Bedoelde u soms?
gerytsz | gheretz | gherst | gherydsz | gheryt | gheryts | gherytsz

11 resultaten

1467-04-10 |

G.A. Amsterdam Inv B.W. no 554 regest 497/Cartul St Lucienconvent Amsterdam fol 351
Jaartallenindex

schout ende schepenen tot Apcoude St Pieter oorkonden dat Gheryt Symonsz kwijtschold aan zijn zoen Claes Gherytsz, van allen dien gueden die Claes voirscr hem voir ons gegont ende ghegheven hadde, te weten dat hus myt eenre morghen lants in die zaete ende voirt de heele bruckweer daer Claes Gherytz voirscr huden des daichs op ende in woent, ende noch een morghen lants in dat Sijellant tot sijnen vrijen eyghen wille dairmede te doene

Willem Ot Jansz (zegel: alleen een rand), Heynric Willamsz: (gedeeld a) een lelie, b) 3 spitsruiten, 2,1), Claes Dirc Ruskenz (a) 3 strydkolven [?] in het midden een …, b) 3 spitsruiten, 2,1), schepenen [afbeelding in regestenlijst Amsterdam]

Nyenrode, van | 1451-12-22

Berigten Hist Gen IV p 94/Arch Nyenrode origineel
Achternamenindex

leenmannen van Johan van Nyenrode: Johan Swedersz van Ruwiel, Willem Jansz van Loenersloot, Claes Jansz, Gheryt van Vliet Wernaersz, Gheryt Jansz, Henric Krook Aelbertsz, Ghijsbert Spiker Henricsz, Jan Gherytz, Jan Ghysbertsz, Pieter Ghysbertsz, Herman Dircsz, Dirc Ghysbertz, Willem Jan Willamzsz, Ghysbert Oudecoepsz, Willem Sluter, Aelbert Petersz

Wilde, de | 1401-06-26

Rechtspraak Graaf van Holland III p 257
Achternamenindex

Aelbrecht Hermansz en Symon Evertsz, schepenen in Enghusen, oorkonden dat voor hen kwamen Pouwels Claes die Wildenz en Ysbrant Gherytz, [ende] "lieden Stevelijn van Linghen sculdich te wesen elx 60 Eng nobelen van goeder scoude"; 1402-11-13: ontkennen de beide schepenen de echtheid van deze brief

1471-07-11 |

Arch Abdij Egmond Inv no 379
Jaartallenindex

burgemeesters van Hoorn geven een vidimus van twee brieven: anno 1410 op St Jacobsdach Apostel en 1471-07-08. Voert soe kennen wij Burgermeesters voirs. dat voir onsgecomen is Gheryt Jan Ellertz ende bekende voir ons dat hij die voirs. goeden opgedragen ende ten vrien eyghendoem quytgescouden heeft heer Geryt van Poelgeest, abt van Egmond, die welke goeden ende renten die voirs. abt weder verlijt ende verleent heeft soe ons Gheryt Jan Ellertsz voirs. segt Jan Gherytz ende Marten Jansz sinen neve. Beezgeld met het Stadzegel van Hoorn: een hoorn

1472 | Akersloot

G.A. Haarlem no 1662 Lade V/Arch St Maartensgasthuis Haarlem
Jaartallenindex

Baertout Huijgez, schout van Akersloot, oorkondt dat Jacop Huyge Roepersz en Kathrijn Huyge Roepersdochter met haar broeder Jacop voorn als voogd, gheliden met gezamenderhand opgedragen te hebben aan de vinders van de brouwerij van wege des gemeens ghilds van Haerlem een sticke weydlants ghelegen in den ban van Akersloet mit alzulke pachte als daerop staet, ende belend hebben zuid: Gheryt Claesz, noord: Jacop Gherytz ende Comen Claesz, west: Michiel Rembrantsz. Item noch een coeweyd lant gelegen in Lamoer in denselven ban, gemeen met Griet Claes die Wisselaers weduwe met sulke pachten als dair op staet. Ende dese landen en sellen si niet vercopen mer houden totten armen behoef, na utwisinge der scepenenbrieven van Hairlem, die daarof zijn. Alle dinge sonder arch ende list

1480-10-09 |

G.A. Amsterdam Cartul Reg St Jan Amsterdam fol 126
Jaartallenindex

Jan Claesz, priester, vicecureit tot Graft, oorkondt dat Brueder Meynart Gherytz als een voecht van de Can. Reg van St Jan bij Amsterdam ende Dirck Vivenzoen an die ander zijde, ghelieden an beyden zijden dat sij mit malcanderen overdragen sijn ende gegrondeelt hebben een stucke lants geheten nu ter tyt Eckenven, die groet is tesamen alheel omtrent 7 maden gelegen in den ban van Graft, in deser manieren ende voirwerden dat die Reg. voirn. sullen hebben ende behouden ten ewighen daghen voir hoir helfte van den lande voirs. dat westeijnde in allen manieren alst nu van dat oesteynde begraven leit, an welke westereynde die Reg. voirn. een mat lants van outs hadden an die suutweste horn angegroijet, dat sij ghecoft hebben van die kerck van Graft. Ende Dirck Viviensz voirs. sal hebben voir syn helfte van den lande voirs. dat oeste eynde ten ewijghen daghen alst nu begraven leid

1420 (2) |

Thesauriersrekening Haarlem 176 fol 20-24
Haarlem Algemeen

(vervolg) ontfaen van den weecgelde en van den scote alsoe mit allen poerteren gerekent is o.a.: Pieter Allertz, Dirc Jan Bredenz, Lou Louwen wedu, Clais Claesz Snider, Jan Jansz v. Geijl, Vrederic Jan Braeuwenz, Jacob Jansz van der Zoe [Zee ?], coman Dirc, Clais Jelis Smitz, Aernt Pouwelsz, Reyner Jansz, Claes van der Stege, Jan die Wit, Aef Bertout Hoenen wedu, Pieter van Zaenden, Pieter Gherytsz, Alyt Jan Dircsz scot, Zwaetgen coep wijf scot, coman Jan, Willem Willemsz, Pieter Jansz, Jan die Verwer, Jan Pieter veenscuter, Dirc Aef, Jan Andriesz, Aef Gheryt v. Hilgum wedu, Beatrys Claes Symonsz wedu, Pieter Jansz v.d. Zoe [Zee ?], Gheryt Zivertz, Pieter Slechtinc, Jan Boudwynsz, Strwier [?], Heijn Lemz, Jan Lambrechtsz, Albrecht Ban, Jan Roelfosz, Alijt Jan Pietersz wedu, Doeve Hugenz, Pieter Jacobz, Griet coman Splinterdochter, Dirc Willem Dircz, Pieter Jelysz, Pieter Claes Walichsz, Gheryt Rembrantsz, Claes Vinckenz, Heijn van Purmer, Matheus scrienmaker, coman Reijner, Geertruit Jan v. Wormersz wedu, Aef Heynric wedue Jacob Roil , Berwout Heykenz, Brecht van Geervliet, Jan Kibbe, Lisbeth Claes Putgens weduwe, Lottyn Jan Aerntsz, Hughe van der Made, Kuser, Bely Claes van Huessen weduwe, Pieter Claes Grietenz, Claes Gherytsz van Castricum, Mertijn Verboutz, Pieter Hoflant, Mergriet Huge v. Tetrode, Jan Claes Woutersz, Hilgunt Wouters wedu van Rollant, Claes van den Weye, Ocker v.d. Creympe, Beatrijs Costyns weduwe, Jan Voechtz, Heynric Dirc Heynricsz, Claes Boech, Dieuwer van Tetrode, Bely Lottyns wedue, Lottyn Gherytz, Pieter Willem Sijbrantsz, Jacob Jan Meynsenz, Jan Willem, Dirc Ysbrantsz van Scoten, Florys Scoddy, Willem Hoon, Pieter Jansz v.d. Kerc, Vlieger Dircsz, Lottyn Bertoutsz, Jan Katrinenz, Claes Gherytsz wedu, broed.. Benn.. (in kantlijn, onduidelijk), Gherijt Pietersz Essendelf, Willem Lottynsz, Claes Moenenz, Pieter Nachtegael, Willem Doevenz, Bely Dirc Ysbrants wedu, Jan Jansz die Wise, Willem Dirc Gherytz, Mergriet van Friest, Jan Claesz v.d. Meer, Dirc v. Velsen, Outger Gerrit Bavenz, Claes Jan Berensz cum matie (?), Lottyn Jansz, Margriet van Valkenburch, Jacop Zeburgenz, Dirc Voel, Corte Willem, Geertrut Dirc Willemsz wedu, Willem v. Ruven, Dieuwer Pieter Sappen, Jan Claes Tomisz, Dirc Strus, Bertout Bertoutsz, Bertelmeus de goutsmit, Matijs Dirc Ballincsz. Het vervolg van deze lijst benevens alle namen die hier niet zijn te vinden, zijn rechtstreeks overgenomen in de klapper op 1420 van weecgelde

Egmond, van | 1470-09-20

Bijdr Bisdom Haarlem IV p 258-261
Achternamenindex

Aelbrecht van Egmondt Ottenz van Egmondt geeft aan de parochiekerk van Heemskerk, voor de zielen van hem, zijn vrouw Hase van Lievenburch, zijn ouders: - de helft van een hoeve land in de ban van Heemskerk bij der Duyn tussen cyen voer Baert Jan Michielszoonshuys, noordzijde: Dirc Gherytsz, zuidzijde: Michiel Diertsdochter; - in dezelfde ban de helft van de anderhalve hoeff bij der Duyn bij noerder den ouden dyck, tussen cyen, belend zuid: Dirc Mathysz en noord: Michiel Diertsdochter, in hetzelfde "dat block" met dezelfde belendingen, en "drie gaerden", belend zuid: Maerten Pietersz kinderen en noord: Bartholomeus Govertsz, oost: Symon Jonghe Jansz; - een vierendeel van 1½ Eng nobelen per jaar op "Pouwels Gherytz Camptgen" gelegen in de ban van Heemskerk, met eigen ende mit erff, belend oost: Baert Spierinck mit die Voghelmeer, zuid: die memory tot Haerlem, west: Gheryt Pouwelsz, noord: Claes Henricsz Camptgen. Verder geeft hij voor de memorie aan de pastoor van Heemskerk heer Claes, een rente van 10 R gld etc

1472-1473 | ook Westzaan

Rek Rentmeester Kennemerland no 904
Haarlem Algemeen

rekening rentmeester van Kennemerland: (fol 14) ontvangen van de marcttollen binnen Haerlem, verpacht aan Dirc van Zaenden, 3 jaar lang, ingaande St Lucasdag 1470, om 8 £. Van de Hamborgerbierexcys te Haerlem, verpacht aan Pieter Willemsz, 3 jaar ingaande St Lucasdach 1470, om 21 sc; (fol 14v) Van den clercambacht te Haerlem, dat de vrouwe van Rietvelt hielt te horen live, in pacht nu bij Robbert Annoke, 10 jaar lang, ingaande St Pietersdage ad vincula 1468 om 60£ sjaars. An de tafel van de lombarden binnen Haerlem, die Blasius Splinter en zijn gezellen in pacht hebben 12 jaar lang, ingaande 1467-01-24, om 72£ sjaars; (fol 19v) van de helft van ¾ deel van een camp lants geheten die Venne, gelegen in Westzanen, groot wesende 3½ mad, mijn genadige here aengekomen van Griet Aecht Jacobsdochter wonende in OistVriesland als van haer aendeel daerof huer aenbestorven van de voors. Aecht haer moeder. Verhuurd aan Willem Gerbrandsz 3 jaar lang om 32 st sjaars (certificatie van Aernt Willemsz, schout, Baernt Gherytsz en comen Gherytz, schepenen van Westzanen). Noch van ¼ deel in Gouwencamp, groot deselve camp 11 mad land. Noch ¼ deel van ½ mat geheten den Eterdyck. Noch ¼ deel van 3 hont lants gelegen in Zybertsweer. Al tesamen gelegen tot Westzanen, en myn genadige here aenbestorven van Aechte voors, en verpacht aan Dirc Jansz, voor 3 jaren, elk jaar om 6 st

1451-1452 (4) |

G.A. Haarlem Inv I no 202 Thesauriersrekening
Haarlem Algemeen

(vervolg) (fol 55) Claes Persijn: - op 25 Nov. gesent mit brieven an den steden Leyden, Delff ende Goude, roerende van die vangnisse van Hans Bronchorst ende was uit 4 dagen, 1 £ 12sc, - (fol 55v) op 13 Dec naar den Hage an den stedehouder, 2 dage 16sc, - (fol 56) op 3 Mrt '52 met brieven naar Deventer, 7 dagen 2£ 16sc, - (fol 56v) op 25 Mrt '52 met brieven naar Heemskerck, Hillegom, Lisse, Sassenheim, den Hage, om aan de buitenpoorters te verkondigen dat zij hun zettegeld brochten ende betaelden, - (fol 57) gesent in den Haghe an den Raet met 2 brieven; (fol 57v) uitgegeven den dienaers te Hove: Yselsteyn den heraut gegeven voor syn nuwe jair 18sc 8d; (fol 58) utgegeven den schout, gerechte en dienaers voir hoire clederen: Aelbrecht van Raephorst, scout, Jan Willemz in die Paeu, Huge Jansz, Gheryt Steffensz, Floris Engbertsz, burgemeesters, Pieter Claesz, Symon Berwoutsz, Pieter Zap, Jacob Zanen, Luytgen Camerouwer, Pieter Braeu en Mees Govertsz, scepenen, elcx gegeven tot hulpe van hoiren stede clederen 96£. Item den 4 thesoriers als Claes Dircsz, Reyner Taeij, Berger Pietersz en Dirc Soyersz gegeven hoirlijc voir hoir caproens 4£ facit 6£; item: Willem Paedze voor zynen tabbert 8£, Bouwen Jansz en Claes Gherijt, clercken, hoirlijc 4£, 8£, Jan Dirxz, Symon Gherytz, Willem Dirxz, Allert Ysebrantsz ende Baertout elcx voir sijn tabbert 20£, Claes Persyn en Hubert der stede messagiers elcx voir syn tabbert 8£; (fol 58v) Jan den wijnscroeder voir zijn tabbert 4£, Claes in die keller, der stede knecht, voor zijn tabbert 4£, den drie pipers en den tromper elc voor zijn tabbert 4£, 16£