10 resultaten
Haer, van der | 1491-05-14
R.A.H. Coll Aanw 108 Caput Arkel fol 86v/Reg Max. Philips fol 27
Achternamenindex
jvr Josine Medairtsdochter van Mairle wordt na de dood van haar vader met de helft van de tijns, tiende, exchijsen van de heerlijkheid en dorp van Ottenlandt beleend; jvr Lysbeth van der Air, weduwe van Medairt en moeder van Josine behoudt haar lijftocht daaraan (brieven 1489-09-13); hulde doet voor haar haar broer Willem van Mairle Medairtsz; haar broer Willem van Mairle wordt op dezelfde dag beleend met de heerlijkheid van Ottenland
1498-06-08 |
R.A.H. Coll Aanw 112 Caput Arkel, Putten fol 42
Jaartallenindex
leenmannen van Holland oorkonden dat Willem van Mairle Medaertsz opdroeg al de goederen die zijn vader Medairt van Mairle bij zijn leven gekocht hadde: 1) ⅔ van eenre tiende in Schumenoorde, streckende van den Staden totten Tweeschilt toe. Sonder tyns en met 6 roeden dycx gelegen an die Lingen, dairt blockhuys plach te staan tussen den dyck des lants van Dalem ende Dirck Roelofsz. Met 2 paar zwanen te houden in de heerlijkheid van Dalem totter voors. tiende. Tot een onversterfelijk erfleen. Te verheergewaden met een stoop Rynwyn; 2) die tiende gelegen in Dalem, onderdeylt mit heren Willem van Yzendoorns erfgenamen, streckende van den Hogen wege totten Spycxen lande toe. Noch ¼ deel van de tienden in Dalem en ⅓ deel van de tiende in het oude lant van Dalem. Tot een onversterfelijk erfleen. Te verheergewaden met een paar witte handschoene. De opdracht geschiedt tbv Daniel van den Merweden als voogd en witachtige man van jvr Lysbethe van den Haire, synre huisvrouwe. Willem van Mairle verzoekt Daniel hiermede te willen belenen tot een onversterfelijk erfleen
Claes van der Merwede, bastaart, heer van Baartwijk, Claes Spierinck van Ailburch, Hendrik Anthuenisz van Outheusden, leenmannen
1491-05-14 |
R.A.H. Coll Aanw 108 Caput Arkel fol 85v/Reg Max. Philips fol 27, Caput Heusden no 1,2,3 en 4
Jaartallenindex
koning Max. en Philips beleenen Willem van Mairle Meedairtsz met de leenen hem aangekomen bij doode van zijn vader Meedairt van Mairle, te houden van hen als heeren van Arkel; 1) heerlijkheid en dorp geheeten Ottenlant in Alblasserwaert met hoge en lage gerechten met die helft van der thyns, thienden, excysen en toebehooren tot een onversterfelijk erfleen, behoudens jvr Lysbeth van der Air weduwe van de voirs. Willem Medairt haer douarie daaraan, naar uitwyzen van de andere brieve in dato 1489-09-13; 2) ⅔ deel van eenre tiende gelegen in Schimmenoirde streckende van der Staden tot Twisschelt toe, sonder thijns en met 6 roeden dijcs gelegen an der Lingen, dairt blockhuys plach te staene, tusschen den dijck des lants van Dalem ende Dierick Roulofsz, met 2 paer oude swanen te houden in der heerlijkheid van Dalem totter voirs tiende, tot een onversterfelijk erfleen, te verheergewaden met een stoop Rijnwijn of de waarde daarvan; 3) een huysinge ende erve mit sijnen annexie ende toebehoiren als Medairt voirs. hadde staende tot Gornichem, streckende oost ende west van der Haven recht uyt tot die stadt erve achter die muyren tot tusschen Claes Tillemans, Wouter Aelbrechtsz en Martyn Janszoons erve gelegen aen die zuidzijde, Henrick die Zwarte, Coen van Zwolle, Adriaen Snoucken en Medairt van Mairle voirs. erfnamen aen die Noordzijde tot een recht erfleen, te verheergewaden met een pont goeds gelts; 4) die thiende gelegen in Dalem, onderdeelt met Heer Willem van Ysendorens erfgenamen, streckende van den hogen weg totten Spycxen lande toe, ende ¼ deel van der tiende in Dalem ende ⅓ deel van de tiende int oudelant in Dalem, tot een onversterfelijk erfleen. Teverheergewaden met een paar witte handschoenen
getuigen o.a. Floris van Wyfvliet
1494-05-02 |
R.A.H. Coll Aanw 110 Caput Arkel, Putten fol 32, 33
Jaartallenindex
leenmannen van Holland oorkonden dat Willem van Mairle Medaertsz zowel voor zich zelf als voor zijn zuster jvr Josine van Mairle, also sij noch onmondich is, opdroeg tbv Thomas Bueckelaer, rentmeester generael van Holland en Vriesland, die heerlijkheid ende t dorp geheten Ottenland in Alblasserwaard, met hoge en lage gerechten en ½ van den thyns, thienden en excysen, zoals Willem die in leen houdt. Item noch die wederhelft van den thijns, thienden, exchys ende anders den toebehoren van de heerlijkheid en dorp voors, zoals jvr Josine die in leen houdt. Dit alles belast met een losrente tbv jonge Henrick Knobbout en andere oude renten daaruit gaende, waarmee dit leengoed reeds belast was, vóór Willem en jvr Josina er mee beleend waren, uitgezonderd de lijftocht die jvr Lysbeth van der Haer, weduwe van Medaert van Maerle, daar uit heeft. Vervolgens doet jvr Lysbeth afstand van haar lijftocht aan dit leen tbv Thomas Bueckelaer. Met het verzoek om Thomas er als een Arkels leen mee te belenen. Op 1494-09-12 wordt Thomas Bueckelaer met dit alles beleend
Geryt heere tot Abbenbroeck, ridder, Philips Ruychrock van den Werve, Geryt Jacobsz, leenmannen van Holland; 1494-09-12: Philips Saij, Dirck van Boneem
Gellicum, van | 1483-04-18
R.A.H. Coll Aanw 108 Heusden fol 1/Reg Max. Ph. Heusden fol 1/Kemp p 401
Achternamenindex
leen van Arkel: schepenen in Dalem oorkonden dat Otte van Gellicum Ottenz opdroeg aan Medaert van Mairle [gehuwd met Lysbeth van der Haer, zie Heusden fol 2] de tiende gelegen in Dalem, onderdeelt met heer Willem van Yzendoorn, strekkende van de hoge weg tot Spijxen lande toe; 1483-10-25: Medart van Marle, bij opdracht uit eigen, zoals gekocht van Otto van Gellicum Ottenz
Gielis van Malsem Jansz en Dierick Jansz, schepenen
Asperen, van | 1561-06-06
R.A.H. Coll Aanw 131 Caput Arkel fol 86 (fol 17)
Achternamenindex
Reijer Jansz van Asperen wordt na de dood van zijn vader Jan Folpertsz met een huis en erf binnen Gorinchem beleend, oost en west van de Have, rechtuit tot die stadt Haven, achter die muur tot tussen Claes Tielmans Wouter Aelbrechtsz en Merten Jans erven gelegen, belend zuid: Heijndrick de Swarte, Koen van Swolle, Adriaen Snouck, noord: Willem van Mairle met zijn broer en zuster; vervolgens draagt Reijer dit leen over tbv Jan Vogelesanck Goessensz
Welle | 1476-02-12 (1475)
R.A.H. Coll Aanw 105 Arkel fol 94/Reg Karolus A II Arkel fol 28
Achternamenindex
Adriaen van Welle draagt op tbv Medaert van Maerle het huis en erf te Gorinchem oest en west van der Haven recht uyt tot die stadt erve achter die mure toe tusschen zuid: Claes Tillemansz, Wouter Aelbertsz en Martyn Jansz, noord: Henrick die Swarte, Coen van Solle, Adriaen Snoucken erfgenamen, Medairt van Mairle en Adriaen van Welle; jvr Elsebeen Gerijtsdochter van Tynencamp, vrouw van Adriaen van Welle, met haar gecoren voogd Geryt Barisz, doet afstand van haar lijftocht; 1476-06-19: de hertog beleent hem
Geryt Dircsz en Jacob Willemsz, leenmannen van Arkel
1499-06-27 |
R.A.H. Coll Aanw 112 Caput Arkel, Putten fol 43v, 44, 45
Jaartallenindex
Philips oorkondt dat overmits opdrachte ons gedaen bij Willem van Mairle Medairtsz van zekere tienden liggende in Schumenoirde ende in Dalem, bij hem te leen gehouden van onser heerlijkheid van Arckel, tbv Daniel van den Merweden, als man en voogd van jvr Lysbeth van den Air, hij vervolgens Daniel tbv zijn huisvrouw jvr Lysbeth beleend heeft met: 1) ⅔ deel van een tiende in Schumenoirde streckende van den Staden totten Tweschilt toe, sonder thyns en met zes roeden dyks, gelegen aen der Lingen, daer dat blockhuys placht te staan, tussen den dyck des lands van Dalem ende Dirck Roelofsz. Met 2 paar oude swanen te houden in der heerlijkheid van Dalem totter voors. tienden, 2) nog die tiende in Dalem, onderdeelt met heren Willems van Yzendoorns erfgenamen. Streckende van den Hogenwege tot den Spycxen lande toe. Ende een gerecht ¼ deel van der tiende in Dalem en ⅓ deel van de tiende in dat oude land van Dalem. Lenen van Arkel, tot een onversterfelijk erfleen. Heergewade voor no 1) een stoop Rynwyn, voor no 2) een paar witte handschoen
present: Tielman van Dullecum, Dierck van Boneem, Jordin van Raamsdonk
1450-05-05 |
R.A.H. Coll Aanw 105 Caput Arkel fol 87/Reg Karol A II Arkel fol 26; Ons Voorgeslacht 02-1985 p 51
Jaartallenindex
leen van Arkel: Medairt van Mairle, roerende die ⅔ van een tiende in den ambacht van Dalem. Scepene in Tuel oorkonden dat heer Goert Neve, priester, deken der kerke van Haeften, verkocht en opgedragen heeft voor 300 gouden Philips Bourg. schilden, ⅔ van een tiende gelegen in Schimmenoirde streckende van Staden totten twijscilt toe, van welker tienden ⅓ deel plag toe behoeren Aernt van Avesaet. Ende heer Goert voers. gecoft heeft tegen Geryt Ruijsch ende Geryt Ruijsch tegen Aernt van Avesaet voirn. Ende dat ander ⅓ deel plach toe te behoeren Jan van Heeswyc, ende heer Ghoert Neve voirs. tegen Airnt van Haeften, ende Airnt van Haeften tegen Aernt van der Dussen (en die van Jan van Heeswyk) gecoft heeft. De verkoop geschiedt aan Bryen van Weyburch in een eigendom zonder tijns, en met 6 roeden dycs gelegen an der Lyngen daert blockhuijs placht te staen, tusschen dycke des landes van Tielrewaert (1476: de dijk van Dalem, en sedert 1476 ook 2 paar oude zwanen in de heerlijkheid Dalem) ende Dirck Roelofsz. Borgen voor heer Goert Neve zijn: Henrick Neve en Jan Neve, gebroeders [zie nog enige brieven hierover d.a.v.]; 1470-11-08: Machteld, Govert, Cornelis en Jan van Zuidoort verkopen dit leen aan Frederik Adriaensz
Walraven van Haeften en Everick Pauwe, schepenen
1483-10-20 |
R.A.H. Coll Aanw 108 Caput Kennemerland fol 5v/Reg Max. Philips fol 2v
Jaartallenindex
hertog Max. en Philips beleenen Jacob die Wael met een huys ende erve met 5 morgen lands daaraan gelegen in den ban van Scellinchout, ende belent hebben noord: Pieter Aernt ende Pieter Aelbrechtsz, zuid: Gel Loenenz ende Garbrant Pieter Berenzoen, hem aanbestorven bij doode van zijn broeder Claes die Wael. Tot een onversterfelijk erfleen, te verheergewaden met een roode sperwer of 10 schell Holl
Claes van Ruyven, Jan Duyck Willemsz, Medairt van Mairle, leenmannen