18 resultaten
1506-10-04 |
R.A.H. Coll Aanw 114 Caput Sticht fol 1v
Jaartallenindex
Philips oorkondt dat Steven van Zuilen van der Zevender volgens zijn huwelijksvoorwaarden met jvr Josyne van Assendelft gemaakt, haar tot lijftocht heeft gemaakt 100 £ Vls op al zijn lenen "ende namelycken uyt de heerlycheden, goeden, landen, tienden, renten, ende hofstede van Cabbau ende van der Sevender"
present: Melis van Mynden, Heere van Croonenburch, Gysbrecht van Duvoirde, Willem van Wyngaerden heere van Ailbrantswaert, Dirck van Boneem, Pieter Plumion, cleene Jan Bruin
1493-11-21 |
R.A.H. Coll Aanw 110 Caput Zeeland fol 31v
Jaartallenindex
Max. en Philips belenen onse lieve en welgeminde Johan heere van den Gruythuyse, grave van Winchester, prince van Steenhuysen, na dode van zijn vader Lodewyk van Brugge here van den Gruythuyse, met: 1) die bannerye, huys, heerlycheden en goeden van Haemstede ende van Westenschouwen c.a, gifen van benefitien, waarin Lodewyk in zijn leven "ghederreteert worde tot een Zeeus leen", 2) desgelyks alle Costyns van Haemsteden ambachten in Burch, in Burchambacht, in Haemstede ende in Brydorp, met maelrijen, visseryen, giften van benefitien, ook tot een Zeeus recht leen. Heer Gerrit heer van Abbenbroec, ridder doet de eed voor hem (vgl 1493-08-19)
present: Jan Michielsz van Eversdyck, Pieter van der Goes, leenmannen van Zeeland
1496-12-13 | Heemskerk
R.A.H. Coll Aanw 110 Caput N.H. fol 69; R.A.H. Coll Aanw 110 Caput Kennemerland fol 25-27 (fol 14)
Jaartallenindex
Philips oorkondt dat vrouwe Maria vrouwe van Zevenbergen met haar man, onsen lieven ende getrouwen Ridder, Raedt en Camerling heer Cornelis van Berghen heer van Zevenbergen, opdroeg tbv onse lieve en getrouwe ridder, heer Claes heere van Assendelft, die som van 200 R gld van 40 gr Vls per jaar eeuwige erfelijke rente verzekerd op alle den goeden, heerlycheden, duinen, tienden en renten van Heemskercke, door vrouwe Maria in leen gehouden. Losbaar den penning 15, in totaal 3000 R gld. Vervolgens wordt heer Claes met deze rente beleend. In margine (Caput Kennemerland): 1506-01-07 heeft Pieter Hanneman als rentmeester van de weduwe en erfgenamen van wijlen Claes van Assendelft, erkend dat deze rente afgelost is [het stuk is doorgehaald]
present: Floris, enich soon tot Yselsteyn, here van St Martynsdyk, heer Philips van Spagne, ridder, mr Jacob van Barry, Willem van Dongen, Thomas Beuckelaer, rentmeester generaal van Holland
1428-11-17 |
Van Mieris IV fol 938/Privilegeboek Haarlem p 90, 91
Haarlem Algemeen
Jan van Heemstede, ridder, Heer van Benthuysen ende Gerrit van Heemsteden, sijn outste echte soon, gewonnen bij Haedewych van Borselen, dochter van der Veer, Vrou Jansz voerscreven [sic] oorkonden dat zij op begeren van de stad Haarlem, in eigendom geven aan deze stad, alle heerlicheden, rechten, gewoonten, custumen, all nutscap ende profijt mit allen sinen toebehoren, als wij die nu ter tyt hebben ende onse voirvaders tot desen dach toe gehad hebben, dat is te weten: van der Spaerne Westwart strokende an die Vreetslote, ende van der stede uterste cant van der graft zuytwaert ende zuytwestwart te meten 180 roeden, ende binnen den marken voirs, dat is te weten der stede ende den utersten cant van 180 roeden uytwart van der graft voirs. zuytwarts tusken der Sparne ende den Vreetslote als voirscr. staet, dat die goede stede van Haerlem binnen desen marken hebben, houden ende gebruken sullen all heerlycheden, rechten ende toeseggen als wij ende onsen voirvaders die gehad hebben. Door hen beiden bezegeld
1483-07-01 |
R.A.H. Coll Aanw 108 Caput Vriesland fol 4, 5/Reg Max. Philips fol 1v
Jaartallenindex
Max. en Philips belenen, om aan hun bwezen diensten, Pieter Lanchals onsen hofmeester, ende een van de Gecommitteerden op t stuck van onsen domeynen en finantien Lodewyk Quarre onse ontfanger generael van onse finantien ende Cornelis Cruesinck, onder houtvester van onse landen van Hollant, voor hun en hun erfgenamen, met al de wereldlijke goederen, lantrenten, incomingen en heerlijkheden die Heer Everardt Soudenbalch, priester, proost van Maestricht, in onsen landen ende heerlycheden liggende heeft alsoe wel dat leen ende heerlicheden van Cuenre, mit Oerck, Emmeloert ende Dussen, liggende in onsen voors. lande van Hollandt en Vriesland. Welke goederen geconfiskeert zijn omdat heer Everaert een der principaelsten geweest heeft in de oorlog tusschen den hertog en de stad Utrecht. In de volgende brieven belenen de hertogen hen met de heerlijkheden van Oircke ende Emelsoirde mit Monickenlandt tot zulk een recht als heer Everaerdt voorn. die hield
1564-04-15 |
R.A.H. Coll Aanw 136 Caput Zeeland fol 90v, oud 29
Jaartallenindex
koning Philips beleent jhr Ghysbregt van Bronchorst heere van Bleyswyck na dode van zijn moeder vrouwe Ida van de Werve met de gerechte helft van wijlen zijn oudevader Jan Ruychrock deel van de uitgorsen van Jan Huygensz hillen ende s Gravengors, dat nu ter tijd genaemt is Vrijberghe in onsen lande van der Tholen, in heerlycheden, ambagtsregt, ambachtsgevolg, renten, tienden, ende andere alle profijt en manschap daeraf comende also vrij, ende gelyck die heerscippen van ons hebben en houden t land van Vosmaer. Behoudelicken dat wij in beyde die voors. uijtgorsen aen ons houden sulcke en gelycke hoogheyd, beeden en rechten als wij hebben in den voors. lande van Vosmeer, daar bij gelegen sonder meer. En daertoe zal hij ons uitreiken in handen van onse rentmeester van der Tholen tot een erfelijke pacht, erfelijk en eeuwelik durende 15 schell groten Heren gelts, daer 4 Eng nobelen 1£ groot of maken voor dubbele pacht. Te houden tot een onversterfelijk erfleen
Willem van Berendrecht, Cornelis Barthouds, Adriaen le Seur, Dirck Adriaensz, Pieter Herwyer, Pieter v.d. Houve Cornelisz, leenmannen
1565-03-21 (1564) |
R.A.H. Coll Aanw 133/I Caput N.H. fol 172v; R.A.H. Coll Aanw Caput Kennemerland 135 fol 68, oud fol 57
Jaartallenindex
koning Philips beleent Vincent van Lochorst heren Gerritsz, ridder, na dode van zijn broeder heer Willem van Lochorst, ridder en raad van onsen leenhoven in Holland, met: 1) 12 morgen land in den ambacht van Warmond, noord: een water geheten "die Syl", zuid: een camp geheten "Schinevenne", 2)" Ruysschen boomgaert" uit 1½ morgen land met een uiterdijk daaraan gelegen in het ambacht van Leiderdorp, 3) 3 morgen te Leiderdorp achter Jan Meskens boomgaert, die Vranck van der Does te leen houden placht. Tot een erfleen, binnen aftersusterkind niet te versterven; 4) met een erfelijke rente van 300 gouden Kar gld sjaars uit de duinen en wildernissen, tienden e.a. goederen van de heer van Sevenbergen, gelegen tot Eemskerke, heerlycheden, goeden, domeynen van Oosthuysen en Eetersem, van Noordeloos ende van Nyencoop, ende voort generalick op syn goeden en heerlicheyt van Sevenbergen ende alle andere sijn goeden, leen ende eygen, binnen de grafelijkheid van Holland
Jacob van der Does, Raed in onsen leenhove, Willem van Berendrecht, Pieter Herwyer, leenmannen
1508-05-20 |
R.A.H. Coll Aanw 114 Caput Zeeland, Voorne fol 10
Jaartallenindex
Karel oorkondt dat aan onse lieven en getrouwe schildknape Vranck van Borsselen here van Cortgene bij dode van zijn vader heer Floris van Borsselen heere van Cortgene aangekomen die heerlijkheid, stede, slot, boomgaerden van Cortgene, leggende in onsen lande van Noort Beveland in Zeelant, met 993 gemeten 40 roeden ambacht daaronder gelegen, die steen schieten 659 gemeten met maelrije, visserye, vogelrije, veren, ommelopen, aenwassen, met den exchys aldaer en alle ambacht en ambachtsgevolge, mitsgaders alle heerlycheden, hooge, middelle ende nedere en anders allen synen toebehoren, die gehouden worden tot een onversterfelijk erfleen, doch niet binnen het jaar na dode van zijn vader verzocht waren. Vervolgens belenen zy Vranck met dit leen. Tot een onversterfelijk erfleen. Heergewade: een rode sperwer of 40 gr daarvoor. Als zijn gemachtigde doet mr Jacob Ingelrave de eed, met dien verstande dat Vranck zelf de eed moet doen zodra "dat hy by ons of onsen voors. stedehouder comen sal" (vgl 1508-04-15)
Floris van Wingaerden heer van Yselmonde, mr Jacob Goudt, rentmeester generaal van Noort Holland, Bertholt van Assendelft, Dirck van Boneem, leenmannen
1530-08-09 |
R.A.H. Coll Aanw 119 Caput Vriesland fol 35v
Jaartallenindex
Karel oorkondt dat mits cessie, overgifte en transport ons gedaan bij heer George zone tot Egmond, abt van St Amand, onse neve, volgens accoord dd 1530-06-25, van de heerlijkheden van Hoichtwoude en Eenrtswoude met allen renten, thienden, prouffyten, opcomingen, vervallen en rechten, mit die tiende van Woggenem, en oock van de ambachtsheerlijkheid van Spanbrouck mette tienden, vervolgens heer Karel grave van Egmond, zyn broeders zone, beleend heeft, met: 1) die heerlycheden, hooge en lage van Hoochtwouderban ende Eertswouderban, also verre als dat scoutambacht ende scependom strecket te water ende te lande, gelegen in onsen lande van Westvrieslant, met alle die renten, tienden etc, ende dairtoe ook die tienden van Woggenem. Mitsgaders dat huys van Hoochtwoude met 3 morgen land. Te houden tot een onversterfelijk erfleen; 2) ½ van de ambachtsheerlijkheid van Spanbrouck, met toebehoren, boeten, tienden, renten, tynsen, vogelryen, visseryen, profyten, opcomingen; 3) met de andere helft van de voors. ambachtsheerlijkheid van Spanbroek, onversterfelijk erfleen. Daar heer Karel grave van Egmond onmondig is, doet Adriaen van Borsselen de eed voor hem (vgl 1530-06-25)
mr Barthoud van Assendelft, secretaris in onse Camer v.d. Rade, Augustyn van Teylingen, Cornelis Barthouds, leenmannen
1495-01-31 (1494) |
R.A.H. Coll Aanw 110 Caput Zeeland fol 44v, 45
Jaartallenindex
Max. en Philips belenen Pieter Ydo Jacobszoonszoon na dode van zijn vader Ydo Jacobsz met een huys en woninge groot 3 gemeten lands en daartoe 29 ½ gemet lants in onsen lande van Tholen in Zeelandt, in Mosselhouck, zoals Ydo Jacobsz dat in zijn leven verkreeg van jvr Heylwyf Claes die Vriesendochter. Te houden tot een recht erfleen. Te verheergewaden met een paar spooren. Eodem die wordt hij beleend met 1/48ste deel van alle heerlycheden en tienden van den alingen landen van Vosmaer die Ydo Jacobsz tydens zijn leven verkreeg van Jan van Treslongh. Te houden tot een onversterfelijk erfleen, te verheergewaden met een paar witte handschoen. Eodem die wordt hij beleend met: 1) ¼ deel van 1/12 deel van der heerlichede en thienden des alingen lande van Vossemaer, met ambacht ende ambachtsgevolg, 2) ½ van 1/72e deel van de voors. heerlijkheid en tiende van Vossemaer met ambacht, ambachtsgevolg en ambachtsrecht. Al t welke Ydo Jacobsz bij zijn leven verkreeg van Aernout Pietersz. Te houden tot een erfleen