaerlicx op te boeren ende gheven hem voer die 10£ sjaers onse landt in den Broeck, dat nu Manninck in hueren hevet, alse groet ende also goet als et is, ter tyt toe dat wij hem 10£ Holl sjaers in seeckere renten bewyset hebben. Ende omdat wij etc. den prochipape dien wy die kercke van den Coedyck gheven sullen, dese ghifte eeuwelicke, vaste ende ghestade gehouden willen hebben, soe hebben wij desen brief open bezegelt mit onsen zeghele

Bergh, van den | 1355-03-15 (1354)

A.R.A. Leenkamer 32, copie fol 89v/Reg EL 25 fol 58

Achternamenindex

hertog Willem oorkondt dat: "wij om menigen trouwen dienst die ons en onzen voervorders Jan van den Berge onsen garsoen van der aelmosen lange tijd gedaen heeft ende noch doen sal, hem gegeven habben ende geven onse portier te wesen in onse inreste porte te verwaren van onser herberge in den Hage, in allen manieren als andere portiers vortyts gedaen hebben. Wedde voor zijn leven als wi gheene herberg in den Haghe en houden 1 gr Tourn sdages. Vord so hebben wi hem bevolen onsen steen te verwaren in den Hage in allen manieren alse ander steenwaerders voortijdt gedaen hebben, ende hieraf sal hi hebben een hoet rogge sjaars tot sinen live durende"

1342-12-16 |

R.A.H. Coll Aanw 36 fol 505-507/Reg EL 32 fol 90

Jaartallenindex

dit sijn die puncten die myn heer die grave van Hollant wil dat sine bailjuwen houden doen sinen luden: 1) dat elc poerter mit alre woensten woone binnen der porte dair hi poerter is, jof dat hi sijns poertsrechts quite wesen; 2) dat de steden keuren zullen dat geen poorter tolvrijheid zal genieten voor dat hij jaar en dag poorter geweest is; 3) dat die poirteren strijken sullen ende oerlof binnen voir elc tollen huijs dair si voren varen an den tolnaren; 4) elke poorter zal ieder jaar zijn tolbrief moeten doen vernieuwen; 5) dat men niemandt doe inleggen ten sie van twisteliken saken; 6) dat men gheene vonnisse langer en stede dan drie viertien nachten; 7) bepalingen over de waarder der verschillende munten; 8) s graven rentmeester en schepenen zullen in elke stad 2 poerters setten koermans te wesen van den gelde; 9) wordt een huisman poorter, dan zal hij blijven gelden mijns heren jairbede ende sine herevairt, want dat is syn outste recht ende sine outste heerlichede; 1) item heeft mijn heer geseyt sinen gemenen huijsluden van al Noirt Hollandt ende van Kenemerlandt, dat hem en geen lant ontgaen en sal van hare jairbede ende uijt harer rechter heervairt in poirten noch in cloesteren noch in ghere gheesteliker hant, sine comer in met huwelike of met rechter besterften. Ende hier in hebben hun die huijslude gemeenliken verwilcoert; 11) item hevet mijn heer geboden alle sine luden welgeboren poerteren ende gemeenten, dat soe wie gegoet is tote 100£ Holl toe dat hi sal hebben vol harnasch, halsbergoele, waijele, coliere, kersnier, spondiere ende al harnasch dat tot sinen live behoert. Ende die tote 50£ toe gegoet is, die sel hebben spondier, laken, colier, hersniere, wapenhantscoen, staf, knijf ende dat dair toe behoert ende dat ghereet te hebben voir Vastenavond naestcomende, de man op die boete van 3£ Holl. Dit was gedaen in den Hage