Bedoelde u soms?
haerselven | hemelen | hemzelven

47 resultaten

1567-12-31 |

G.A. Haarlem O.R.A. 76/24 fol 237v
Haarlem Algemeen

Matheeus ende Pieter, Willemszonen, gebroeders, van Nijerverkerck, voor hemselven en vervangende Adriaen Willemsz, santvoerder, heurluider swager, tesamen erfgenamen van Alydt Willemsdochter weduwe Claes Pietersz zantfoerder, haar zuster sal. ged, verkopen aan Pieter Cornelisz scheepmaker en Kathrijn Symonsdochter, koehouwster, zijn nichte, een camer en erve in St Jacobsstrate, aen d'een zide: Henrick Snel, aen d'ander zide: Claes Claesz, achter streckende tot op de Voldersgraft. Koopsom 95 Kar gld

1565-08-11 |

R.A.H. Coll Aanw 134 Caput Arkel, Putten etc fol 103, oud fol 27
Jaartallenindex

notaris J. Splinter van Voorn te Gorichem instrumenteert dat Jan Herbertsz van Harlingen, Cornelis Herbertsz van Harlingen, elx voor hemselven, Jan Cornelisz tot Asperen en Jan Jansz, wonende in de Nyeupoort, uyte naam van heurlieder huysvrouwen elcx voer hemselven ende hoere consorte, ende de voors. comparanten tesamen, mede vervangende Ploen Cornelisz, hoerlieder zwager, als vader van zijn kinderen bij wijlen Beatrijs Herbertsdochter, ende Adriaen Florisz uyte naam van zijn huisvrouw Machtelt Herbertsdochter, tesamen erfgenamen van wijlen Herberen Willemsz van Harlingen, in zijn leven wonende tot Gorinchem. Volmacht gegeven hebben aan huerlieder broeder Seger van Harlingen om namens hen voor de stadhouder van lenen te verheffen het leen van 12 morgen land te Hardincsvelt, hun aangekomen bij dode van hun vader Herberen Willemsz van Harlingen. Aldus gedaen binnen Gorinchem ten huize van Claes Cornelisz, waart in de Swaen, in presentie van Claes en van Pieter Veerman Lodewijksz, schout tot Hardincsvelt (vgl 1565-07-07 en 1565-09-11)

1438-09-18 |

Arch Grote Gasthuis Haarlem no 46/51/St Elisabethsgasthuis Haarlem
Haarlem Algemeen

schepenen in Haerlem oorkonden dat de rechter in Haerlem verkoft heeft vansrechts wegen Willem van Assendelff voor hemselven ende als een voicht van sijn suster ende broeder, een husinge ende erve die Gheertruud Willems weduwe van Zaenden nu ter tijt woenlic beseten heeft gelegen ant Sant, 56sc ende 3 penn van renten onverjaert an pachten als hij seide dat sijn brief hout, ende om 2 groten van wincope (vgl 1441-11-25)

Jan die Grebber (zegel: een 8 puntige ster waarboven een barensteel van 3 hangers) en Jan van Noirtich (3 meerbladen in het schildhoofd een 6puntige ster), schepenen

1377~ |

R.A.H. Coll Aanw 50 fol 149
Jaartallenindex

Jan van Chastillon oorkondt: dat mit ons overeen gedragen is Alaert Grebbe van den gorse daer die ettinge Gielijs Jansz of was in sulken voorwaerden dat ons die voirs. Alaert quyt houden sal hemselven ende van sinen susteren en bruederen van enigen recht of toeseggen dat si daertoe hebben moegen. Hij geeft hen nu 5£ Tourn per jaar op de rentmeester van Zeeland (zonder datum, volgt op een akte van des woensdages na alre Kinderendach anno 1377)

1410-05-25 | Heemstede

Arch Grote Gasthuis Haarlem Inv no 38/1 no 29/St Elisabethsgasthuis
Haarlem Algemeen

schepenen in Haerlem oorkonden dat Aelbrecht Ban voor zich zelf en voor zijn zwagher Heynric Hermansz, dair hi voor loifde te waren, Florys Ban ende Hughe Dirxsoen voir hemselven, gheliden dat si vercoft hebben in ghesamenderhant den gasthuismeesters aldaar ½ van een camp lands die gelegen is binnen den ban van Heemstede in ghemengheder voere met den gasthuse voirscr, ende belent hebben mit erve noord: Baertraet van der Horst, Symon van der Sare [Scure ?] ende Philps Hughensoen, oost ende zuid: 't gasthuys voirscr, westwaerts streckende an die lane

Lottijn Gherytsz en Matheeus Jansz, schepenen

1498-10

folio 17 XIV 1498-1501
Transportregister Haarlem

Willem Engbrechtsz Ramp in den name van Brecht Jansdochter, Willem Dircsz de Wildeman en Symon Jansz Bruijn elc voor hemselven en in de name van horen evenknyen, zijn schuldig Aef Jacobsdochter en Katrijn Jacobsdochter c.s, 41 R gld

1568-01-03 |

R.A.H. Coll Aanw 138 Caput Zeeland, Voorne fol 67
Jaartallenindex

schepenen binnen de heerlijkheid van Abbenbrouck oorkonden dat Barthoudt van Cranenbrouck overdroeg aan zijn zwager Cornelis Weylandt Loysz een vrije gifte van 5 ½ lynen lands gelegen op den grond van Abbenbrouck, ende is een stuck op hemselven, gelegen binnen desen lantmercken, noord: die Cajerswaelsche dijck, zuid: die scheij delffve van den grond van den Ouden Hoorn ende Abbenbrouck, oost: Cornelis Thoenisz, wonende in den Ouden Hoirn, west: die erfgenamen van Claes Meusz wonende in den Ouden Hoirn. Nae gemeen scryven des bisdoms van Utrecht

Jacob Jansz en Servaes Kempesz, schepenen,ondert: J. de Gouda, notarius admissus

1622-09-17

R.A.H. O.R.A. 2100 fol 128v
Transportregister Egmond

baljuw en schout en schepenen van Egmond Binnen oorkonden dat Gerrit Jansz, wonende in de Beverwijck, soo voor hemselven, als oom ende bloetvoocht van zijn broeders onmondige kinderen ende hem sterk makende en vervangende syn suster Aelbert Jansdochter [Abbekerk ?], transporteren aan Gerrit Pietersz [hun neef ?], oudschepen van Egmont te Reynegom, een huis en erf gelegen tot Reynegom in onsen banne van Egmont, oost: Nan Michgielsz van de Camer, west: de Heerewech, zuid: Sieuwen thuyntgen, noord: de Reynegommerlaan. Koopsom 400 Kar gld. Nota: dat den brieff van dese coop in forma is gestelt als aen de ander sijde

Jacob van der Nieustadt, bailliu en schout, Clement Symonsz van Poelenburch en Claes Pietersz, schepenen

1493-03-30 (1492) |

R.A.H. Coll Aanw no 60 fol 167v/Privilegia 1469-1495 fol 81v
Jaartallenindex

hertog Maxilimilaen oorkondt dat Jacob van Egmondt in naam van sijn geechte wijf jvr Marie van der Coulster, als ambachtsheer van Heylo en Oesdom ende oick die buyren ende inseten van denselven tween plaetsen, onsen lieven ende getrouwen neve den grave van Egmont Heer tot Bair, onsen stadhouder generael van Holland etc te kennen gegeven hebben, dat howel die voirs. twee plaatsen meest altijd an een ende onverscheijden hebben geweest, nochtans die geregiert sijn geweest mit twee schouten ende tweederhande scepenen, te weten elcke plaets op hemselven mit enen schout ende schependomme ende elc op hemselven gestaen hebben in alle onse subventien, beden, heervaarten ende andere lasten ende costen tot omstrent een jaar geleden, dat die slach van den rebelheijt van den Vriesen ende Kennemairen [1492] onse overhorige ende rebelle ondersaten gebuerde, in welcken slach die buyeren ende inwoonende van Heylo ende Oosdom voorn. soe groet verlies van volcke hadden, soe dat sij soeveel manpersonen niet behouden en hebben, als dat niet goetlix meer mit twee schouten ende tweerhande scependomme te weten mit acht scepenen naer ouder gewoenten geregiert mogen werden. Supplianten verzoeken daarom voortaan tesamen door één schout en 5 schepenen geregeerd te worden. De hertog consenteert hierin voor den tyd van 8 jaar. Neemt de bevolking in dien tijd weer toe tot het oude aantal dan zal na 8 jaar de oude toestand hersteld worden (vgl 1469-05-13, 1572-04-30)

1507-03-01 |

Bissch Oud Arch Haarlem/Cartul Klooster in den Hem Inv no 119 II fol 88/A.R.A. Origineel met stadszegel
Jaartallenindex

burgemeesters, schepenen en Raad der stede van der Goude oorkonden dat Jan Jacobsz voor hemselven, Daem Jan Heijenz en Cornelis Jacopsz als rechte voogden van Jan Jacobsz voirs overdragen aan het convent van den Hem buiten Scoenhoven, ⅛ deel van een grijent gelegen bij t voors. convent, groot wesende die gehele gryent 4 hont, ende gelegen is in Berchambacht tusschen den Leckedyck ende den Kerckwech, ende heeft belegen t convent voirs an beyden syden. Welck ⅛ deel gemeen plach te leggen mit 3 delen van den selven grijent die de voors. Cornelis Jacobsz t voors convent oic voirtyts vercoft heeft. Bezegeld met het zegel ter zake, 1 Mrt 1507 nae scrivens des bisdoms van Utrecht