Bedoelde u soms?
heyden | heynen | heyzen | huepen | huisen | huizen | hulsen | hurden | husden | huyden | huygen | huygens | huysen

13 resultaten

1559-10-27 |

R.A.H. Coll Aanw 262 fol 378v/Mem Hof van Holland
Jaartallenindex

Aernt van Dorp als vader en voogd van zijn dochter Marytgen vraagt het Hof van Holland verlof om twee gehele huyzen en twee halve huijzen, staande te Vere (terwijl zij in den Hage wonen), waarvan de onderhoudskosten niet gedekt worden door de huur, te mogen verkopen en het geld tbv zijn dochter te beleggen. Het Hof keurt dit goed

1488-01

folio 118 CVII 1486-1489
Transportregister Haarlem

Willem Govertsz de brouwer en Gheyman Thaemsz dadingen over de goot tussen hun beider huyzen op die Oude Graft

Grieken, van~ | 1389-11-11 - 1390-11-11

Rek Schoutambacht van de Wyc IV, Rek Noordwijk en v.d. Wijk III
Achternamenindex

Aernt van Krieken: rekening schoutambacht van de Wyc: "item noch van gebroken koren van der huyzen binnen der Wyc, die nyet volghelyemt en waren of haer coern niet ghebulct en was na der stede koer: dat huys daer Aernt van Krieken in woont, 5 sc"; rekening van de schout van Beverwijk: Janneken Moelnaersz van Vechten tegen Symon van Krieken, 30 sc

1487-05

folio 78v LXXI 1486-1489
Transportregister Haarlem

Jan Luytgensz verkoopt Jacob Dircsz twee huyzen en erven, gelegen an malcanderen buyten de Scalcwyckerpoort, an d'een zide: Griet Dirc snijdersweduwe, an d'ander: Katrijn Gysen weduwe, afterwerts streckende an de nyeuwe Ramen

1571-06-26 |

G.A. Haarlem Transportregister 76/25 fol 104v
Haarlem Algemeen

Claes Gorisz, schilder, verkoopt heer Jacob Henricsz, canonick van de parochiekerk deser stede, twee huyzen en erven naast malcanderen op de Crayenhorster Graft, aen d'een zide: Kathryn en Marie, Jansdochteren, gezusters, an d'ander syde: mr Gysbrecht van Nesse, schepen, achter streckende aen t erve van wijlen heer Barthout. Belast met 2£ 7sc. Koopsom 1000 Kar gld

1487-06

folio 85v LXXVII, LXXVIII 1486-1489
Transportregister Haarlem

Govert Jansz aan Gijsbrecht Michielsz 1½ vierendeel van drie huysen mit hoeren erven, daerof de twee huyzen leggende en staende zijn in die Jacopynenstege ende naeste lenden zijn van dat een … [verder niets]

1506-12-31 |

Arch Grote Gasthuis Haarlem Inv no 50/St Elisabethsgasthuis Haarlem
Haarlem Algemeen

schepenen in Haerlem oorkonden dat mr Ripprant Jacobsz en heer Geryt Jansz, priesters, als memoriemeesters van der memorie in de parochiekerk binnen Haerlem, met hun voogd Claes Aerntsz gelieden dat de gasthuismeesters van St Elizabethsgasthuis jegens hen afgekocht en afgelost hebben 43 sc 6 penn sjaars pacht die dezelfde memorie had staan op zekere huyzen die t voors. gasthuis betimmerd heeft

mr Reijer Symonsz (zegel: een 8puntige ster) en Herman Engbrechtsz Ramp (een molenrad), schepenen

1563-04-08 |

G.A. Haarlem O.R.A. 76/24 fol 11v
Haarlem Algemeen

Hans Kolderman verkoopt mr Aernt van Thol een huis en erf in de Groote Houtstraat, an d'een zide: Cornelis Claesz, stoeldraijer, an d'ander zide: Guerte die uytdraechster, achter streckende en uytgaende met 2 huyzen in de Gierstrate, tussen an d'een zide: Cornelis Jansz, kannemaker, an d'ander zide: Kors d'anslager. Het achterhuys belast met 2 sc sjaars. Koopsom 1600 Kar gld

1574-02-15 (1573) |

G.A. Haarlem Transportregister 76/25 fol 143v
Haarlem Algemeen

Willem Pietersz Roo is coper gebleven van de twee huyzen en erven leggende bezyden malkanderen, in de Spaerwouderstraat, bij executie van justitie vercocht ten profyte van de crediteuren van wijlen Neeltgen Aelbertsdochter weduwe Outger Thaemsz, aen d'een zide: Claes Garbrantsz, aen d'ander zide: Willemtgen Pietersdochter weduwe Pieter Jansz Roo, achter streckende aen t Spaerne. Koopsom 350 gld. Arys Dammasz, sceepbreecker, is borg voor de eerste termijn

1486-12

folio 41 XXXVI 1486-1489
Transportregister Haarlem

de kerkmeesters van de parochiekerk lijen dat al ist dat Wouter van Bekesteyn ingevaren is ende getimmert heeft met zijn poerte hoe ze op ten dach van huyden staet in St Jansstraet tusschen hun beider huyzen dat him dat wel te dancken ende datselve daer zal staen ten ewigen dage