14 resultaten
Culemborg, van | 1562-11-20
Berigten Hist Gen III p 118
Achternamenindex
de stad Leiden verleent vrijdom van accyns op wijn en Leids bier aan Johan van Matenesse en Florentina van Culemborg, zolang zij het grootste gedeelte van het jaar binnen deze stad wonen
1477-04-14 |
R.A.H. Coll Aanw 105 fol 26v (ingestoken na fol 1v)
Jaartallenindex
hertogin Maria oorkondt dat Florys Oom van Wyngaerden te kennen heeft gegeven dat hij veel kinderen, zoons en dochters heeft, en dat het grootste deel van zijn goederen leengoederen zijn. Zij vergunt hem nu daarover tbv die kinderen te disponeren
Barent Eetges | 1597-04-03 -09
O.R.A. Alkmaar 137 fol 41v
Voornamenindex
Barent Eetges, van Oldenburg, wonende te Enkhuizen, verkoopt de helft [?] van een huis en erf te Alkmaar [tussen 3 en 9 april, het blad is voor het grootste deel afgescheurd]
1506-02-19 (1505) |
R.A.H. Coll Aanw 111 Caput N.H. fol 281v
Jaartallenindex
Philips oorkondt dat ons van wege Huyge van Swieten Huygenz vertoond is geweest, hoe dat meeste deel van al zijn goeden leenen zijn, die hij voor het grootste deel in zijn leven verworven zijn. Deze zouden na zijn dood komen op zijn oudste kind en niet op zijn jongere kinderen. Philips geeft hem octrooi om over zijn lenen bij testament te disponeren
Breda, van | 1298-12-06
Noordbrabantse Charters p 54
Achternamenindex
Raso van Breda doet onderzoek bij wijze mannen welke rechten en verplichtingen rusten op de abdij van St Bernard, als bezitters van het grootste gedeelte van Gestel. Na overweging van alle leenrechtelijke gronden wordt bepaald dat de abdij het lage en middelbaar rechtsgebied heeft, de heer van Breda het hoge rechtsgebied
1531-12-14 |
R.A.H. Coll Aanw 118 Caput Arkel fol 67v
Jaartallenindex
Karel oorkondt dat Jan Jansz van der Haer hem opdroeg een hofstede met 5 ½ morgen lands gelegen tot Kedichem in onsen lande van Arckel, streckende van den halven tienden wech totter Maelvloet toe tbv Jacob Adriaensz [van den Wiele volgens de tafel]. Leen van Arkel, boven: Bryen van Weyburgh. Op 1531-11-09 was dit leen opgedragen tbv Jacob Adriaensz, die er vervolgens mee beleend wordt [de akte ontbreekt voor het grootste deel]
Floris van Assendelft, heer van Goudriaen en castelein van der Goude, mr Jan Plumeon, leenmannen
1499-04-26 |
Kroniek Hist Gen jg 1851 p 53/Arch Mathenesse
Jaartallenindex
Jacob graaf van Hoorn heer van Altena beleent Jan van Goor Jansz bij opdracht door zijn broeder Wolfard van Goor, met de minste helft van het vrije goed (heerlijkheid) genaamd de Wenaert, met huizing, timmering, en verder toebehoren, tiend-, dijk- en schatvrij, in manieren als zijn voorzaten het van de heren van Altena gehouden hadde, en daarenboven met ⅓ deel van de grootste helft van dit heerlijk goed (vgl 1487-01-24, 1624-10-05)
Houte, van den | 1298-12-06
Noordbrabantse Charters bl 54/299
Achternamenindex
Raso van Gavre heer van Breda doet onderzoek bij wijze mannen, welke rechten en verplichtingen rusten op de abdij van St Bernard, als bezitters van het grootste gedeelte van Gestel. Na overweging van alle leenrechtelijke gronden wordt bepaald dat de abdij het lage en middelbaar rechtsgebied heeft, de heer van Breda het hoge rechtsgebied
zegelaars: Godefridus de Bergis, dapifer noster, Sigebertus de Ulvenhout, Walterus dictus van den Houte
1577-10-11 |
G.A. Haarlem Transportregister 76/25 fol 171v
Haarlem Algemeen
mr Hugo Bol van Zaenen, als geordonneerde voocht van de nagelaten kinderen van wijlen Frans Jansz Verwer van vaders zyde, t.o.v. weesmeesters dezer stad, verkoopt aan Aernt van der Hooch twee huizen en erven besyden malcanderen in de Zylstrate, aen d'een zide: die Crayenhorstergraft onder den groten huize gaende, aen d'ander zide: de weduwe van Ysbrant Claesz. Achter streckende aen de weduwe van Harman Jansz en de weeskinderen van Jacob Jansz. Wesende het grootste van de twee huizen, genaamd "de Verwerie", belast met 2£ 12sc 6 penn sjaars, die de jvr van het grote faliebagynhof daarop hebben. Zoals deze huizen door wijlen Katryn Fransdochter, der voors. grootmoeder, bezeten zijn. Koopsom 220 Kar gld
1525-05-28 |
G.A. Amsterdam Inv B.W. no 580a regest 649/Cartul Carth. bij Amsterdam fol 66v
Jaartallenindex
leenmannen van de grafelijkheid van Holland oorkonden dat Jan Nanninczoon, poorter van Alkmaar, heeft verkocht aan de Carthuizers bij Amsterdam, een stuck landts groot wesende 8 geersen, maer die achtste gheers behoert tot die abdye van Egmont, ende is tselve landt gheleghen in der banne van Lymmen, daer lendene van sijn noord: die Cleymeer, oost: Gerijt Geryt Baertz, zuid: die abdy van Egmond, west: Niel Dircxz. In margine: nota de stadt Hoorn heeft de achtste geers gekomen van de abdy van Egmont verkocht aen Jan Sijmonsz, waert ende buerman tot Limmen, volgens d'opdragt dd 1610-07-14. Ende heeft Haesje Kornelis weduwe v.d. voors. Jan Symonsz hetselve gheers lant ofte ⅕ in de grootste Yde Moeyskamp [?] vercoft ende quytgescholden aen het Weeshuys alhier, sulx dat nu het geheele perceel het vorsz. weeshuys in eygendom heeft, de opdracht van Haesje is gedaen aent weeshuys 1643 den 3e Maij voor schout en schepenen van Lymmen
Jordaen van Foreest en Gerijt Henricz van Voshol, leenmannen