10 resultaten
Hannaert | 1334-10-09
Bijdr Hist Gen jg 1901 p 136/Ons Voorgeslacht 01-1988 p 23
Achternamenindex
leen no 27): graaf Willem beleent Hildegonden Willemsdochter van Hedichusen met haar voogd Hughe Hannaerdsz "vichtien marghen lands" 18 morgen in de Welsche hoeve in Poederoyen, die Willem kocht van de vrouw van heer Hugheman van Ghiessen
1477-06-06 |
G.A. Amsterdam Inv. B.W. no 574c regest 528/Cartul Carthuizers bij Amsterdam fol 56v
Jaartallenindex
scout en schepene in Dyemen oorkonden dat de gasthuismeesters van St Petersgasthuis binnen Amsterdam verkocht hebben aan de Carthuizers bij Amsterdam "2 marghen lants ghelegen in den banne van Diemen in Godevaert Jansz zate, ende placht toe hieten in Diemen", daer naest bij ghelandt sijn zuid: Oudenairtslandt, noord: Jacob Backerslant
Claes Symonsz, schout, Claes Bruninxz en Pillegram Jacobsz, schepenen
1546-06-25 |
R.A.H. Coll Aanw 251 fol 544v/Mem Hof van Holland
Jaartallenindex
op huyden is bij den Hove van Holland Pieter van Egmondt, schout van Egmond Binnen, gelast en geordonneert terstond op te brengen en te leveren in handen van Gerrit Thomasz, particulier ontfanger int quartier van Kennemerland, de 2 st op t marghen, tot laste van den bruijcker, geconsenteert bij impost ofte settinge op de morgentalen voor desen jare, ondanks hem gedaan verbod door den grave ofte vrouwe van Egmond
1484-01-10 |
Register H. Geest Naaldwijk Copie v.d. Marel p 47
Jaartallenindex
ic Jan Symonsz doe condt allen luijden, dat ick vercoft hebbe Gerrit Claesz 2 marghen lants gheleghen in den banne van Monster, belend zuid en oost: myn heer van Naeldwijck, noord: die cleyne Ghantel, west: Adriaen van der Leek. Belast met 1 £ Holl sjaers tbv het begynhof te 's Gravensande. Daar hij zelf geen zegel heeft, zegelt Jan die Burchgrave, bailiu ende scout tot Naaldwijck, voor hem (vgl 1521-04-04)
1475-09-29 |
G.A. Amsterdam Arch St Jan Amsterdam Reg Vicariën fol 59v
Jaartallenindex
scout en bueren toe Nichtevecht op die Hae oorkonden dat Jan van der Hae erkende schuldig te zijn aan mr Marten Ghysbert Lappenzoon 5 g.g. Wilh Holl sc sjaers ewige renten staende op 3 marghen lants op die Hae in dat Hoghelant, daer naest op die zuidzijde ghelegen is Ghersteman Ghijsbertsz zaet, noord: naest gelegen is die Gheer. Hij zal dit land binnen 6 jaar mogen lossen met 100 scilden Holl (vgl 1480-10-27, 1502-04-11)
Jan Meer Ghijsbertsz, schout, Meynert Symonsz Gersteman, Ghijsbert Croeck Jansz en Heinrick Berenzoen, bueren
1468-06-09 |
G.A. Amsterdam Inv Gasthuizen regest 670/Cartul Nieuwe Nonnen Amsterdam
Jaartallenindex
schepenen in Scellincholt oorkonden dat heer Claes van Beerhem, priester, en Gheryt van Beerhem, ghebroeders, met Garbrant Baertsz en Gheryt Jansz, hoir bieder gerechte voechden, verkocht hebben aan de Nieuwe Nonnen te Amsterdam, ⅓ deel van hoer geheel uterdijck met hoeren toebehoeren, onderdeel, welck voirsz groet is buten ende binnen omtrent 15 marghen ende is ghelegen in den ban van Scellincholt, daer naeste lenden van zijn oost: Machtelt Jan Gaelen wedu, west: Jan Dircxz. Vrijwaring na den recht der stede van Scellinchout. Voor Claes Dircksz zegelt zijn zoon Jan Claesz. En voor Claes Hilbrantsz zegelt Jan Claesz, de schout. "Want wij nu ter tijt gheen zegelen en ghebruiken". In het Cartul. Nieuwe Nonnen is het stuk doorgehaald en in margine bijgeschreven: "is vercoft"
Claes Dircksz en Claes Hilbrantsz, schepenen
1514-04-08 |
A.R.A. 488 no 189/Sent. Hof van Holland
Jaartallenindex
heer Jacop van Domborch, ridder, als man en voogd van vrouwe Agniese van den Werfve, zuster van wijlen Lodewijck van den Werfve, houren broeder, impetrant in cas van maintenu, contra jouffrouwe Jacobmyne van Wissenkerke, weduwe van den voirs Lodewyck van den Werfve, gedaichde, roerende zekere provisie bij beyde die voirs. partyen voersocht omme te hebben die recreantie van die hoffstede van den Werfve, mit 160 marghen landts, gehouden te leen van onssen gen. H. als grave van Hollandt, daer questie omme is. Het Hof wijst die recreantie van huis en hofstede toe aan den impetrant, om die te gebruiken en de emolumenten op te kuren en te ontvangen gedurende het proces, tegen suffisante cautie [In 1513 reeds een stuk over deze zaak in ditzelfde deel. Heer Jacob nogmaals in een andere zaak dd 1514-07-31 (no 488 afd 2 no 65)]
1496-03-12 |
G.A. Monnikendam Inv 154 fol 31v/Diversorium Galileaconvent
Jaartallenindex
wij Diewer Wybrantsdochter, ministersche, Alyt Dircsdochter, Lysbet Evertsdochter procuraterscher, heer Albert Koenesz, biechtvader, mitten ghemene susteren des convents van St Marien binnen Medenblic, bi consent van Garbrant Willemsz onsen voecht, erkennen verkocht te hebben aan het convent van Galileen bi Monckendam, een stucke lants groet omtrent 6 marghen bynnen den banne van Swaech. Belend oost: Claes Fredericsz mit meerre anderen, west: die kercke van Hoern mit meerre anderen. Item noch een stucke lants groet omtrent 11 koeweyd gheleghen in den ban van Medenblijc, belend oost: die Nijstraet, west: Jan Gaefsz. Vervolgens huren zij dit land van het convent van Galilea voor 11 gouden R gld sjaars. Zij mogen dit land terugkopen voor 200 gouden R gld. In margine: ista littera soluta est et ultima vacat. Aan het slot: ista littera de Medenblyc medietas ejus soluta est [het stuk is doorgehaald]
1497-05-01 |
G.A. Monnikendam Inv 154 fol 57/Diversorium Galileaconvent
Jaartallenindex
item frater Johannes, laycus, de Crommenia, prorexit versus Crommeniam circa festum Sancte Gheertrudis et comportavit secum unam vaccam, valore 5 g.g. guldens quam vaccam retinit Symon Cops frater prioris pro pannis quos prior emit ab eo eodem tempore. Eciam eodem tempore recepit a fratribus suis 25 florenos currentes nam dederunt 9 Davidsguldens quod libet pro 27½ st et unum aureum florenum 30 st ende aen Coppenoel 30st ende een Rodulphus postulaet 19 st etc. Item frater noster Johannes laycus de Crommenia suscepit anno Domini 1497 circa festum Philippi et Jacobi a fratre nostro Nicolao Johannis 25 florenos licht gelt etc, die sijn beleit t Abbekerk in 4 morghen lants die Claes Jansz Langhedyck toebehoerden. Op welke 4 marghen lants wi jaerlics hebben 1½ gouden gulden, ende die ander gelden die daeran braken die syn ghenomen als 5 g.g. van de renten van Memelic ende al dat ander van die renten van Willem Gherytsz van Hoern, van die ghelden die hi noch niet betaelt en heeft, dat toe ter tyt stont op renten
1386-06-16 |
R.A.H. 45 fol 403v, 404/Reg Albrecht IV fol 236, 236v, 237
Haarlem Algemeen
hertog Albrecht oorkondt dat Dirc van Bakenesse makede mit onser hand bi wille ende consente van ons na synre doet Jan van Bakenesse, sinen jongheren soen, bi consente ende vrien wille Dircs van Bakenesse, sijns outsten zoens, 5 campen lants tesamen houdende omtrent 7 marghen luttel min of meer, ligghende bi Haerlem in den Corenveen aen Heeren Gherijtslane mitter selver lane die daer toe behoert, welc lant ende lane Dirc van Bakenesse, der voornoemden kinderen vader van ons hout. Ende Jan voers. sal dit voernoemde lant ende lane na Dirx sijns vaders doet van ons houden in allen manieren ende in alsulken rechte als Dirc, der kinder vader, nu van ons hout. Sterft Jan zonder wettige zoon, dan zal dit land comen op Dirc zijn broeder voorn, of op sinen soen wittelic ghewonnen, ende also voert van grade te grade na inhout sulker brieve als hi daer of heeft. Ten zelven dage maakt Dirk van Bakenesse zijne echtgenoote Lijsbeth de mindere helft van al zijn leengoed in lijftocht