Bedoelde u soms?
naaste | naecte | naes | naest | naesten | naiste | nast | naster | nesse | niese | noest

272 resultaten

Claes Dircsz | 1507

Kerkelijke Rek Haarlem fol 15
Voornamenindex

Claes Dircsz, in het naeste huijs van Haerlemlijer, is die kerk van Haarlem schuldig van een koe 7 R gld

Zael | 1488-07

….... II fol 64 (Inbrengregister Weeskamer Amsterdam ?)
Achternamenindex

"goederen van Elyzabeth Gheryt Claes Pouwelszsdochter; behaechde: Pilgrom Pilgromsz, Ghysbert Heynricsz, die men Ghijs Zel noemt, ende Claes Zwittersz, het 'skints naeste maegen en Elijsabeths 's kindts oudemoeder"

Paijs | 1598-05-23

O.R.A. Alkmaar rol 893, 894
Achternamenindex

Jan Willem Paijcs, "buyrman in Oudkarspel, hem seggende naeste manshoofd van den bloede van de overleden huisvrouw en kinderen van de vooirs. Yff Ariaensz, alias Yff Schippers, geteelt bij de dochter van Gerrit Harcken"; 1598-08-15, 1599-10-02: J.W. Paijs

1609-06-20

R.A.H. O.R.A. 2099 fol 49
Transportregister Egmond

Cornelis Gerritsz van Egmont, luytenant onder capiteyn Teylingen, als oom en naeste bloedverwant en erfgenaam van Gerrit Jacobsz, zijn overleden broeders zoon, transporteert aan Symon Miesz Heeren, onze buerman tot Rinnegom, een huijsgen met zyn tuyntgen, noord en oost: een notweg, zuid: Alyt Diercksdochter, west: die Heerenwech

Merens | 1519-10-24

Schepenrol Hoorn no 4143
Achternamenindex

"t is gewesen dat alsoe die moer in hoir noot ende oick voir den deken t kijnt Joest Jan Thaems opgezworen heeft, dat mits dien Joest voirs betalen sal die houd van t selve kijnt tusschen dit ende naeste rechtdach, dairna sdachs op een halfve gulden"

1488-05

folio 141 CXXVII 1486-1489
Transportregister Haarlem

Willem Gerytsz als naeste maech van smoeders wegen, lijt dat Jan Huygenz voer den houde van Willem Florysz geloeft ende bij zijn naeste magen, daer hij mede een of is, gegeven is geweest een huys mitten erve dat de voors Willem angecomen ende bestorven was bij dode van zyn ouders, staende in die Grote Houtstraet

Berendrecht, van | 1484-03-08

Kenningboek Leiden D fol 214/Ned Leeuw jg 1915 p 108
Achternamenindex

wij Dirck Enghebrechtsz en Aernt Pieter Asselynsz, schepenen van Leiden, oorkonden dat voor ons kwam Marye Jan van Berendrechtsweduwe, met haar gecoren voogd, "ende bewijsde hoir twee wesekinderen alse Joest ende Clair die sij genomen heeft bij Jan van Berendrecht hoiren man, bij raide end goetduncken van Griete Geryt Lams weduwe, meester Willem van berendrecht ende Florys Symonsz der voorn kinderen naeste maegen" enz

1541-02-20 |

Bijdrage Bisdom Haarlem dl 16 no 239/G.A. Haarlem Arch Zijlklooster Haarlem
Jaartallenindex

Gherijt Baert Gherijtsz (met zijn zegel), schout tot Akersloot, oorkondt dat Jacob Pouwelsz, buerman in Akersloot, erkent dat hij verkocht heeft aan het Zijlklooster te Haarlem: 1) een acker lants groot 31 voet, ligghende voer Kerckgeest ofte daeromtrent, daer nu ter tijt die naeste lendens an zijn, zuid en noord: Heindrick Jansz, buerman in Akersloot, west: die Schoudijcke, oost: die herewech; 2) een acker lants voer Kerckgeest, groot 24 voeten, daer nu ter tijt die naeste lenden an zijn zuid: Roeloff Maertensz, buerman in Akersloot, noord: Heindrick Jansz voerscr, oost: die herewech, west: die Schoudijcke; 3) noch ½ acker lants voer Kerckgheest, groot ± 8 voeten, daer nu ter tijt die naeste lenden an zijn noord en oost: Roeloff Maertensz, zuid: Albout Albertszserfghenamen, van Hoorn, west: die Schoudijcke (vgl 1526-03-28, 1530-06-08, 1531-12-15, 1533-03-04, 1539-12-18, 1543-02-03, 1543-04-20 en 06-19)

Dierijck Gherytsz en Willem Claesz, schepenen in Akersloet

1550-01-13 |

R.A.H. Coll Aanw 252 fol 242v/Mem Hof van Holland
Jaartallenindex

daar Jacob van Duvenvoorde de jonge krankzinnig is, authoriseert het Hof van Holland zijn naeste vrienden en magen om Jacob te castiemente te leggen op ten huyse van Muyden ofte Hattem

1531-07-22 | Limmen

Bijdr Bisdom Haarlem dl 16 no 236/Arch Zijlklooster Haarlem fol 155
Jaartallenindex

Jan Claesz, schout in Lymmen, oorkondt dat Jacop Dircksz, buyrman in Lymmen, erkende verkocht te hebben aan het Zijlklooster te Haarlem, ½ weijde lants, welcke gheheele weyde lants genoemt is die Valkenven, gheleghen binnen die ban van Lymmen, van welke weyd nu ter tijt naeste lenden of zijn oost: mr Bruijn, priester van Amsterdam, ende anders om ende om datselfde convent te Zijl. Noch een stucke weydlants, ghenoemt die Honghercamp bij Castricommersluys binnen die ban van Lymmen, daer nu ter tijt naeste lenden of sijn zuid: dat ghemene water die Rijn genoemt, noord: die gemene dijck ende Jacob Dircksz voirs.