14 resultaten
1590-09-06 | Koedijk
R.A.H. O.R.A. 6218 fol 58
Jaartallenindex
Pieter Allertsz, waert in de Goutsbloem tot Coedyck, kent schuldig te zijn aan Aeriaen Jacobsz Buegel, biersteker van t dubbelde swaert tot Alkmaar, ofte Lucas Corstiaensz van der Vliet, brouwer van t voorn. mercke, wonende tot Delft, de somme van 200 gld ter cause van 100 gld geleent gelt en d'ander 100 gld by hem gehaelt aen Delfs bier. Hij stelt tot onderpand zijn huis en erve daer hij nu ter tijt in woont, belend zuid: Cornelis Cornelisz alias Boecke, noord: Jacob Jacobsz
Jan Gerritsz, schout, Cornelis Reyersz Hopman en Pieter Dirck Yfsz, schepenen
1526-07-07 |
R.A.H. Coll Aanw 116 Caput Kennemerland fol 60v
Jaartallenindex
Karel oorkondt dat voor de heer van Assendelft als substituut van de graaf van Hoogstraten, Adriaen van Damme, procureur-postulant in den Hove van Hollandt, als gemachtigde van jhr Reynout oudste zoon van Brederode en van Vianen, heer tot Heinsroede, en zijn huisvrouw jvr Philippe, dochter van heer Robbrecht van der Mercke en Arenberge, heeft vertoond en verklaard dat op 1521-05-11 huwelijksvoorwaarden tussen beiden zijn gepasseerd voor twee notarisen. Adriaen verzoekt q.q. confirmatie op deze huwelijksvoorwaarden, aan welk verzoek Karel voldoet
1541-07-05 |
R.A.H. Coll Aanw 122 Caput Putten, Arkel fol 140
Jaartallenindex
Willem Willemsz draagt voor leenmannen de keizer op ½ van de gehele corentiende, gelegen in Nyen Stryen in s Heren Hugenland, daar St Anthoniskerk in staat. Welke ½ toebehoorde aan Gerrit mr Jan Boomsz. Tbv zijn zuster jvr Mergriet van der Merck, weduwe van Pieter Symonsz van den Mercke, en dat hij Margriete ermee beleend heeft. Leen van Strijen te houden tot een recht onversterfelijk erfleen, heergewade 1 gouden Holl scilt. Ten Caste [= laste ?] van 31 gouden Andriesgld per jaar daaruijt gaende, die men van de keizer in leen houdt. Haar neef mr Adriaen Vastaartsz doet de leeneed voor haar (vgl 1541-06-30)
leenmannen: mr Barthoud van Assendelft, onse secr. ord. in de camer v.d. Rade, Adriaen van Bloys van Treslonge, Cornelis Barthout Jansz, mr Willem van den Sevender, Anthonne Lebucq
1577-06-01 | Velsen
R.A.H. O.R.A. 954 fol 78
Jaartallenindex
schout en schepenen in de ban van Velsen oorkonden dat Claes Claesz Zolige, onse buerman, erkende dat hij in hure genomen heeft van Claes Aertsz, surrijgen en poorter van Amsterdam, twee stucken lants an malcanderen gelegen in de ban van Velsen, genaampt Hobbencroft, de tijd van 4 jaar lanck eerstcomende, ende daertoe oock van de voorn. Claes Aertsz ontvangen te hebben de somma van 50 Kar gld. Claes Claesz stelt als onderpand twee morgen land in de ban voirs, oost: die Rooswicker kerckwech, zuid: die pastoor tot Velsen, west: die mercke, noord: mr Dirck Ramp. Ende noch een stuk belent tussen die voe[t ?]wech ende den kerckewech, zuid: die susteren ten Zyl, noord: Vrederick Claesz
Dirck Claesz Roijer, schout, Cornelis Willemsz en Aernt Gysbertsz, schepenen
"polder buiten Gou" | 1589
fol 41
Maatboek Suderwoude
"polder buiten Gou"
"Gerrit Scouten ven"
710 roeden
eigenaar: Jan van Mercke
1511-05-12 |
R.A.H. Coll Aanw 113 Caput N.H. fol 92v
Jaartallenindex
Max. en Karel oorkonden dat jvr Machteld van der Marke met Reyner Willemsz als gecoren voogd, opdroeg tbv mr Andries van Hargen, doctor in de beyde rechten, al de lenen haar aangekomen bij dode van haer zuster jvr Immesoete van der Mercke: 1) die thiende in Hodempyll beginnende van Authoeuve voort opgaende bij den Woutwege op tot aen de Lierdyck toe ende van de Lierdyck streckende bij der zytwinde zuytwaert op tot aen den twee huelen Schinckel op van der grooter Vaert oostwaerts neder ter Authoeven toe, zoals jvr Immezoete en daarna jvr Machtelt te houden plagen. Te weten aan vyf percelen: a) die nye polrethiende, b) die oude polderthiende, c) oock geheten die nye polrethiende, f) die thyende gelegen achter die kercke van Schipluyden, g) die corentiende ende smaltiende geheten die Zuytmaeslantsche tiende. Vervolgens wordt mr Andries van Hargen hiermede beleend
present: Geryt here van Assendelft, Pieter Schaert, mr Fans van Leeuwen, licentiaet, Pieter Plumion, Jordaen van Raemsdonck
1538-08-12 |
R.A.H. Coll Aanw 120 Caput N.H. fol 92v-94v
Jaartallenindex
Karel oorkondt dat voor zijn stadhouder van lenen Jehan van der Eynden als gemachtigde (dd7 augustus j.l. te Brussel) van heer Heyndrik van Hoorne, jonge heere van Gaasbeeek, burchgrave van St Winoxberge, bij consent van zijn broeder jhr Maarten van Hoorne heer van Heese, overdraagt een eeuwige jaarlijkse rente van 400 gouden Kar gld te lossen den penninck 20, aan zijn neve joncker Robbrecht jonge grave van der Mercke, Arenberge, heer van Egremont. Gevestigd op de overtocht tot Voorburg, de molen tot Voswyk, de landen, coren- en smaltienden van der Made in onsen lande van Holland, zoals heer Hendrik die van de grafelijkheid in leen houdt. Karel beleent vervolgens joncker Robbrecht met deze rente. Daar deze onmondig is, doet Fop Willemsz, rentmeester van zijn vader de graaf van Arenberg, de leeneed voor hem. Op 1538-09-10 geeft het Hof van Holland willige condempnatie op deze rente
heer Zegelyn van Alveringen, heer tot Hofwegen, ridder, mr Barthoud van Assendelft, secretaris ord. in den camer van onsen Rade in den Hage, Cornelis Barthouds, leenmannen
1528-08-20 |
R.A.H. Coll Aanw 117 Caput N.H. fol 57-60, 61
Jaartallenindex
leenmannen van Holland oorkonden dat jvr Machtelt van Montfoort, vrouwe en gravinne van der Mercke etc voor haar zelve en Fop Willemsz als gemachtigde van haar man heer Robbrecht grave van der Marck etc. Volgens geinsereerde brief van procuratie. Dit alles om te volbrengen zekere articulen van de huwelijkse voorwaarden hier voormaals tussen Coene graaf van Vernenburg etc en zijn vrouw jvr Josina van der Marck, dochter van heer Robbrecht en Machtelt van Montfoort gemaakt. Hij bewijst nu aan de grave van Vernenburghe 250 gld per jaar of 5000 gld in eens, op de goederen van Naeltwyck. Hij verzoekt Karel deze akte te confirmeren. Coene, graeff van Vernenburgh, here van Sombreff, geeft Jan van Tuyl, onse hofmeester, [opdracht] om namens hem en zijn vrouw de 250 gld rente te ontvangen die haar door haar ouders gemaakt zijn; 1528-08-24: Karel beleent jvr Josyne van der Marck met de rente van 250 gld, en hun hofmeester Jan van Tuyl doet de leeneed voor haar
Gerrit here tot Assendelft, ridder, Raad ord. in Holland, Jan Hendricsz van Driebergen, secretaris en ontvanger van de exploicten, Cornelis Barthout Jansz, leenmannen van Holland
molenaer | 1413-02-02
Carth te Raamsdonk Cartul 1518 fol 27
Achternamenindex
Dieric Dieric Godevaertsz.z. richter in het gericht van Eethen en Robbrecht Willemsz, Hessel Jan Bijesz, Gysbrecht Mercke, Peter Reijnenz en Jan mijns herensoen, geburen, getuigen dat Dieric Willem des Buijsersz opdroeg Tielman den Wint 2 ½ morgen lants, die gelegen zijn in die Hove voir in die Steltkamp, belend oost: Dieric Willem Buysersz en Wouter Woutersz, west: over de sloot Pter Artsz en Dieric Claes Molenersz [ook belend 1414-12-13, 1464-12-05], strekkende van Dieric Willems Buyser gesaet totten dwerssloot toe; Dieric Buysersz en Arnt Noye Jacobsz beloven vrijwaring zoals recht en zede is in Jans lande van Dronghelen, ridder, heer van Eethen en Meduwen. Vervolgens geeft Tielman die Wynt weer aan Dieric Willem Buysersz tegen betaling van 1 goede Eng nobel per jaar rente
bezegeld door Dieric Diericsz, richter
Carthuizers St Geerdenberg; Eethen (vgl 1412-212-20 en 1564-12-05)
1539-04-17 |
R.A.H. Coll Aanw 120 Caput N.H. fol 132v
Jaartallenindex
notaris Cornelius de Lapide, clericus Cameraiensis, geadmitteerd door het Hof van Brabant, instrumenteert dat de edele en schiltboortige heer Hendrick van Heurne borchgrave van St Winoxbergen, heer van Gaasbeek, Boulaer, verklaarde hoe dat hij wel en wettelijk vercoft hadde den exec. test. van heer Eraert van der Mercke, cardinael en bisschop van Ludic als hij leefde, tbv joncker Robrecht jonge grave van Arenberge, den Overtocht gelegen in Hollant, tussen Delft en Leijden, hem heren Heinric van Huerne toebehorende. Voor de som van 16500 R gld, en dat hij deswege volmacht heeft gegeven den eerwaardige wijse voorsienige heer en mr Johan Aempson, Raad van de keizer in Brabant, Cornelis Berthout, griffier van de lenen in Brabant en Joos van Campen, inwoner van Brussel (bisdom Camerijk) om namens hem octrooi van de keizer te verkrijgen en voor de desbetreffende instanties de voors. Overtocht over te dragen [hier staat dat deze overtocht gelegen is te Voorburg]. Aldus gedaen binnen Brussel binnen den woonhuize van joncker Marcxs Cretick, gestaen ende gelegen in de strate geheten die Veerstrate (vgl 1539-06-23)
getuigen: joncker Marck Cretick, Willem Stevens, clerck van het bisdom Camerik