190 resultaten
Hoorne, van | 1670
Index J.A. Jaeger p 37
Achternamenindex
mr Willem Melgersz van Hoorne vraagt aan de Staten van Holland venia aetatis
1543-03-01 |
R.A.H. Coll Aanw 123 Caput Asperen, Altena etc fol 17v-20v
Jaartallenindex
Maarten van Hoorne, ridder, here tot Gaasbeek, Hontschoten, Houtkerke, Heeze, Leende, Geldorp, Brayne, Castele, erfburggraaf van der stede van castelrie van St Winoxbergen, oorkondt dat zijn vader Maximiliaen van Hoorne, ook rider van den Gulden Vliese en here van de voors. heerlijkheden, gesteld had tot zijn procureur mr Ypolite van Persyn, om namens hem het land van Altena, de stad Woudrichem en het slot van Altena te verheffen, dat onse neve die grave van Hoorne in leen hield. Daar er nog een proces gaande was voor de Grote Raad tussen de Procureur Generaal en wijlen graaf Jan, werd er geen belening verkregen. Nu is al dit recht verstorven aan Maarten van Hoorne, na dode van zijn vader heer Maximiliaan van Hoorne. Hij geeft volmacht aan heer Gerard van Poelgeest heer van Hoochmade en Pieter van Wavere, onse meijer, om de aangestorven lenen voor het leenhof van Holland en ook voor het leenhof van de prins van Oranje als graaf van Nassau te verheffen (vgl 1540-12-16, 1544-05-06)
1576-12-24 |
P.N. van Doorninck: Inv Charters van der Does regest 86/Mathenesse
Jaartallenindex
koning Philips beleent Joris van Hornes grave van Houtkercken, borchgrave van Vuerne, baenreheer van Hontschoten, heer van Stavele, Crombeke, Leverghem etc met het land van Altena metter stad Worckum ende toebehoren, bij dode van zijn vader Maerten van Hoorne en van zijn broeder Philips van Hoorne. Als zijn gemachtigde doet Christoffel Raes de eed
Joost van Berendrecht, Pieter van der Goes, Jacob Hendricsz, leenmannen
1522-03-14 |
R.A.H. Coll Aanw 116 Caput Vriesland fol 22v
Jaartallenindex
Karel beleent Jacob Gerritsz, na dode van zijn grootvader Jan Dircsz Cogge, met: 1) 3 morgen land in de ban van Oosterblocker, bij onser stede van Hoorne, oost: de heerwech van Hoorne, zuid: de getydemeesters van Hoorn, noord: Dirrick Jacobsz te Hoorne, west: de watering; 2) 2 morgen land in de ban van Oostwoude onder het schoutambacht van Medemblik, zuid: Syvert de glaesmaker, van Amsterdam, noord en west: Pieter Luytgensz, van Oostwoude, oost: een watering genoemd Oostwouder Veer, te houden tot een erfleen. Daar Jacob onmondig is, doet zijn voogd Engebrecht Willemsz de eed voor hem. Deze draagt q.q. dit leen vervolgens over tbv Jan Pietersz Vries, die er tenslotte mee beleend wordt (vgl 1522-03-13)
present: mr Thielman van Dullekem, onse Raed en meester van onser rekening, Jacob de Jonge heer tot Baertwyck, auditeur van onse rekening, Cornelis Barthouts, Simon Jacobsz
1563 |
Inv Arch Kerkvoogdij Haarlem no 229 anno 1887/St Bavo Haarlem
Haarlem Algemeen
kerkmeesters van St Bavokerk te Haarlem: mr Maerten van Heemskerck, Dirck Claesz Joost, Jan Adriaensz Lou, Adriaen van Hoorne
1564 |
Inv Arch Kerkvoogdij Haarlem no 229 anno 1887/St Bavo Haarlem
Haarlem Algemeen
kerkmeesters van St Bavokerk te Haarlem: mr Maerten van Heemskerck, Dirck Claesz Joost, Adriaen van Hoorne, Jacob van Heussen
1565 |
Inv Arch Kerkvoogdij Haarlem no 229 anno 1887/St Bavo Haarlem
Haarlem Algemeen
kerkmeesters van St Bavokerk te Haarlem: mr Maerten van Heemskerck, Dirck Claesz Joost, Adriaen van Hoorne, Wouter van Rollant
1566 |
Inv Arch Kerkvoogdij Haarlem no 229 anno 1887/St Bavo Haarlem
Haarlem Algemeen
kerkmeesters van St Bavokerk te Haarlem: mr Maerten van Heemskerck, Adriaen van Hoorne, Wouter van Rollant, Dirick Claesz Wij
1567 |
Inv Arch Kerkvoogdij Haarlem no 229 anno 1887/St Bavo Haarlem
Haarlem Algemeen
kerkmeesters van St Bavokerk te Haarlem: mr Maerten van Heemskerck, Adriaen van Hoorne, Wouter van Rollant, Jan Jansz Verwer
1544-05-06 |
R.A.H. Coll Aanw 123 Caput Asperen, Altena fol 17v
Jaartallenindex
compareerde voor stadhouder van lenen heer Gerardt van Poelgeest here van Hoochtmade, ridder, als gemachtigde van heren Maarten van Hoorne, ridder, heer tot Gaasbeek etc, volgens procuratie dd 1543-03-01. Op grond hiervan verzocht hij te mogen verheffen het land van Altena, hoog en laag gerecht, de stad Woudrichem en het slot van Altena, zoals wijlen grave Jan van Hoorne die bezeten had. De Procureur Generaal weigerde het verzoek daar deze zaak in cas van appel nog hangende was voor de Grote Raad van Mechelen
leenmannen: Jacob van Duvenvoorde, heer van Opdam, Otto van Egmont, Anthonne Lebucq, Nicolaes Barthouts