67 resultaten
Jutfaes, van | 1569
Quohier 100e penning
Achternamenindex
jhr Floris van Jutphaes eigen huis en bruict zijn woning, boomgaerden en landen daar om en aan leggende ende toebehorende, groot 5 morgen 1 hont, getaxeerd in huerwaer op 70 £ per jaar [huis te Bloemendaal, Aelbrechtsberg]. Deselve bruict van de Con. Maj. een stuk land gecomen van de heer van Brederode, groot 2½ morgen ½ hont, om 24£ per jaar
1342-12-06 |
G.A. Haarlem dl I no 60 /Cartul St Jan 1 fol 23
Haarlem Algemeen
Ghijsbrecht, deken van Kermerlant, oorkondt dat heer Diric Olout erkende dat hij gegeven heeft aan het convent van St Jan te Haarlem, 1 ½ morgen lants in het ambacht van Monster, die Willem Gherlinc [Gheilinc] nu in huerwaer heeft jaerlix om 18 schell
1396-06-08 | Mathenesse, oud
Cartul Carth Raamsdonk anno 1518 fol 75/Carthuizers St Geerdenberg
Jaartallenindex
ick Dirck Jansz doe cont dat ick vercoft hebbe den Sartroysen by St Geerdenberg, 4 £ Holl sjaers aen staende renten die gelegen zyn binnen Scidam ende in Mattenesse als die brieve daer of houden die ick hem daeraf overgegeven hebbe. Voert so ic den Sartroysen vercoft ½ morgen lants met alsulker huerwaer van dycbotinge als Philips Geerloefsz tot desen lande voirs ghehuert hadde ende hij 't meede vercoft. Des so heb ic hem van desen lande een vrij ghift ghegeven (nadat betaald was). Ende dit land is gelegen in Oude Mattenesse opt zuyteynde van den Gronenweg aen den ouden dijc. In oorkonde bezegelt met myn zegel anno 1396 des Donresdages na St Bonifaciusdach
1313-06-23 |
Cartul St Jan Haarlem I fol 25 dl I no 64 Haarlem
Haarlem Algemeen
Jacob bisschop van Zuden en commandeur van St Jan te Haerlem oorkondt dat wij hebben ghegheven mr Gherride, scolaster tote Harlem, Aleyde synre dochter ende Elisabeth van Utrecht eenre beghinen in diere selver porten met samender hant 9 £ Holl jaerlixe renten ende 18 hoeneren toet hare lijftocht, in te nemen jaarlijks van 9 morgen lands in de Lier, die Willem de Lapper van hem en het convent in huerwaer heeft
1342-12-02 |
G.A. Haarlem dl I no 56, no 35/Cartul St Jan 1 fol 23
Haarlem Algemeen
Diric Olout, priester, cappelaen in de prochikerke van Harlem, oorkondt dat hij gegeven heeft aan de orde van St Jan aldaar 1 ½ morgen lands binnen den ambacht van Monster, die Willem Gheilinc nu in huerwaer heeft, jaerlix om 18 sc, in rechter aelmossen toijter pitancie jaerlix sijn jarichtijt mede te doen. Medebezegeld door den eersamighen luden haren Jan Martynsz, haren Gherryd Dullaerd ende haren Jacop van Westzaenden, priesters
1600-06-22 | Koedijk
R.A.H. O.R.A. 6218 fol 118v
Jaartallenindex
schout en schepenen in Koedijk oorkonden dat Jan Cornelis den Baes quyt schelt zijn zwager Willem Luijtges, en kent betaelt te wesen van alsoodanige 710 gld als Willem hem schuldig was van de coop van t halve huys en erve dat Jan Corn. Baes aan Willem Luytgesz vercoft heeft, hierinne gereeckent en verhaelt de koop van kaese, coeijen, sijn inboel en de bruyckwaer van het land dat zij tesamen in huerwaer hadden. Ende noch hierinne besloten ende sal vast blyven staen die groote deilinge die Jan Cornelisz Baes en Willem Luytgesz op 1593-04-25 ter presentie van edele mannen als Pieter Heyndricksz, Pieter Cornelisz en Hendrik Gerritsz, met malcander gemaect hebben volgende de twee uitgesneden cedullen tenselven dage daerbij gemaeckt
Reyer Cornelisz, schout, Jan Cornelisz Croon en Michgiel Cornelisz, schepenen
1378-05-25 | Maasland
Cartul Carth Raamsdonk anno 1518 fol 68/Carthuizers St Geerdenberg
Jaartallenindex
ick Vryese van der Hove, scout in den ambacht van Maeslant, oorkond dat voer mij en t gerecht quam Arnt Jan Jacobsz.z opgaf Willem Naghel tbv het Chartreusen bij St Geerdenberge 10 morgen tot een vrij eyghen, die belegen zijn aen die west gaech in die woninge die Berwout mombersz plach te wesen, an die oost en west zijde: die Duytsche heren, ende nu ter tyt op woont en in huerwaer heeft Henrick Florisz. Ende want Arnt voirs. dit voirs. lant aldus gegeven heeft puerlicken om Godswille ende in rechter aelmisse, heb ick, Vryese, bezegeld met myn zegel anno 1378 op St Urbaensdach. Onder staat: Dese 10 morgen bruyct Willem Jan Aelwynsz om 2 Ph. gld elke morgen gedurende 10 j. lanck t jaer 15 [? bedoeld 1415 ?] dat eerste. Boven staat: den brief van 10 morgen lants quam habimus mr Arnt pro suum testamentum
1477-07-08 |
G.A. Alkmaar Kloosters, Oude Hof no 50 in dorso no 47, nieuw no 52/Gedrukt dr Vangassen no 425 p 241
Jaartallenindex
schepenen in Alcmaer oorkonden dat Gheryt Gheryt Claeszdochter, Willem Pietersz weduwe met haar voogd Gheryt Willemsz, erkende verkocht te hebben aan St Katrynen susterhuis binnen Alkmaar geheten dat oude bagynhof, een stucke lants geheten "Grijlesandt" gelegen binnen de vrijheid van Alcmaer op Huyswaert, gelyck Claes Haijckenz dat in huerwaer placht te gebruiken, noordwest: Dirick Pietersz, zuidoost: die nonnen ten Zyl binnen Haarlem, west: dat papengilde binnen Alkmaar. Ende hiertoe noch 37 st sjaars pacht op 3 hofsteden gelegen op Huyswaert en sijn gedolven uijt Grijelesant voors ende utgegeven in erfpacht. En van dze 37 st erfpacht heeft Gheryt met haar voocht bewesen t voors. susterhuis 15 st sjaars op Pieter Garbrantsz, Geryt Garbrantsz en Haycke Garbrantsz, gebroederen, nae t inhouden van een oude schepenbrief. Ende 9½ st sjaars op de hofstede die nu bezit ende bewoont Heijndrick Jansz. Ende 12½ st op de hofstede die nu besit en bewoont Jan Allertsz. Alzo zijn de voors. 37 st als erfpacht ten vollen bewesen (vgl 1464-10-12)
Roeijng Pietersz en Pieter Zel Symonsz, schepenen
Leyden, van | 1321-04-30
Reg Hann p 95/A.R.A. Leenkamer Copie no 23 fol 61/Reg EL 1 fol 20, EL 2 fol 17v/Ned Leeuw jg 1921 fol 368/Twickel: Leenregister Wassenaer AA fol 49, 58
Achternamenindex
heer Diederic burggraaf van Leiden houdt van de graaf in leen 16 morgen op die Harnesse bij de Woutkerke, die Jacob Lyenz nu in huerwaer hevet, en 17 morgen op de Cadike, die Jan van Bleest nu in huerware hevet en die heer Arnoud van Groenveld weer in achterleen heeft; de graaf belooft Arnoud de wettige leenvolging als Dirk geen wettige zoon nalaat; 1322-01-30: idem en daarbij: het land waar Willem ver Godeldenz op woonde en nu Jacob Lyenz in huur heeft, gelegen op die Harnesse, en land in de Kadijc, waarop Jan Oude Willemsz woonde en nu in huur bij Gheryt van Beesde, met lijftocht voor Lysbeth vrouw van Groenevelt van zijn broer Claes Parsijn
bezegeld door zijn neef Jan van Polanen; per dominos Zudensem, Symonem de Benthem, Gerardum Raephorst, milites, Jan van Polanen et Engelbertum
1484-06-01 | Wijk aan Zee
Bijdr Bisdom Haarlem dl 16 no 187/Arch Zijlklooster Haarlem
Jaartallenindex
Gherryt van den Nyendamme, scout in den ban van der Wyck ende Wyck opt Zee, oorkondt dat Symon Utenhaech heefft recht ghesproken ende ghedaghet op die zusteren in Zijl binnen Haerlem, ter cause van een stucke lants leggende in den ban van der Wijck opt Zee, dat welcke Willem Engel Pietersz ende zijn ouders van den susteren in Zijl in huerwaer ghehadt ende ghebruijct hebben meer dan ⅓ deel van 100 jaeren, segghende dat hij daer een notwech sculdich waer te hebben over dat zelfde lant te weghen ende te varen van die rietcamp, toebehorende denselfden Symon Utenhaech. Jan van der Meer bestrijdt dit recht op een notwech. De zevenen doen onderzoek in deze zaak, en beslissen dat het Zijlklooster in zijn recht staat. Jan van der Meer met zijn talman heefft ghedinghet dat hij sculdich waer een brieff te hebben op synen cost van alsulc recht als gheschiet was van den seventuych, ende die scepene hebben ghewesen, dat ic hem sculdich was een brieff te gheven op sijnen coste mit mijnen zegel bezegelt alzoe dat behoert. Bezegeld in teghenwoerdicheyt van den scepenen, met het zegel van Gerrit van den Nyendamme
Jan Claesz Smijt, Symon Dircxsoen, Gherrijt Hobbenz, Odewijn Claesz, Gherryt Claesz, Symon Gherrytsz en Claes Jansz, schepenen van Wyck opt Zee