13 resultaten
Meersch, van der | 1604-10-08
Lidmatenregister Haarlem 1595-1604 Vervolg IV
Achternamenindex
Maijken van der Meersch, jongedochter an Emmeric, is gedoopt te Velsen en meteen tot lidmaat aangenomen, wordt lidmaat te Haarlem
Wilde, de | 1375
R.A.H. Coll Aanw 178 fol 230v, 231/Inv anno 1441 fol 128
Achternamenindex
Ludeken die Wilde belooft dat hij na de dood van hertog Albrecht de tol te Heusden meteen aan diens weduwe zal overleveren
Hovijn | 1609-05-03
Inv Arch Bennebroek no 19 p 10
Achternamenindex
kinderen, kleinkinderen, erfgenamen van Jan Huyghensz x Maritgen Pietersdochter, verkopen aan jhr Heyndrick Hovyn, heer van Heemstede, ca 6 morgen 524 roeden wei- en teelland meteen huis en berg daarop gelegen te Bennebroek. Dit land is gebruikt voor de aanleg van de Rooheller Zandvaart (vgl 1594-03-20)
Boschuysen, van | 1537-12-22
Batavia Illustrata bl 842
Achternamenindex
Jacob van Ligne, als man en voogd van Maria van Wassenaar oorkondt dat hij Dirk van Alkemade Kerstantsz beleent met een huysinge meteen hofstede geheten Lewensteyn, gelegen in het ambacht Voorburg hem aangekomen bij dode van zijn vader Kerstant van Alkemade, met belendingen; zie ook 1469-11-20
Crispijn van Boshuysen en Otto van Malsen
Corf | 1503-10-02
Wapenheraut jg VII p 430
Achternamenindex
Offem (onder Noordwijk) beleent aan Floris van Noortwijk, priester, bij dode van Jan van Noordwijk, heer van Noordwijkerhout, en meteen daarna aan Dirk Claes Corfsz. 1512: juffr Gerrit Corfsdochter na dode van haar broer Dirk Claesz Corfs, Claes Corfsz. 1520: Willem Pynsen Jacobsz bij opdracht van zijn moeder jvr Gerrit Claes Corfsdochter
Goor, van | 1506-02-03
R.A.H. Coll Aanw 112 Arkel fol 146
Achternamenindex
jvr Cornelye van Goir Jordensdochter wordt na dode van haar vader Jorden van Goir beleend met een woning met 8 hont te Schelluijnen en nog 3 ½ morgen op de Oude Giessen, de Heerlicheijt, in het land van Arkel; met Roelof van den Halte als voogd maakt zij dit leen meteen tot lijftocht voor haar man Jacob Gout, Raad en Rentmeester Generaal van Noordholland
Bouchorst, van der | 1430
Wapenheraut VII p 430
Achternamenindex
Offem [onder Noordwijk] wordt beleend aan Jan van der Boekhorst door vrouwe Margriet, geconfirmeerd door hertog Philips in 1439; 1456: Jan van Noortwijk "bij consent van regt" en dode van Jan van der Boekhorst, zijn vader; 1503-10-02: Floris van Noortwijk, priester, bij dode van heer Jan van Noordwijk, in zijn leven ridder, heer van Noordwijkerhout, en meteen daarna bij opdracht van heer Floris verleent aan Dirk Claes Corfsz
1518-06-15 |
R.A.H. Coll Roeperpapieren Haarlem Inv 59 regest 90
Haarlem Algemeen
scepenen in Haerlem oorkonden dat Katrijn Aerntsdochter, oude Pieter Harmansz weduwe met haar zwager Jan Zijbrantsz als voogd voor ½, Jan Zijbrantsz als man en voogd van Cornelie Pietersdochter, heer Aernt Pietersz, priester, Margriet en Janne Pietersdochteren, bagynen op den Groten Hof, met Jan Zijbrantsz voors. als voogd, en Willem van Assendelft in de naam van zijn vrouw Lysbeth Pietersdochter, voor de andere ½, tesamen verkopen aan Riewert Ysbrantsz een huis en erf staande achter Frans Gerytsz huijs in de Damstraet geheten "dat Kindekin", voor ingaande meteen poort en stege in de Damstraet en achter uytgaende met een stege in die Sackstege, zuid: Clemeyns Dirick Willemsz Keijserskints weduwe en Frans Gerytsz, oost: de weduwe van Jan Jansz de mater ende de comansschuyr, noord: de voors. Clemeyns, Hillegond Claes Dirck Joosten weduwe en Symon Dircksz, west: Walraven van Brederode, t nyeuwe kerkhof en Jacob Dircsz de Vriese; "ick geloof dat dese Pieter Harmes een broer was van Jannetje Harmes, die moeder was van Syburch Gerrits van Montfoort"
Jacob Dircsz de Vriese (zegel: 3 eikels) en Gheryt Steffensz (3 pijlen boven elkaar, van links naar rechts boven), schepenen
Hoog, de | 1502-09-12
R.A.H. Coll Aanw 112 Caput Arkel fol 93v
Achternamenindex
hertog Karel kocht van wijlen Bruijsten de Juede de hoge heerlijkheid van Hardixsveld, afkomstig van de heerlijkheid Arkel, uit kracht daarvan beleent hertog Philips Willem Jacob Blastriusz [Blassekynsz ?] met 5 morgen op Hardincxvelt, belend oost: Jan Vastaartsz, west: Catrijn Pieter Michielsz weduwe met haar kinderen, hem aangekomen bij dode van zijn vader Jacob Willemsz, die ze in leen hield van de heerlijkheid Hardincsveld; Willem draagt dit leen meteen over aan Allard Dirksz de Hoige, die vervolgens beleend wordt, te verheergewaden met een rode sperwer
mannen: Willem van Nederveen, Tielman van Dullecum, Dirk van Boneem, Pieter de Grebber, Cleene Jan Bruyn
Herlaer, van | 1594-09-07
A.R.A. Leenkamer 138 Hoge Overigheyt fol 277v, repert B fol 33v
Achternamenindex
een halve hoeve land met toebehoren, gelegen tot Muylkerke aan de Dussen, Ponssenshoeve: 1503: Vrederick van Harlaer, bij dode van zijn broer Jan, en Jacob Quekel bij overgifte door Vrederik; 1528: Jacob Quekel, bij dode van zijn vader Jacob Quekel Huygensz, de andere helft is van Vrederick van Harlaer; 1536: beleend Adriaen van Haerlaer bij dode van zijn vader Vrederick van Haerlaer, lijftocht voor Hillegont van Eijl; 1594-09-07: Johanna van Harlaer, bij dode van haar oom Adriaen van Harlaer, en meteen bij opdracht beleend Brienen de Feyter; de andere helft van dit land: Adriaen van Herlaer als voren, bij opdracht van Jacob Quekel (procuratie 1594-01-28)