8 resultaten
1485-06-17 | Alkmaar
Bijdr Bisdom Haarlem dl 16 no 193/Cartul Zijlklooster Haarlem fol 77
Jaartallenindex
schepenen in Alcmair oorkonden dat Jacob Martijnsz, Lambert Martijnsz en Cornelis Martijnsz, ghebruederen, elc voir hem selven, Matheus Borijtsz als man en voogd van Beatris Martijnsdochter voor zich zelf, en Dirc Pietersz als man en voogd van Ave Martijnsdochter, voor zichzelf, erkennen gezamenderhand verkocht te hebben aan het Zijlklooster te Haarlem ⅓ deel van ½ campe lants geheten die Tassche, ghelegen binnen die vryheyt van Alcmair over die gheest ende strect met die O.z. an den heerwech tusschen Alcmair ende bergen, ende mit die W.z in Bergermeer, dair lendens of zijn zuid: St Lysbettengasthuys binnen Alcmaer, noord: dat convent der susteren van t oude hoff binnen Alcmair
Gheryt Vrerixz en Jan Gherijtsz, schepenen
1469-05-20 |
Bijdr Bisdom Haarlem dl 16 no 127/Cartul Zijlklooster Haarlem fol 8
Haarlem Algemeen
priorinne en gemeen convent van het Zylklooster te Haarlem oorkonden dat zij verkocht hebben aan Geertruydt Rembrandsdochter en Margriet Martijnsdochter een lijfrente van 4 gouden R gld, jaarlijkse lijfrenten
1525-12-05 |
Bissch Oud Arch Haarlem regest 370/Oorspr Inv no 421
Haarlem Algemeen
Wolwijn Albertsz, kapelaan van het bagijnhof te Haarlem, verklaart dat de meesteressen op 1 Dec. vergund hebben aan Beatrijs Martijnsdochter met haar moeder Adriaen tezamen begraven te worden in het graf tussen het H. Kruisaltaar in de nabijheid van het koor onder de blauwe zark
1491-10
folio 123v CXXI 1489-1492
Transportregister Haarlem
Claes Gerytsz als man en voogd van Margriete Wolfaertsdochter, lijt dat zijns wijfs vader Wolfaert Claesz hem voldaan heeft van de erfenis de voirs Margriet aangekomen bij dode van hoere moeder Thiet Martijnsdochter
1485-12
folio 55v LVI 1484-1486
Transportregister Haarlem
mr Arijs Adamsz de goudsmit als man en voogd van Brecht Martijnsdochter voor ⅕ deel, Wolfaert Claesz als voogd van zijn wijve Thiet Martijnsdochter voor ⅖ deel en Aernt Werboutsz als voogd van zijn wijve Claes Martynsdochter voor ⅕ deel, bovengeschreven: Katryn Martynsdochter [ook voor ⅕ deel?], erkennen dat Jacob van Griecken hun voldaan heeft van de huysingen mitten erve dat hun aanbestorven is bij dode van Baef Martyns weduwe, hun aller moeder. Leggende op Sceepmakersdyck, an d'een zide: Nanne Symonsz, an d'ander zide: Claes Ysbrantsz en Anthonis Heertgesz tesamen, streckende van der Sparen an der stede vest
1488-02
folio 122v CXI 1486-1489
Transportregister Haarlem
Alijt Martijnsdochter met haar man Willem Gerytsz als voogd aan Jacob Dircsz een huis en erf buiten Scalcwykerpoort, an d'een zide: Griet Jacob Jansz weduwe, an d'ander: Dirc Havicxz, afterwerts streckende an de voors. Griet Jacob Jansz weduwe
1574-07-12 |
G.A. Haarlem Transportregister 76/25 fol 145v
Haarlem Algemeen
Cornelis Pottagie, als vader en voocht van zijn kinderen, geprocreert bij wijlen Anna Martijnsdochter, zijn overleden huisvrouw, mede namens zijn zwager Claes Maertsz, en Volckgen Martynsdochter weduwe Willem Diricsz Bocx, zijn schoonzuster. Allen erfgenamen van wijlen Anna Willemsdochter, weduwe van Cornelis Pietersz kennepcoper, verkopen aan Cornelia Pietersdochter, weduwe Anthonis Jansz, glaesmaker, een camer met erve opt Groote Heylige lant, met ½ van een stege deur dewelcke de erfgenamen van wijlen mr Jan Foppensz een notwech hebben, zuid en noord: Dirickgen Vuyten Hage weduwe Jan Jansz van der Goude, achter streckende aen Dirickgen voors. Koopsom 25 gld, te betalen bij assignatie van de voors. erfgenamen van Lysbeth Jansdochter weduwe Quiryn Cornelisz, linnewever. Jan Pietersz, linnewever, voocht van Cornelia Pietersdochter
1492-09
folio 14 VIII 1492-1495
Transportregister Haarlem
Dirc Gherijtsz en Claes Willemsz in de naam van Geryt Martijnsz en Angnijese Martijnsdochter, lijen alzoe Pieter Ballinck deselve twee kinder in een brief noch van custing sculdig was 42 R gld, waarvan een schepenbrief gemaakt was, die verloren of vervreemd is. Daar de brief voldaan is, beloven zij deze bij terugvinding aan Pieter over te geven. Pieter kent aan Dirc Gerijtsz 18 R gld schuldig te zijn