Diert | 1470-09-20

Bijdr Bisdom Haerlem IV p 261

Achternamenindex

Aelbrecht Ottenzvan Egmond schenkt land aan de pastoor te Heemskerk om daarvoor memorie te houden voor hem en zijn familie: "In den eersten de helft van een hoeff lants legghende in den ban Heemskerck bij der Duyn, twisken cyen voer Baert Jan Michielzoons huys, daer lenden off zijn: an t westeynde die grote cye, an die noertzijde Dirc Gherytsz, ant oesteynd die grote cye ende an die zuytzijde Aeff Michiel Diertsdochter. Item noch in denzelven ban voirseyt die helft van de 1 ½ hoeff legghende bij der Duyn bijnoerden den ouden dyck, twisschen cyen, daer lenden off sijn Dirc Mathysz an die zuytzyde ende Aeff Michiel Diertsdochter an de noertzijde. Item noch in denzelven van voorseyt bij der Duyn die helft van een stucke lants twisschen cyen, bijzuden den ouden dijck ende is gheheten "dat block" daer lenden off zijn an die zuytzijde Aeff Michiel Diertsdochter ende an die noertzijde Dirck Michielsz"

1478-02-16 |

G.A. Amsterdam Cartul Reg St Jan Amsterdam fol 133v

Jaartallenindex

heer Henric Maddert, kanunnik van den Dom te Utrecht, oorkondt dat hij verkocht heeft aan de Can. Reg. van St Jan bij Amsterdam voor lenden en buren de volgende landerijen, door hem ontvangen als erfenis van wijlen zijn ouders: 1) die een helfte van Jan Koenes ven, daer lenden van zijn oest: Gheryt Berntsz mit Engelen lant, west: jonge Gheryts ven, 2) 1/16 deel van meyster Claes weer, daer lenden van zijn west: Henric Claes Sems, oest: Pieter Arysz, 3) 1/16 deel van Ysbrant Auwels crofte, ghelegen an die zuytzijde van die Ryperdyck, daer lenden van sijn noort: die Ryperdyck west: Mecke lant

Dirck Yelles Symonsz, Jan Pietersz, Claes Claesz, Willem Florijsz, Gheryt Florijsz en Gheryt Claesz, lenden en buren

1581-06-01

R.A.H. O.R.A. 1062 fol 11

Transportregister Bloemendaal

schout en schepenen in de ban van Overveen etc oorkonden dat Pieter Dircksz, onze inwonende buerman tot Aelbertsberg, erkende schuldig te zijn aan Maritgen Pouwelsdochter, weduwe Phillips Jacobsz kistemaker, een jaarlijkse losrente van 9 Kar gld. Losbaar met 150 Kar gld. Onderpand: twee maden lants, daar Jeroen Fransz d'een helft of toebehoort, gelegen tot Aelbertsberg, daer nu ter tijd naeste lenden of zijn, oost: Guerte Reijersdochter, west: mr Gijsbert v.d. Nesse, zuid: die Leprozen buten Haerlem, oost: die kinderen en erfgenamen van Heyndric Snel

Dirck van Bronchorst en Batenburg, schout, Cornelis Pietersz Langeneel en Cornelis Jansz Argemanken, schepenen

1479-05-03 |

G.A. Amsterdam Weeskamer Amsterdam Lade 129

Jaartallenindex

schepenen van Sinte Martijns, van Enijghenburch ende van Valkencoghe, oorkonden dat Claes Pieter Abbenzoon verkocht heeft aan Jan Talynck, zekere percelen van landen naegescreven, gelegen in den ban van St Martijns voirn, te weten een stucke lants gehieten Bouwynck werff, groot ± 4 geersen, lenden west: Zasker Harkenz, zuid: Jan Rijcwertsz. Item noch een stucke lants gheeten aytinghe hoeck, groot 4 geersen, lenden west: Jan Rijcwertsz, noord: Pieter Rijcwertsz. Item noch een stucke lants van ± 4 geersen, gehieten die Cruijsvenne, daer lenden bij zijn zuid: Heinrick ende Jan Gerytsz, gebroderen, noord: Pieter Rycwertsz, etc

jonge Geryt Garbrantsz en Jan Petersz, schepenen; met zegel van Harcke Soijersz (een molenrad) die voor de schepenen zegelt

1481-10-19 |

G.A. Amsterdam Inv B.W. 580b regest 544/Arch Carthuizers bij Amsterdam, ook Cartul Carth fol 58

Jaartallenindex

Claes Symonsz, scout te Castrichem, oorkondt dat Dirck Dircksz verkocht heeft aan de Carthuizers bij Amsterdam een stycke weylandes gheleghen in den ban van Castrichem, daer lenden van sijn noord: die Zywech, oost: Rembrant Pouwelsz, west: Katherin Aerntsdochter. Hierover waren als burluden, lenden ende thughen die eerbare mannen Dirck Petersz ende Peter Aerntsz

Goer, van | 1488-04-12

R.A.H. coll Aanw 108 Caput Arkel fol 57/Reg Max. en Philips fol 18

Achternamenindex

Yde Jan Sculpendochter met Jordyn van Goer als haar gecoren voogd, draagt over aan haar zuster Yde twee morgen land, uyt alsulcke 7 morgen lands gelegen in den lande van Arkel, als wij hair op huyden onder mer bij doode Willem Sculpen verlyet hebben, lenden of syn aen die een sijde die Arkelsche wech, ende aen die ander syde Yde voorn. selve. Max. en Philips belenen haar als heren van Arkel hiermede. Hulde doet voor haar Jan Schout Claesz

1500-04

folio 72v LIX 1498-1501

Transportregister Haarlem

heer Pieter Jansz, priester, met zijn voogd Pieter Gherijt Berwoutsz, verkoopt aan Jan Jansz de decker een huis en erf op tie oude Graft, daer naeste lenden of is alomme Allart Jansz

1333-12-03 |

Cartul St Jan Haarlem no 170

Haarlem Algemeen

scepene in Harlem oorkonden dat Symon Nanneciaenszoen van Rietwijc erkende verkocht te hebben aan Jan Ponciaen 10sc sjaers op vier maden lants die ghehieten zien Symon Nanneciaenszzoens vier maden, daer Tideman die backer naest lenden of is, ende op 7 gaerde lants die ghehieten sien des Goedshuuslant, daer dat Goedshuys niet an en heft dan 2 sc sjaers, ende Coppert Claesz naest lenden of is

Willaem van Tetrode en Dirc van den Zande, schepenen

1487-06

folio 85v LXXVII, LXXVIII 1486-1489

Transportregister Haarlem

Govert Jansz aan Gijsbrecht Michielsz 1½ vierendeel van drie huysen mit hoeren erven, daerof de twee huyzen leggende en staende zijn in die Jacopynenstege ende naeste lenden zijn van dat een … [verder niets]

1311-02-01 (1310) |

Cartul St Jan Haarlem no 248

Haarlem Algemeen

schepenen in Haerlem oorkonden dat Hughe Baertradenzone ende sijn wijf Caterine hebben ghegeven Hasekijn haren Nyclaes kinde hoirs soens was, 5 maden lants tot een vrij eigen, uit haren ghemenen goede, legghende in Brechtwijerswaerde, daer lenden of syn Jan Dullaerd, mr Symon ende Jan Honen. Voort also ghesproken 7 maden lands leggende in den Kaghe, daer die Liede op die ene zijde op gaet, ende op dander zide lenden of sijn Willaem van Leijden, die clerc, Willaem corte Willaemszone, Jan Copkinszoens suster, ende Claes Vredeliefs broeder. Voert alse ghesproken dat verendiel van der groter Zerghe ende dat ¼ deel van dat clener Zerghen, daer lenden af sijn van beide dese erven Willaem van Leiden, Willaem corte Willaemssone ende Claes Vredeliefs broeder. Ende een campken land legghende after Scoterhemme, daer lenden of sijn Willaem van Leyden, Willaem corte Willaemsz, Aelbrecht Heynemanssone ende Wouter Vranckenzone die pelser. Ende Batte die beghine Hughen suster voers. die heft deser voers. Hasekijn al dit voirs. erve met hoers mombers hant opghegheven tot enen vrien eighen etc; 1321-09-17: vidimus van schepenen van Haerlem

Jan Hone, Jan Dullaerd, mr Symon en Jan van Oesterbeke, schepenen