Naaldwijk, van | 1415-04-03

Lams bl 46

Achternamenindex

getuige voor graaf Willem: heer Hendrik van Naeltwijck

Haestrecht, van | 1475-10-08

Taxandria jg 19 p 298, 299/Arch Loon op Zand 1610-12-18

Achternamenindex

huwelijksvoorwaarden van heer Dierick van Haestrecht heer tot Venloon en Walburch van den Poldere; 1475-10-08: huwelijksvoorwaarden van wijlen jonker Diericx van Haestricht heer tot Venloon en Catarina Naeltwijck

1476-03-21 |

Reg H. Geest Naaldwijk fol 49/Copie v.d. Marel

Jaartallenindex

mr Mathys Jansz, pastoer van Voirhout, erkent verkocht te hebben aan Arlewijn Vranckez een morgen lands gelegen in den ambocht van Naeldwijck, belend oost: OLVr capelrije lant te Monster, noord: Aelbrecht Aelbrechtsz, die H. Geest van Naeltwijck, en mr Dirck, canonik van Naeltwijc, west: Mathys die Buser erfgenaem, zuid: Hein Heinricksz (vgl 1478-12-10)

1533-02-23 |

Ms Opstraeten v.d. Molen III fol 856

Jaartallenindex

Henrick Dircxz als gemachticht van Joffr. Katrijn van Naeltwijck weduwe van Gerrit van Berckenrode, kenne mits desen voldaen ende betaelt te wesen bij handen van Henrick van Berckenrode ende Willem van Berckenrode, van alsulcke actie, recht ende toeseggen, als die voors. Joffr Catrijn hadde ende competeren mochte opt sterffhuijs ende erfgenamen van Gerrit van Berckenrode voors

1496-12-01 |

Inv Arch Delftse Statenkloosters no 52 p 521 regest 272/Carthuizers bij Delft

Jaartallenindex

Claes Gerytsz te Naeltwijck verklaart dat hij door Dirck Willemse op Honsholredyck voldaan is van een rente uit 2 percelen land groot 3 morgen en 11 hont, waarvan deze het eerste verkocht heeft aan mr Jacop Meeman, priester. En dat de rente vervolgens gevestigd is op een ander perceel in de Broeck (vgl 1496-05-04, 1499-12-16)

zegels van Cornelis van Andel Gysbrechtsz, burgemeester, en Cornelis Enghebrechtsz, schepen van Delft

1551-08-26 |

R.A.H. Coll Aanw 466 fol 53, 467 fol 19/Leenregister Brederode fol 37v

Jaartallenindex

Reynoudt here tot Brederode, vrijheer tot Vianen, burggrave tot Utrecht, heer tot Haverincourt, ter Ameyde, Ridder van de oerden van den Gulden Vlies, beleent de Edele en Welgeboren onse lieve nichte vrouwe Margriet gravinne van der Marck ende van Aremberge, vrouwe van Naeltwijck, geechte huijsvrouw des Ed. Welgeboren Heer Johans van Linge grave tot Aremberge, vrijheer van Barbanson, onsen neve, oude mede broeder in der oirden van den Gulden Vlies, een thiende geheten de Huijstiende, gelegen tot Wateringen int quartier van Delfflandt, op haar gesuccedeert bij dode harer grootmoeder vrouwe Machtelt van Montfoirt, gravinne van Arenberge, vrouwe van Naeltwijck, in alle manieren als deze en haar voorouders die van de heren van Brederode gehouden hebben. Voor haar heeft hulde, eed en manschap gedaan Willem van Hooft, rentmeester van Naeltwijc, in absentie van haar man en kerkelijke voogd heer Johan van Ligne grave van Arenberge, volgens de door hem gegeven procuratie (vgl 1568-08-14, 1562-02-23)

mannen: Gheryt van Sparenwoude, zijn zoon Ysbrand van Sparenwoude

Herlaer, van | 1457-04-30

Ned Leeuw 1939 p 65

Achternamenindex

vonnis van het Hof van Holland waarbij Odilia van der Merwede uit de gevangenis wordt ontslagen onder borgtocht van: Gherrit van Poelgeest, Willem van Langerak, Marten van Poederoyen, Hendrik van der Goes, Gerrit Chrispijnsz, Robbrecht van Drongelen, Jan Aertsz, Simon Arntsz, Aelbrecht van Naeltwijck, Jan van der Mye

Naaldwijk, van | 1317-02-21 (1316)

Van Mieris II p 168, 169

Achternamenindex

de heer en vrouwe van Putten verpanden al hun erfgoederen in Holland en Zeeland aan graaf Willem, die beloofd had die edelen schadeloos te houden die voor hun borg waren gebleven voor een bedrag van 550 £ Holl geleend van de lombard van Schiedam; borg o.a. Willem van Naeltwijck

1496-09-24 |

R.A.H. Coll Aanw 114 (?) Caput Kennemerland fol 38v

Jaartallenindex

Walraven heer tot Brederode, Vianen, burchgrave te Utrecht, heere ter Ameide en van Heemsroede, beleent vrouwe Willma van Naeltwyk vrouwe tot Montfoorde, onse nichte (voor wie hulde doet onse neve Johan heer van Montfoorde) 2 ½ hoeve lants in den lande van Vianen op Lakervelt. Zij wordt er mede beleend, te houden van onser hofstede van Vianen. Verder beleent hij haar met den huistiende te Wateringe in Delfland, te houden van onser hofstad van Brederode. Haar aangekomen bij dode van haar vader heer Henrick van Naeltwijck, ridder, erfmaarschalk van Holland (vgl 1512-02-04)

hier waren over: Anthonis van Brederode, bastaert, Barthout van Buyeren, Herman van Hamersfelt

1533-03-17 |

R.A.H. Coll Aanw 119 Caput Zeeland, Voorne fol 84, 84v

Jaartallenindex

compareerde in de griffie van den Hove van Holland jvr Katheryne van Naeltwyck en gaf volmacht aan Hubrecht Pietersz om namens haar haar leen te verheffen van 50 gemeten Vronen lands gelegen in Dirxland, leen van Voorne, haar aangekomen van wijlen jvr Johanna van Naeltwyc, get. J. de Jonge; 1533-03-27: Karel beleent jvr Katheryna van Naeltwijck na dode van haar zuster jvr Johanna van Naeltwyck met 50 gemeten vrij lants gelegen in onsen lande van Voorne in Dirxland. Leen van Voorne, tot een onversterfelijk erfleen. Als gemachtigde doet Hubrecht Pietersz de eed voor haar

mr Gillis van Soutelande, Cornelis Barthout Jansz, leenmannen