Heusden, van | 1259

H. Pirenne: Livre de l'abbé de Ryckel, abt van St Truyen p 167, 133, 135,173

Achternamenindex

Johannes de Hosdinne en zijn broer Robertus maakten een compositio tussen de abt van St Truyen en Walterus Spirinck; 1262: Johannes de Hosedinne recogn-- nobis quod nos debemus instituere sacerdotem apud Gendern

testes: Wilhelmus abbas, Johannes, filius ipsius senior

1570-04-03 |

Inv Arch Delftse Statenkloosters no 53 p 550 regest 415/Carthuizers buiten Delft

Jaartallenindex

schepenen en raad van de stad Lyer oorkonden dat broeder Cornelis van den Kerckhove, prior van de Carthuizers, heeft getuigd dat toen hij procurator was van de Carthuizers buiten Delft, twee ingezetenen aldaar aanspraak maakten op 2 morgen land te Naeltwijk, welke aan de Carthuizers waren toegepacht wegens achterstallige rente, en dat die ingezetenen in een proces daarover door wethouders van Naaltwyck niet ontvankelijk in hun eis waren verklaard

Balderik | 996-12-18

v.d. Bergh I no 70

Voornamenindex

Balderik en zijn vrouw Adela hebben land afgestaan tbv de abdij Elten van goederen door haar vader Wichmannnus aan de abdij geschonken, en waarop zij aanspraak maakten, 4 curtes, Rijnhare [Rinderen], Helikanbeli, Luuthuse [de Leut bij Ubbergen], Reclo

genoemd: posterior abbatissa, nomine Lutgarda, prelibatae Adelard maritate

Kaag, van der | 1537-1550

Grote Raad Mechelen Beroepen Holland dl V dossier 473

Achternamenindex

mr Jan Kaga, organist te Leiden, gehuwd met een dochter van Katharina coman Claes, Cornelia Claesdochter, die waarschijnlijk in het St Elisabethsgasthuis te Haarlem overleed, nalatende land te Bodegraven, waarop haar 4 wettige kinderen, haar onwettige dochter en het St Elisabethsgasthuis aanspraak maakten (1536-10-07)

Hombout | 1422-10-13

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 422v

Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: abt Gheryt van Damassche oorkondt dat Jan Hombout en zijn vrouw jvr Wonne, maakten tot lijftocht voor hun dochter jvr Lysbette, 36 scat pond per jaar, na hun dood vrij uit de tienden te Emenesse, die Jan en Wonne in leen houden

mannen: Vrederic van Voerde, Tyman de Langhe

Zwaan, de | 1521-1523

Grote Raad Mechelen Beroepen Holland dl IV dossier 356

Achternamenindex

in 1472 maakten Hendrik de Zwaeff en Ursula Croesinck huwelijksvoorwaarden voor notaris Arnoldus de Stratis; uit dit huwelijk is één wettige zoon, Charles de Zwane, die ± 1509 overleed; aanspraak op de erfenissen van haar en van Charles maakte Jan bastaard van Essche die beweerde een zoon te zijn van mr Claes van Essche verwekt bij Ursula Croesinck

Willemaer | 1498-08-17

Grote Raad Mechelen Geëxtendeerde Sententiën 1966 p 328

Achternamenindex

Ridwart Lutgenz en de erfgenamen Jacobsz Zunel contra Lodewyk Willemaer en Ysbrant Thouzoon: eerste aanleg, verzet tegen door verweerders verkregen open brieven, krachtens welke zij hooi van de pachte.. (?) van eiser in beslag namen. Het gerecht van Burghorn zou aan Zunel 43 geersen land bij Burghorn, waar verweerders aanspraak op maakten, hebben toegewezen; verzet ongegrond verklaard: de aanspraken van eisers op de 43 gheersen werden erkend

1496 |

Grote Raad Mechelen E.A. Dossiers dl I dossiers 156

Jaartallenindex

Margaretha van York, weduwe van Karel de Stoute, douairiere van Voorne, contra Adriane van Naeltwijck weduwe van Jan van Nederveen, Agnes van Naeldwijck, weduwe van Cornellis Willem van Nyevelt, mr Anthuenis van der Mije, kanunnik in den Hage, mr Symon van der Sluijs, domproost en aartsdiaken van Utrecht en mr Gheryt van Zierenhove [?], officiaal van Utrecht. Voor de officiaal van Utrecht onstond einde 1496 een proces over de collatie van een pastoor te Dirksland. Eiseres maakte hierop aanspraak als vrouwe van Voorne; de verweerders maakten hierop aanspraak als rechtsopvolgers van hun broer Jan, die het ambacht van Dirksland in leen gehouden had. Eiseres wendde zich in Januari 1497 tot de Grote Raad wegens stoornis in haar bezit. Met tal van processtukken over deze zaak: leenakten, voordrachten etc

1564-1569 |

Grote Raad Mechelen Beroepen Holland dl VI dossier 596/I

Jaartallenindex

toen Machteld Gerritsdochter, non in St Cecilia te Hoorn, overleden was, maakten Catharina en Elisabeth Jansdochters, verwanten van haar moeder, aanspraak op het vruchtgebruik van het land te Wognum, waarvan de eigendom gebleven was bij de kinderen van Thonis Claesz, Anna Alyd en Katrijn Thonisdrs. Het Hof van Holland wees echter de eigendom toe aan Catharina en Elisabeth Jansdochters (1564-12-02). De kinderen van Thonis Claesz, allen wonend te Hoorn, gingen hiervan in appel bij de Grote Raad. Catharina Jansdochter was intussen overleden. In haar plaats werden haar erfgenamen gedagvaard: 1) Lysbeth Claesdochter x Hendrik Heertman, 2) Griet Claesdochter x Jan Barentsz, 3) Tryn Claesdochter x Pieter Pietersz. Elisabeth Jansdochter, zuster van wijlen Catharina Jansdochter, verweerde zich zelf. De Grote Raad stelde de erfgenamen van Catharina Jansdochter en Elisabeth Jansdochter in het gelijk

stamreeks Jacob Jan Soyersz (Hoorn): kinderen: Jan, kinderloos; Aechte, kinderloos; Catharina x Claes: hieruit Thonis Claesz, stierf vóór 1564; Gerrit Jacobsz x ….: hieruit: Machtelt, non in St Cecilia te Hoorn; Thonis Claesz x …. : hieruit: Anna x Thonis Heynez (1564-1569), Alyd x Jacob Symonsz (1564-1569), en Katrijn x Maarten Burchsz, Thonisdochters

1561-1564 |

Grote Raad Mechelen Beroepen Holland dl VI dossier 568

Jaartallenindex

Jan Jansz van Twisk c.s, kinderen en erfgenamen van Jan Claesz Boender uit Twisk, en Claes Jacopsz van Lammerschagen c.s, kinderen en erfgenamen van Jacob Claesz Boender uit Twisk contra Gerrit Willemsz van Syerdick [Spierdyk ?] c.s, kinderen en erfgenamen van Willem Gerritsz van die Meer en Dieuwer Claesdochter. Omstreeks 1530 verkocht Willem Gerritsz van die Meer aan Jan en Jacob, zoons van zijn zwager Claes Jansz Boender, 3½ morgen land in die Purwayde inde ban van Twisk. Na de dood van beide ouders maakten de kinderen van Willem aanspraak op ⅓ deel van het toen verkochte land. Een accoord voor schepenen van Abbekerk dd 1562-03-05 liep op niets uit en het Hof vonniste op 1562-07-31 ten nadele van eisers, die in appèl gingen bij de Grote Raad (vgl 1557-01-20, 1561-06-20, 1561-12-04, 1562-10-15, 1563-05-14, 1563-08-30)