1387-09-29 |

Inv Enschedé no 2134 Lade Z

Haarlem Algemeen

schepenen in Haerlem oorkonden dat voor ons quamen dieghene die hierna bi namen ghescreven staen ende verlieden dat sij weder Florens van der Boechorst hebben ghehuert tot erfhure om Holl payment ende in rechter waerderheerscap also danighe hofsteden alsoo groot ende cleyn als Florens hem nu bewijst ende bepaelt heeft op t Weydelant in den broeke after dat oude gasthuys an den Borchwal in manieren als hierna gescreven staet: 1) Ludetiaen Dircsz die scoemaker een hofstede die gheleghen is tussen noord: Meeus Claesz van Hillegom, zuid: Floris van der Boechorst met zynre stege die hi daer heeft laten liggen, om 28 scell sjaars [1383-03-29 en 1387-10-01], 2) Mieus Claesz van Hilleghem een hofstede daer an noortwaert, om 25 scell sjaars, 3) Dirc Willemsz die vleeshouwer noortwaert daer an een hofstede om 24 schell sjaers, 4) Roelof backer, die scoemaker, een hofstede daer an noortwaert, om 23 scell sjaers, 5) Pieter Gheryt Hughenz.z die scoemaker een hofstede daeran noortwerts, om 23 scell sjaars, 6) Dirc Hughenz die snider een hofstede daeran noortwerts om 23 schell. in manieren dat elc vóór zyn erve een wech zel laten leggen tot eenre strate, 1½ roeden breet, tussen den sloot ant gheestlant oestwaert, ende zinen erve rierecht te meten na dat wytste van den sloot voirs (met potlood: St Elisabethsgasthuis)

Aelbrecht Jan Mabelienz.z (zegel: kruis, op elke paal ervan 3 bollen) en Jan Wouter Symonsz.z (drie dwarsbalken beladen met St Andrieskruisjes), schepenen

Arkel, van | 1564-08-08 (1563)

R.A. Arnhem Recht Arch Hoge Heerl. Ammerzoden 242

Achternamenindex

schepenen verklaren dat "Jan de b. van Arkell prot Jan Gielisz tot behoef Meriken en Wyfken Hanrick Jansz kinderen 7 ½ R gld erflijk, verschijnende jaerlix op ten H Kersdach tot thys recht te heffen ende te baren uth huys en hoff gelegen tot Amelroy. Noortwaert de heer van Amersoyen. Zuytwaert Arien Brant"

Nyevelt, van | 1536-01-09 (1535)

R.A.H. Coll Aanw 517 fol 64/Egmond D

Achternamenindex

Dirck de Wael wordt beleend als man en voogd van jvr Clara van Nyevelt, met "die huijsinge te Colster, graften, boomgaerden, uijtgaende vierkant van den Eelst, noortwaert tot de Vaert toe, gelegen in de ban van Heyloo", haar aanbestorven bij dode van haar broer Jacob van Zuylen, onverminderd de lijftocht aan Josyna van Ruyven

getuigen: mr Nicasus Hanneman, Johan van Noortigh, leenmannen van Holland

Heiloo huis te Coulster

1570-10-18 |

R.A.H. Coll Aanw 138 Caput Arkel fol 151

Jaartallenindex

koning Philips oorkondt dat Bartholomeus Evertsz hem opdroeg tbv Cornelis Pietersz 2 morgen 2 hond land uit 15 morgen land, gelegen in de Arkelsche hoeve op Quaecquernaec, west: Aert Vinck Anthonisz, oost: Aryen Pietersz c.s, heer Henrick Huybrechtsz en Cornelis Pietersz, streckende voor van den Schenck [el] noortwaert totten Saelsloot. En dat hij Cornelis hiermede heeft beleend, leen van Arkel

Pieter Herweijer, Pieter Gerritsz, leenmannen

1517-09-10 |

R.A.H. Coll Aanw 116 Caput Asperen, Altena etc fol 1v

Jaartallenindex

leenmannen van Holland oorkonden dat Wouter Gysbrechtsz van der Eijcke als leenman van Holland gemachtigd en overgegeven heeft Gillis Scellaert 5 morgen land in de ban van Ryswijk in het land van Altena, daarvan die vier morgen lants der Cruijsbroederen binnen Woudrichem ende St Stevensaltaer tot Ryswyk erve ende land af es gelegen ten naesten noortwaert. Ende der proesten land van Honswijck ten naesten zuijtwaert, streckende voor van der Hoochlandscher stege af tot die Ryswycscher stege toe. Ende daervan den enen morgen es gelegen jvr Adriana van Rijswijcs lant te naesten noortwaert ende der kercken land van Ryswijc ten naesten zuytwaert also hij die voors. vijf morgen te leen houdende is, geven den den voorn. Gillis Scellaert volcomen macht om dit leen terstond weer over te geven in handen van de stadhouder-generaal, tot behoef van Gillis Scellaert voorn, gelyck ende in alder manieren alsof Wouter Gysbrechtsz daer selve jegenwoerdich ware. Hij verzoekt ootmoedig Gillis Scellaert hiermede te belenen (vgl 1518-09-01)

Adriaen Lijonissen, Gerrit Robbrechtsz, leenmannen

1481-06-17 |

Inv Arch H. Geest 's Hage dl II regest 485

Jaartallenindex

schepenen in den Haghe oorkonden dat Roelof Eskynsz verklaarde schuldig te zijn aan de H. Geest in den Haghe een rente van 2 £ Holl sjaars op zijn huis en erf waarin hij nu woont noortwaert van die Papenstraet, belend zuid en west: mr Jan Bollijn, noord: Machtelt Claes van Holy's weduwe, oost: de heerstraet. In margine: habet anno 1557 mr Willem Pynssoen erfnamen. Afgelost met 27£ op 1571-11-21

1535-01-22 |

R.A.H. Coll Aanw 119 Caput Zeeland, Voorne fol 126v

Jaartallenindex

Karel beleent Elisabeth Frans Bouwenszdochter na dode van haar vader Frans Bouwensz met 10 £ Holl per jaar liggende binnen onser stede van den Briel: 1)op dat erve daer Ysbrant Jacobsz op woonde, 20 scell Holl, 2) op dat erve noortwaert daeran daer Hanne Heyn Bouten op woonde, daer nu Francke Pier innewoont, 20 scell Holl, 3) op dat erve daer Jan van Dordrecht op woonde en nu in woont Adriaen Claesz, 28 schell Holl, 4) op dat erve daer Huge Kerstinen op woonde en nu mr Pauwels de brabier, 24 schell, 5) op dat erve daer Reylof op woonde, nu Floris Willemsz, 14 schell Holl, 6) op dat erve daer Heyn Bouwensz op woonde ende nae Claes de stoeldraijer, 24 schell, 7) op dat erve daer Pieter de Maersman op woonde, 24 schell, 8) op dat erve daer Margriete Hannemansz op woonde, nu Katrijn, 25 schell, 9) op dat erve aldernaest noortwaert, daer inne woont Pieter Jansz van Eteren, 25 schell Holl per jaar. Leen van Voorne, tot een recht erfleen. Als haar gemachtigde doet Thielman Oom Servaesz de eed

Cornelis Barthout Jansz, Willem Pietersz Criep, Anthone le Bucq, leenmannen

1487-05-05 |

Bissch Arch Haarlem/Cartul Klooster in den Hem Inv no 119 II fol 85v/A.R.A. Origineel

Jaartallenindex

scepenen binnen Scoenhoven oorkonden dat Hillebrant Kielenz, Jan Willemsz ende Jan Tonijsz als gasthuysmeesters van den gasthuse binnen Scoenhoven, met consent van de burgemeesters, overgaven aan de procurator, tbv het convent in den Hem buiten Scoenhoven, tot enen eweliken erfeliken pacht enen hof houdende omtrent ½ morgen lants die Frans Daemsz doe ter tijt bruyckede, also groot ende cleyn als hij begraven leijt in Berchambacht, streckende van den Leckedyck of noortwaert tot Feijsen grient toe. Om een groten Vlaems sjaars

mr Huijch Aelbrechtsz, Anthonis Matheusz en Pieter Pieter Rutghersz.z, schepenen

1519-01-04 |

R.A.H. Coll Aanw 116 Caput Sticht, Woerden fol 8v

Jaartallenindex

Karel beleent Gerrit Thonisz na dode van zijn moeder Claesken Pietersdochter met een [waarschijnlijk is het woord "huijs" weggevallen] berch ende schuijre, ende al dat binnen syne graften begrepen is, gelegen binnen den Stichte van Utrecht, in den kerspel van Lopick, ende daertoe seven morgen lants daer t huys voors [!] op staat, belend boven: Jan Heindericsz, beneden: wijlen Claes Pietersdochter voors, streckende zuytwaerts van Jaersvelt tot Benscoep toe noortwaert. Te houden tot een onversterfelijk erfleen, te verheergewaden met een rode sperwer

Jan van Driebergen Heindricsz, mr Cornelis Anthunisz, secretarissen, Cornelis Barthouts

1527-10-29 |

R.A.H. Coll Aanw 119 Caput Sticht fol 3

Jaartallenindex

Karel beleent Thonis Gerritsz na dode van zijn vader Gerrit Thonisz met een berch ende schuyre ende al dat binnen synre graften begrepen es, gelegen binnen den Stichte van Utrecht in den kerspel van Lopick, ende daertoe 7 morgen lands daer t huys voors [!] op staet, boven: Jan Heyndricsz, beneden: wijlen Claes Pieterszoonsdoghter, streckende zuytwaert van Jaersvelt tot Benschop toe noortwaert. Te houden tot een onversterfelijk erfleen. Daar Thonis Gerritsz onmondig is, doet zijn grootvader Baernt Cornelisz, onse schout van Schoonhoven, de eed (vgl 1527-11-15)

Jacob Adriaensz v.d. Wiele, onse Raad in de camer van leen, mr Nicolaes van Essche, Raad en mr v.d. rekencamer, Jan Hendricsz, secretaris en ontfanger van onse exploiten, Cornelis Barthouts