14 resultaten
1566 |
Ms Opstraeten v.d. Molen dl III fol 306
Jaartallenindex
mr Anthonis van Doijenborch, makende testament, legateert sijn broeder mr Hector van Doeyenborch, ende institueert voorts tot zijn erfgenamen joffr. Sophia Evert van Doeyenborch, sijn broeders dochter, Adriaen Rams huijsvrouwe, ende stelt tot executeurs Anthonis Foeijt en Adriaen Ram
Does, van der | 1587-04-11
Gedenkw Kerken ZH II p 25
Achternamenindex
s Gravenhage: no 82) 'hier leijt begraven Claes Jacobz Valck toegenaemt …, sterf 23 maart 1573; hier leijt begraven Simon van der Does sterf den XI Aprilis 1587 en Elijsabeth Semsdochter sijn huijsvrouwe en sterf 26 augusti 15…."
1496-02-16 |
G.A. Monnikendam Inv 154 fol 21v/Diversorium Galileaconvent
Jaartallenindex
scepenen in Purmereijnd oorkonden dat Jan Jacopsz als voecht van Gheertruud Jansdochter, sijn ghetroude huusvrouwe, gegeven heeft den broederen van Galileen nu in der tyt wesende ende hier niemels comende voer Jan Jacopsz mit sijn huijsvrouwe Gheertruut ende Jan die coster mit syn huusvrou Karstyn ende haer beijder kinderen sal. ged, tot enen ewighen testament ende memorie een brief inhoudende een nobel sjaerlic, staende op een stucke lants leggende in den ban van Oesthusen gheheten Oesthuserkoech (vgl 1438-11-02, 1441-06-25)
Jacop Jansz ende Jan Pietersz, schepenen
1538-01-10 |
P.N. van Doorninck: Inv Verz Charters v.d. Does regest 46/Mathenesse
Jaartallenindex
compareerden voor den Hove van Holland Jacob van der Does als eiser, en Jan van Rijswijck als verweerder, die verklaarden dat zij een transactie hebben gesloten over de nagelaten goederen van Jan van Bosschuijsen en van zijn zuster jvr Elisabeth van Bosschuysen, huijsvrouwe van Jan van Rijswijck en moeije van Jacob van der Does. Jacob van der Does bekomt alle goederen nagelaten door Jan en Elisabeth van Bosschuijsen, en zal daarvoor uitkeren aan Jan van Ryswijck 600 Kar gld in eens, en te zijnen laste nemen alle schulden van Jan en Elisabeth, en Jan van Rijswijck, zowel staande- als vóór het huwelijk gemaakt
1491-08
folio 117v CXVI 1489-1492
Transportregister Haarlem
Pieter Thomasz lijt ende gift over dat hij Steven de Beer noch zijn goeden niet moeijlick noch hinderlick wesen en sal niet alzulke rechtvorderinge ende brieven als hi himluyden sprekende heeft ende dat in alzoe verre als hi of zijn erven ongemoeyt bliven van des Thomas off Joest zijnre huijsvrouwe sculden
1543-03-20 |
R.A.H. Coll Aanw no 528 fol 51/Leenregister Abdij Egmond fol 123v
Jaartallenindex
Willem van der Goes, abt van Egmond, oorkondt dat Bruijn Franckenssen als voog van Janne Willemsdochter, sijn eerste huijsvrouwe moeder, namens haar begeerd heeft dat haar leengoederen zouden succederen op haar neef Symon Bruijnissen, te weten een camp lands geheten die Venne, gelegen in den ban van Castricum, belend noord: Claas Leuijck, zuid: Pieter Hesselsz. Symon wordt er vervolgens voor zijn leven mede beleend, na zijn dood te komen aan de abdij, volgens de inhoud van de leenbrief door wijlen den abt heer Meynart Man gegeven. Bruijn Franckensz doet wegens "onbejaardheid" van zijn zoon Symon de eed. In dorso: 1562-05-29 verzoekt Symon Bruijnissen beleening met de ledige hand. Actum Haarlem, onderteekend Guiljelms Huijssen, notaris
Philips Naghtegael die jonge, Lauweris Claassen Meijer, leenmannen; 1562-05-29: Willem Adriaensz, leenman
Muijl | 1526-09-30 - 1527-09-30
Rek Drossaard Land van Arkel 3843 fol 3v
Achternamenindex
ontvangst van boeten en bruecken: van Heynrick Muijl omme dat hij gecommen is ten huijse van Willem van Hinckenhorst, daer Willem heeft zitten eeten mit zijn huijsvrouwe ende mit een vrouwe genoempt Anna Maersant, die Willem genoet hadde, ende Heynrick heeft zijn getoegen ende heeft Anna daermede gesteeken ende gewont daer zij sat ende at aen Willems taefel, sonder eenige woerden tegens Anna te hebben. Hier aff in brueken gewesen bij vonnisse van scepenen in 30 Kar gld, daerom hier 30 £
Advocaat | 1668-12-16
R.A.H. Not Arch 1124
Achternamenindex
compareren voor notaris Johan Meun te Enkhuizen Pieter Claesz Advocaet en Barent Pouwels, burgers dezer stede en attesteren, op verzoek van Trijntje Jans van Amsterdam, dat zij in 1662 uitgevaren zijn naar Bergen in Noorwegen met Coenraed Jansz, geboortig van Bergen in Noorwegen, die zich in het begin uitgaf voor weduwnaar, doch bij het afscheid verklaard had, dat hij getrouwd was en in Amsterdam had: "een getroude vrouwe met een kint uit leven, dat mede zijn huijsvrouwe aldaer met de groenwagen om liep, ende hadde drie borsten"
Voogd, de | 1426-10-15
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 421, 210
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: de abt oorkondt dat Jacob die Voecht maakte tot lijftocht voor zijn vrouw jvr Vrederic van Rynevelt Dirck Ruijsschendochter, een tiende, grof en smal, gelegen tot Bunschoten, geheten die Liesverder tyende, die Jacob van de abdij in leen houdt; 1474-12-20: Vrederic die Voecht van Rienevelt wordt hiermee beleend na dode van zijn moeder jvr Vrederick Jacob die Voechts huijsvrouwe van Rienevelt; "item Henrick die Voecht ejus filius, ut in libro abbatis Wilhelmi de nova ecclesia fol 58"
mannen: Dirc Grawert, Willam van der Maern; 1474: Geryt van Rijn, Alfaer Ruysch
1555-01-04 |
Ms Op Straten v.d. Molen III fol 368
Jaartallenindex
alsoo jvr Elisabeth Jansdochter (sij sterf 1534-04-10) in haeren leven wettige huijsvrouwe van Wouter van Bekesteyn, achterlatende Brechtlant, Dierck, Alijt, Jan ende Lysbeth, die sij tesamen geprocreert hebben, ende deselve Wouter van Bekesteijn in gemeen boel is blijven sitten genoch door versoeck en believen van wijlen Pieter Jan Foppensz ende mr Jan Foppensz Jansz, der kinderen voors. oomen, sodat deselve Wouter van Bekesteijn sijn kinderen niet te weesboeck gebrocht off bewesen en heeft gehadt maer hemluyden nae heuren staet, conditie ende qualiteyt elcx gehouden ende onderhouden heeft, sulcx ende in allen schijn dat op hem versocht ende begeert is geweest bij de voors. oomen ende voogden, die alle bewin, handel en voochdye hem als vader bevolen ende toegedragen hebben, ende de voors. kinderen alle nu mondich ende tot hare jaren gecomen zijn, behalve Alijt ende Lysbeth. Wouter bewijst hun nu het erfdeel van hun moeder en van hun overleden zusters