1592-11-16 | Velsen, Beeckesteijn

R.A.H. 955 fol 180 Transportregister Velsen

Jaartallenindex

schout en schepenen van Velsen oorkonden dat de erfgenamen van Marijtgen Pietersdochter de Witte, te weten: 1) Cornelis Woltersz als man en voecht van Marytgen Jacobsdochter de Witte, 2) Reyer Symensz als procuratie hebbende van Jan die Witte, koopman onder zyn excellitie, 3) Cornelis Bertholomeusz, roedrager der stad Haerlem als procuratie hebbende van Magdalena Jacobsdochter de Witte, vervangende en hem sterck makende voor alle andere erfgenamen van Marytgen Pietersdochter die Witte, welke procuratie ons vertoond is, alsoock gesien hebbende zekere publieke acte by weesmeesters der stad Haerlem verleden van wege Beatrys Jacobsdochter, weeskint. Zij transporteren aan Pieter Florisz, buerman ende bleecker tot Aelbrechtsberg, een stucke lants gelegen in de ban van Velsen op ten Dammer, aen twee percelen, groot samen 1 ½ morgen, west: de Westlaen, zuid: Marijtgen Gerritsdochter van Bekesteijn, noord: Freeck Ramp, oost: de meer, belast met 3st per jaar erfpacht voor de heer van Brederode. Eodem die verkopen dezelfden aan Steffen Cornelisz Rycken tot Haerlem een stuk weytlands, groot 4 maden in de ban van Velzen in Zeebroeck, oost en west: Steffen Cornelisz Rycken, noord: Gerbrant Jansz Guertges met Jacob Cornelisz Wrocht, zuid: Gysbert van Beresteyn. Belast met 3 st jaarlijkse erfhuer toecomende de heerlijkheid Brederode