10 resultaten
Hillare, van | 1334
Rek Hen Huis I p 161
Achternamenindex
dorpen gelegen in het ambacht van Philips van Wassenaer: Walixdorp, Boemgaerde, Hilnare, Vorenbroeke, Waddinghe, Vorscoten, Hamburch, Voere, Wike, Tolle
Erckel, van | 1617-12-22
DTB Amsterdam Int Reg Kerk 422 p 103
Achternamenindex
huwelijk Amsterdam: Godefried van Erkel, van Breda, weduwnaar van Sara de lhommel, wonende op de NZ Achterburgwal en Sara Michielsz, van Hamburch, oud 28 jaar, geen ouders hebbende, wonende in de Warmoesstraat
decker, de | 1400
Rek Rentmeester Kennemerland 830 fol 11v,12v
Achternamenindex
ontvangen van Baernt Feikenz van een erfenis in Grotebroec van de moeder van zijn vrouw, omdat zij een erfgenaam wonende had tot Hamburch, 5 £; uitgaven: "enen man ut Grote broec geheten Gheryt die decker wedergegeven van een besterfte roerende van sinen wive, hem om Gods wille teruggegeven"
1333-10-18 |
A.R.A. Copie Leenkamer no 27 fol 80v-83/L.R. 11 fol 28v
Jaartallenindex
graaf Willem oorkondt: dat die stad Lubeke op die een zyde ende onse stede van Staveren op die ander zyde, van sulcken oirloghe als sij onderlanghe hebben, ende van allen eyssche die sij op mallic anderen te eysschen hadden tot desen daghe toe, ende die stede van Hamburch ende die abt van Staveren ende Egghebrecht van Woldrichem [Workum] syn neve, die schade genomen hebben omme des oirloghen wille voirs, aen ons gebleven zijn. Beide steden op een boete van 1000£ goede Coninx Tourn, indien zij de uitspraak niet nakomen. De abt en convent van Staveren en voor Eggebrecht, des abts neve, op een boete van 25£. De stad Staveren had goed genomen van die van Lubeck omdat Jacob de Langhe "zyn scip afgewonnen was". Aan Staveren wordt zyn pretentie deswege tegen Lubeck ontzegd. Lubeck heeft geen eisen op Staveren, en ook die van Staveren klagen niet omme enich goet dat hem binnen vrede genomen es, anders dan dat Claes Grando, die sij seggen burger van Lubeck wesen soude, als sy vermoeden te schaden dede ende nam met siere hulpe binnen vrede. Levekyn Heren Dirkszoens broeder tot 50£ toe, ende die van Lubeck zeggen dat Clais Grando, nie horen burgher en was noch en es, soe seggen wij dat Lubeck dat moet bevestigen. Doen sijs niet gelden Levekijn Heeren Dirkszoens broeder voors. zijn schade tussen nu en 1 mei e.k. zoals hij onder eede zal waarmaken, doch niet te komen boven 50£, ende desen brief te leveren of dit gelt te betalen joff Levekijn synen eedt te doene tot Haerlem voor onsen baljuw en rentmeester van Kennemerland en Vriesland op den meidach voirs. Voirt van Pieter Manten, Winoudt Altghera, Tydeman jonge Evekenz, Gheltman, zyn broeder ende Tideman Pelegrimsz van Staveren clagen dat zyn binnen vrede door de meente van Lubeke op de vrye markt mishandeld zijn. Aan Pieter Manten wordt hiervoor 4£ gr, aan Gheltmair jonge Evekenz 10sc groten, aan Tydeman zijn broeder 5sc gr en Tydeman Pelegrimsz 5sc en Winout Altghera 5sc gr toegekend, te betalen op 1 mei te Haarlem. Die van Hamburch moeten bevestigen dat zij Lubeck niet behulpzaam zijn geweest tegen Staveren etc
Wassenaer, van | 1334
Rek Hen Huis I
Achternamenindex
de lentebede in Rijnland: in het ambacht van Philips van Wassenaer 34 £, Wallixdorp, Boemgaerde, Hilnare, Vorenbroeke, Waddinghe, Vorscoten, Hamburch en Voere, Wike, Tolle; de bottinghe in Rijnland: volgend jaar te betalen, in het oneven jaar: Philips van Wassenaers ambacht 7£ 12½sc; de herfstbede in Rijnland: ambacht van Philips van Wassenaer 33£, dat gelden de voorschreven dorpen (p 163); in Wassenaar in het ambacht van Philipsvan Wassenaer, in Ketel: Philips van Wassenaer van beyden beden 4£ (p 223, 227)
1586-07-11
R.A.H. O.R.A. 1062 fol 85
Transportregister Bloemendaal
schout en schepenen in de ban van Overveen, Tetroede, Aelbertsberg, oorkonden dat Dirck van Heussen, burger van Leiden, als procuratie hebbende van sr Gillis de Greve en Thomas Dures, als voormunders van de kinderen van wijlen Gillis de Greve Ewan, burger van Antwerpen, en ook Willem de Greve voor hemzelf (procuratie dd 1586-05-19 in de stad Hamburch). Hij transporteert aan Frederick Ramp, wonende jegenwoordich tot Alcmaer, alsulcken besegelden erfpachtbrief, voor Cornelis Jansz, schout, Claes Baertsz en Maerten Jansz, scepenen in de ban van Tetrode op 1567-11-25 mach blijcken, daer deze doorgesteken is. Welcke brief den voorn. kinderen van Gillis de Greve aangecomen is uijtten boele van de voors. wijlen Meynert van Heussen der voirs kinderen om [te lezen: oom], volgens de sententie van preferentie bij den voorn. scepenen van Haerlem op ten zelven boele gewesen (vgl 1567-11-25)
Dirck van Bronchorst van Batenburg, schout, Baert Claesz en Cornelis Pietersz, schepenen
1620-10-30
R.A.H. O.R.A. 1065 fol 67
Transportregister Bloemendaal
schout en schepenen in Overveen oorkonden dat Jacob Jansz, woonachtig buyten Hamburch in de Bilwaerder als erfgenaam van zijn vader Jan Willemsz, voor ¼ part transporteert aan Willem Cornelisz Langeneelen, Symon Sijmonsz, beide wonende in de voors. banne, mitsgaders Aris Cornelisz dregers (1621-04-30, 1624-03-13, 1626-06-10), buerman tot Schoten tesamen, ¼ part van de bleyckerije, weijland, teellant, huysinge ende boomgaert, groot in het geheel 5 morgen, in de ban van Overveen, oost: de stad Haerlem, Floris Jansz en de regenten van de camer van Bakenes, zuid: de erfgenamen van Cornelis Pietersz Langeneel, west: de wildernis van Brederode, noord: de erfgenamen van Meyndert van Hussen, Floris Jansz ende Floris Jacobsz, wesende het voors. lant int geheel belast met een blanck jaerlyxe erfhuer, die de heer van Brederode daerop te spreken heeft. Koopsom 875 Kar gld
Hans Aelbertsz Colterman, schout, Jan Willemsz [Buijs] en Bartelmeus Nijs, schepenen
1585-11-30
R.A.H. O.R.A. 1062 fol 78
Transportregister Bloemendaal
schout en schepenen in Overveen etc oorkonden dat de broers Claes Pietersz Doeren en Borrit Pietersz Dornen, en Nanning Jansz Deijman als man en voogd van Gryetgen Doren Pietersdochter, zuster van Claes en Borrit, allen poorters van Haerlem, om alle onenigheid en kwesties die tussen hen zouden kunnen rijzen te voorkomen over de gemeenschap die zij tesamen hadden, ende een zeker stuk land in de ban van Overveen, groot bij meting van mr Pieter Bruijning 2062 roeden 3 voeten. Zij verdelen dit land: a) Claes zal hebben voor zijn ⅓ deel de noordzijde van dit land, b) Nanning het middelste deel, c) Borrit de zuidzijde, elx in die groete van 687 roeden. Claes zal een notweg hebben over het land van Nanning. Ingeplakt: op huyden den 21 Febr 1606 compareerde voor mij Balthazar Cornelisz, schout van Tetrode, Adryaen Willemsz secretaris van Haerlem, ende heeft voor mijn verklaart van een bor[g]tochtbrief gepasseert was ten behoeve van de voors. Aeryaen Willemsz op eenen Borrit Pietersz Dooren op t lant nu toebehorende Jacob Jansz tot Hamburch, gecasseert was en voor nul gehouden. Actum op datum als boven. Ende was gepasseerd in den jare 1588 bij Dirck van Batneburch, schout aldaar
Dirck van Bronchorst van Batenburg, schout, Jan Pietersz Kueijer en Gerrit Dircksz Slinck, schepenen
1626-02-25 (1)
R.A.H. O.R.A. 1065 fol 195
Transportregister Bloemendaal
schout en schepenen in Tetrode oorkonden dat Cornelis Jacobsz voor hemzelf, Jan Huybertsz als man en voogd van Maritgen Jacobs, Floris, Jacob, Jan, Cornelis, Willem, Aechte, Geertge, beide geassisteerd met hun broer Floris als gekozen voogd, en Jacob Symonsz x Maritgen Gerritsdochter, tesamen broers en zusters, nagelaten kinderen van wijlen Lysbeth Jacobs, ............. (open) als last en procuratie hebbende van Jacob, Jan, Geertgen en Evertgen en Maritgen Jacobsdochter, allen nagelaten kinderen van Aechgen Jacobs, wonende te Hamburch, Jacob Reijersz voor hemzelf, nagelaten zoon van Rijsgen Jacobs, en Jacob Willemsz, nagelaten zoon van Willem Jacobsz, alle gesamentlijk voor de eene ½, en Arys Jansz Dod, Cornelis Jansz Dodt, Jan Jansz Roos, Dirc Otgersz x Knijer Jans, elcx voor haar zelf, Grietgen Jans, geassisteerd met haar zoon Jan Gysbertsz Dod, Adriaentgen Jans weduwe, geassisteerd met haar zoon Jan Engelsz, en Engel Claesz Dod voor zichzelf, samen voor de andere helft, erfgenamen van wijlen Pieter Jacobsz en Tryn Louweris, in haar leven gewoond hebbende binnen de ban van Aelbertsberg; zij transporteren aan Outgert Pietersz, oudschepen van Haerlem, een stuk lands gelegen aan de noordzijde van de Cleverlaan in de ban van Aelbertsberg, groot 5 maden, oost: die Delft, west: de wech, zuid: de Cleverlaan met zijn Gr [?] van Brederode, noord: Joost Vergraft. Koopsom 4000 Kar gld
Dirck Luijtsz Groen, provisioneel schout, Gilliaem Bossu en Jan Willemsz Noom, schepenen in Tetrode
Hagen | 1352-12-09
A.R.A. Leenkamer 32 copieen fol 28/Reg EL 25 fol 18v
Achternamenindex
"Ick Symon Hagen, poerter in Haerlem, make condt allen luden, dat ick getuucht hebbe in tiegenwooridicheden mijns liefs heeren Hertoge Willems van Beyeren etc, dat ¼ deel van dien cogge die voor Lusenborch bi Sceveningen brack des vridachs voor St Martynsdach in den winter, ende geheten was "God beraet", ende ¼ deel van wande ende van vrachte van dien cogge was en is Wonninge Elsteden van Hamburch en waer daer gebreck aen, of dat Woninge voers meer aen hem toge van den aengecomenen goede uyt dien cogge dan hem met rechte van dien ¼ deel toebehoerde, dat lant (?= sou't) Symon voers minen lieven heer voers te beteren met 200 goede scilde. In oerconde desen brieve besegelt met minen segele. Ende ick Wonninc voers, want Symon, mijn trouwe vrient, dese voerg. tuge ende loefte om mine vordering en bede gedaen heeft, soe love ick hem in goede trouwen daer scadeloes of te houden"; volgen de merken die op de zakken voorkomen. Verder heeft Wonninge betaalt aan Heynric Jansz, rentmeester van Aemsterland van ¼ deel van t hout van de cogge 3 £ 5 sc en van den gewande 4 £ 8sc, maakt 7£ 13sc
Haarlem