Bolle | 1468-11-08

Coll Aanw 240 fol 1388

Achternamenindex

Claes Bolle [of Bille ?], van Brouwershaven cs stellen procureur contra "den Spanjaerden, die van Middelburch of dengenen die him hoere sake onderwinden sullen"

Henrick Andriesz | 1468-11-08

Coll Aanw 240 fol 1388

Voornamenindex

Henrick Andriesz, van Arremuijden c.s. stellen procureur contra "den Spangaerden, die van Middelburch of dengenen die hun hure (?) sake onderwinden sullen"

Adriaen Michielsz | 1468-11-08

Coll Aanw 240 fol 1388

Voornamenindex

Adriaen Michielsz, van Westcappel, c.s, o.a. Cornelis coman Jansz, van Zierikzee: stellen procureur contra "den Spangairden, die van Middelburch of aen genen die hun hoere sake onderwinden sullen"

Arkel, van | 1566-07-23, 24

R.A. Arnhem Recht Arch Hoge Heerl. Ammerzoden 242

Achternamenindex

Dirck Vermerten belooft jonker Johan van Arkell "alle penningen als op ten huijs van Amersoyen bevonden" en geteld zijn te overhandigen. In de margine: Kaerl van Arckel; 07-24: "verboet Johan van Arkell Dirck Vermerten als volmachtich van de heer van Hueculom en Werdenborch dat hij hem geen dingen onderwinden zal roerende de heerlijkheid van Amersoyen"

1487-11

folio 107 XCVII 1486-1489

Transportregister Haarlem

Henrick Pietersz Vuyter Hage heeft geloeft Bertelmeus Dircsz dat hij him niet onderwinden en zal enige varken te hebben binnen Haerlem noch drie mijlen ommegaens op boete van 15 R gld. Eenzelfde belofte van Claes Jacobsz. Borge: Joest Jansz van der Horst

1486-05-13 |

G.A. Monnikendam Inv 154 fol 13v/Diversorium Galileaconvent Monnikendam

Jaartallenindex

Claes Mathijsz, Baernt Florijsz, Jacob Claesz, Lambert Heijnsisz ende Jacop Pietersz, poirteren in Monikendam, loven samen eendrachtelic een yghelic voer hemselven, voer sijn erfghenamen ende voer sijn naecomelinghen, overmits desen brieff, tot ghenen tiden te talen noch in gheenre manieren te onderwinden noch te rechts te maken noch an te legghen gheestelic of waerlic nae alsulcdanighe landen ende goeden als Broeder Pieter Pietersz Bredenz in Bernardusconvent gheheten Galilea ghebrocht hevet ende ghegheven als voor zijn ouders erve, alse: 1) een stucke lants legghende bi Buterweer gheheten die Noertse Ven, belend noord: die kerck, zuid: daer Krijtlant, 2) een stucke lants legghende bi Wilsloet gheheten Nanckenlant, belent west: Mollerslant, oost: dat Vuelweer, 3) een summe van penn. als 130 R gld. Opschrift: Littera fratris Petri Gael de Monickedam

daar zij zelve geen zegel hebben verzoeken zij Walraven Florijsz en Claes Jansz, poirteren voirn. in Monikendam voor hen te zegelen

1490-04-03 |

Cartul St Jan Haarlem no 944, 946 (nogmaals)

Jaartallenindex

broeder Jan Willem Jansz, commandeur van St Jan te Haerlem, oorkondt dat hij verhuurd heeft aan Claes Willemsz Sleijck (Heijck ?), poorter te Leyden, 16 morgen lands, die hij van ouds placht te gebruiken, uitgenomen het erf en tuintje dat Dirc Wouter van onsen goetshuyse in erfpacht ghenomen heeft hier voermaels, daer Claes Willemsz voirs. hem nijet of onderwinden en sal, sjaers om 45 R gld current, 5 jaar lang, en ½ vat butter. Daar hij int jaer 1490 ditzelfde land gehuurd had voor 68 R gld current, .. daer hy mede bezwaert gheweest is doer afsettinge der penn, so hebben wij commenduer voers. mit Claes Willemsz voers. overghecomen ende gracie ghedaen dat hij weder hebben sal dit voirs. landt in huyer tot jaren ende summe van penn. als voirs. is.

tughen: mr Vreryc Zweym en Jan van der Craeck tot Haerlem

1501-01

folio 95 LXXVIII 1498-1501

Transportregister Haarlem

Claes Dircsz de houtsager lijt dat hij overgegeven heeft, oft gebeurde dat er een van zijn twee kinderen die hij by Yde Pietersdochter, wylen zijn vrouw gewonnen heeft, namelic Pieter en Lysbet storve, dat dan de erfenisse en goede die zij van hoeren neve Jan van der Meer te erve genomen hebben, van tween op t ander erven zal, sonder dat de voors. Claes hem enichsins van die erfnisse onderwinden sal

1467-11-24 |

R.A.H. Coll Aanw 238 fol 38/Mem Poes fol 10

Haarlem Algemeen

schout, burgemrs, schepenen en Raed der stede van Haerlem oorkonden dat de eerwaardige broeder Pieter van Schoten ons clagenlyc te kennen geeft hoe dat hij als commandeur van St Jan hem nyet langer onderwinden en wille van de voichdie van den gasthuyskin gelegen neffens t voirs Godshuis daer in woonachtich sijn 7 arme wijfkens, noch oock enige questien saken of gedingen over t voirs gasthuys ende arme wijfkyns te vervolgen tegens Jan Heynrijcx, poorter der stede van Leyden, gezien de grote kosten en schaden die het godshuis van St Jan reeds geleden heeft om der sake wil van de voors .Jan Heynrycxz, die den voirs armen wyfkens aff heeft willen trecken zekere erfelyke renten bedragende 24 R gld sjaers. De stad stelt vervolgens tot voogd over de arme wyfkens Baernt Jansz, onse medepoorter, om al de voorkomende zaken te behartigen. Opschrift: roerende Baernt Jansz schoenmakere. Op 7 Dec treedt Baernt Jansz schoenmaker q.q voor het Hof op in de zaak tegen Jan Heynricsz

1506-02-28 (1505) |

Inv Arch Kerkvoogdij Haarlem no G 220

Haarlem Algemeen

burgemeesters, scepenen der stad Haerlem oorkonden dat de kerkmeesters van de St Baef aldaar gelijen dat Katryn Florisdochter van Adrichem, Jan Florisz weduwe, tbv genoemde kerk gegeven hebben in gereed geld 400 R gld (tot 40 gr Vls per stuk) om en bekeert te worden in de reparatie, fabriek en noot oirbaer van derselver kerke. Kerkmeesters zullen daarvoor eewich durende jaarlijks uitreiken 11½ R gld te wegen voor 3 ewige missen per week, te doen op St Lucasaltaar staande an die achterste pilaren van dat Cruyswerk an die noordzijde in diezelve kerk, te bedienen door een priester die Katryn of iemand van haar bloed aanwijzen zal. Is daarvan niemand meer, dan de oudste kerkmeester in jaren zal de keuze doen. Na het doen van de mis zal de priester gaan naar het midden van de kerk, waar Katryn vier graven heeft, waar ook haar ouders begraven liggen, en daar een psalm de profundis lezen. Kerkmrs zullen aan deze priester jaarlijks 9 R gld uitreiken etc. Bovendien moeten kerkmrs aan de H. Geestmrs uitreiken de 400 R gld die de voors Katryn daertoe geordineert heeft. De deken en vinders van St Lucasoutaer vanwege de gildebroeders beloven dat wanneer hun altaar verplaatst wordt dat zij dan op het nieuwe altaar de 3 missen en de uitkering van 2½ R gld niet onderwinden sullen, maar dat deselve missen per week eeuwig durende op die plaetse an de voorscr pilaren daer t voors. autaer nu staet gedaen sullen worden (dezelfde akte als 1505-02-28)

Dirk Spycker (zegel: keper, beladen met 3 rozen, in rechter bovenhoek: zespuntige ster) en Willem Enghebrechtsz Ramp (een molenrad), schepenen, met het stadszegel