20 resultaten
1333-10-18 |
A.R.A. Copie Leenkamer no 27 fol 80v-83/L.R. 11 fol 28v
Jaartallenindex
graaf Willem oorkondt: dat die stad Lubeke op die een zyde ende onse stede van Staveren op die ander zyde, van sulcken oirloghe als sij onderlanghe hebben, ende van allen eyssche die sij op mallic anderen te eysschen hadden tot desen daghe toe, ende die stede van Hamburch ende die abt van Staveren ende Egghebrecht van Woldrichem [Workum] syn neve, die schade genomen hebben omme des oirloghen wille voirs, aen ons gebleven zijn. Beide steden op een boete van 1000£ goede Coninx Tourn, indien zij de uitspraak niet nakomen. De abt en convent van Staveren en voor Eggebrecht, des abts neve, op een boete van 25£. De stad Staveren had goed genomen van die van Lubeck omdat Jacob de Langhe "zyn scip afgewonnen was". Aan Staveren wordt zyn pretentie deswege tegen Lubeck ontzegd. Lubeck heeft geen eisen op Staveren, en ook die van Staveren klagen niet omme enich goet dat hem binnen vrede genomen es, anders dan dat Claes Grando, die sij seggen burger van Lubeck wesen soude, als sy vermoeden te schaden dede ende nam met siere hulpe binnen vrede. Levekyn Heren Dirkszoens broeder tot 50£ toe, ende die van Lubeck zeggen dat Clais Grando, nie horen burgher en was noch en es, soe seggen wij dat Lubeck dat moet bevestigen. Doen sijs niet gelden Levekijn Heeren Dirkszoens broeder voors. zijn schade tussen nu en 1 mei e.k. zoals hij onder eede zal waarmaken, doch niet te komen boven 50£, ende desen brief te leveren of dit gelt te betalen joff Levekijn synen eedt te doene tot Haerlem voor onsen baljuw en rentmeester van Kennemerland en Vriesland op den meidach voirs. Voirt van Pieter Manten, Winoudt Altghera, Tydeman jonge Evekenz, Gheltman, zyn broeder ende Tideman Pelegrimsz van Staveren clagen dat zyn binnen vrede door de meente van Lubeke op de vrye markt mishandeld zijn. Aan Pieter Manten wordt hiervoor 4£ gr, aan Gheltmair jonge Evekenz 10sc groten, aan Tydeman zijn broeder 5sc gr en Tydeman Pelegrimsz 5sc en Winout Altghera 5sc gr toegekend, te betalen op 1 mei te Haarlem. Die van Hamburch moeten bevestigen dat zij Lubeck niet behulpzaam zijn geweest tegen Staveren etc
Goude, van der | 1243-08-17
v.d. Bergh I no 397
Achternamenindex
graaf Willem II neemt de kooplieden van Lubeck en Hamburg in zijn bescherming
Mechteldis mater mea, Folpertus de Lecca, Wilhelmus de Thelinge, Nicolaus Persin, Theodericus de Wassenar, Theodericus de Ghouda, Nicolaus de Putte, Heinricus de Vorne, Wulfardus de Malstede, Godefridus de Cruninghe, Wilhelmus de Strine, Wilhelmus de Outena, Nicolaus de Berssalia
Borssele, van | 1243-08-17
v.d. Bergh I no 397
Achternamenindex
graaf Willem II neemt de kooplieden van Lubeck en Hamburg in zijn bescherming
Mechteldis mater mea, Folpertus de Lecca, Wilhelmus de Thelinga, Nicolaus Persin, Theodericus de Wassenara, Theodericus de Ghouda, Nicolaus de Putta, Heinricus de Vorna, Wulfardus de Malsteda, Godefridus de Cruninghe, Wilhelmus de Strina, Wilhelmus de Outena, Nicolaus de Berssalia
Altena, van | 1243-08-17
v.d. Bergh I no 397
Achternamenindex
graaf Willem II neemt de kooplieden van Lubeck en Hamburg in zijn bescherming
Mechteldis mater mea, Folpertus de Lecca, Wilhelmus de Thelinga, Nicolaus Persin, Theodericus de Wassenara, Theodericus de Ghouda, Nicolaus de Putta, Heinricus de Vorna, Wulfardus de Malsteda, Godefridus de Cruninghe, Wilhelmus de Strina, Wilhelmus de Outena, Nicolaus de Berssalia
Cruyningen, van | 1243-08-17
v.d. Bergh I no 397
Achternamenindex
graaf Willem II neemt de kooplieden van Lubeck en Hamburg in zijn bescherming
Mechteldis mater mea, Folpertus de Lecca, Wilhelmus de Thelinga, Nicolaus Persin, Theodericus de Wassenara, Theodericus de Ghouda, Nicolaus de Putta, Heinricus de Vorna, Wulfardus de Malsteda, Godefridus de Cruninghe, Wilhelmus de Strina, Wilhelmus de Outena, Nicolaus de Berssalia
Haerlem, van | 1270-06-23
v.d. Bergh II no 202
Achternamenindex
graaf Floris V bevestigt die van Lubeck in hun vrijgeleide, door zijn voorouders toegestaan
testes: Theodoricus de Teilingen, Willehelmus de Bredenrothe, Simon de Harlem, Johannes Persin, Arnoldus de Emeskerken, magister Gerardus de Leiden, Daniel, Henricus notarius
Heemskerk, van | 1270-06-23
v.d. Bergh II no 202
Achternamenindex
graaf Floris V bevestigt die van Lubeck/Utrecht in hun vrijgeleide, door zijn voorouders toegestaan
testes: Theodoricus de Teilingen, Willehelmus de Bredenrothe, Simon de Harlem, Johannes Persin, Arnoldus de Emeskerken, magister Gerardus de Leiden, Daniel, Henricus notarius; milites de Bruneswic: dominus Paridam, Harnid Glengerdus, Asgwinus, Basilius
Brederode, van | 1270-06-23
v.d. Bergh II no 202
Achternamenindex
graaf Floris V bevestigt die van Lubeck/Utrecht in hun vrijgeleide, door zijn voorouders toegestaan
testes: Theodoricus de Teilingen, Willehelmus de Bredenrothe, Simon de Harlem, Johannes Persin, Arnoldus de Emeskerken, magister Gerardus de Leiden, Daniel, Henricus notarius; milites de Bruneswic: dominus Paridam, Harnid Glengerdus, Asgwinus, Basilius