2 resultaten
Jan Isbrandsz | 1684
Index J.A. Jaeger p 15
Voornamenindex
Jan Isbrantsz (Beth) Buijes, van Ilpendam, vraagt aan de Staten van Holland venia aetatis
1496-09-07 |
Fundatie Kamers Walenstraat Die Burgh op Texel/Copie G.A.
Jaartallenindex
schepenen in Texel oorkonden dat comen Jan Pietersz, machtig zyns lyfs etc gegeven en quytgeschouden heeft tot een ewich testament een huis met 3 cameren om 3 arme mensen daer in te wonen, staende an die noordzijde van Claes Jansz huysinge van Hogendorp, streckende westwaerts an Jan Meynertsz erf, noord: dat leen. Ende nogh gegeven en quitgeschouden up elcke camer 25 S. Jacobs lopens ghelt, tot ewigen dagen durende. Ende set ten onderpand: 1) voor enen kamer een koog lands gelegen voor Folque Jan Kerstgensz hofstede, groot 700, belend oost: Bouwe Smit, oost (!) ende west: Folque Jan Kerstgensz, zuid: Pieter Ysbrandsz, 2) voor die ander 25 st 300 lants [3 hont ?] gelegen bij Gerrit Claeses Joncke, west: Pieter Ysbrandsz, oost: Claes Gerritsz, zuid: Huich Goel [Gael ?] Albertsz, noord: Jan Pietersz kinderen, 3) op die 3e camer sal wesen te renten 26 st sjaars ende heeft belenden Jacob Huygensz, ende het te onderpand een ½ holtorp onverdeelt met 300 roeden lands an die noordzijde, belend oost: Willem Gael, west: Brantgen Broersz met zijn stiefkinderen, noord: Geryt Henricsz, zuid: Ywe Pietersz en Jan Jansz. De oude gasthuismeesters mogen deze renten innen op de genoemde landen. Coman Jan zal zyn leven lang de armen aanwijzen, daarna de gasthuismeesters met een van comen Jansz naaste bloed. Daar de beide schepenen op deze tijd geen zegels hebben, zegelen Heertgen Saskersz en Albert Henricsz voor hen
Symon Isbrandsz en Coppen Gerritsz, schepenen