Paeschen, van | 1360-08-26

Kroniek Egmond p 271

Achternamenindex

stierf Jacob gezegd van Paeschen, lekebroer, omgebracht in het jaar 1360, 5 £ gegeven en op het kerkhof der broeders begraven

Paschen, van | 1422~

Van Mieris IV p 630

Achternamenindex

hertog Johan beveelt Gheryt van Paeschen en Jacob van Paeschen in den Briel in gijzeling te gaan totdat hij over het oproer te Haarlem uitspraak zal hebben gedaan

Paschen, van | 1417-12-13

Van Mieris IV p 436

Achternamenindex

gravin Jacoba beveelt de schout van Haarlem de goederen aldaar van degenen die aan haar Gorinchem hadden helpen ontweldigen te verkopen o.a. van Gheryt Claisz van Paeschen en van Jacob Gherytsz van Paeschen

Couwenhove, van | 1334

Rek Hen Huis I p 205

Achternamenindex

ontvangsten in Noordholland: - de smaltiende in Mazeland vercoft, in 1334 te paeschen te betalen, Vrieze van Coudenhove 3 £ 15sc

borg met hem Willem Heinrixs

Paschen, van | 1422-04-22

Rechspraak Graaf van Holland II p 312

Achternamenindex

ontvangen van breuken van Haerlem, van degenen die tot Hairlem angetast worden, o.a. van Geryt van Paeschen 170 nobel

Paschen, van | 1360-08-26

J van Leyden: Kroniek Egmond p 271

Achternamenindex

Jacob gezegd van Paeschen, lekebroer, omgebracht in 1360, voor wiens ziel 5 £ gegeven zijn en hij is op het kerkhof van de broederschap begraven

1444-03-13 | Gouda

Regesten Wees- en Aalmoezeniers Weeshuis Gouda 1960 no 333

Jaartallenindex

schepenen in der Goude oorkonden dat Geryd Willemsz van Paeschen erkende schuldig te zijn aan Sander Gerydsz een rente van 4 Eng nobels per jaar op zijn huis waarin hij woont in de Twystraat, zuid: Heynric van Rijn, oost: Pieter Pietersz

zegels van: Dirc Pietersz en Aernt Gysbrechtsz, schepenen

1568-03-18 (1567) |

G.A. Haarlem O.R.A. 76/24 fol 204

Haarlem Algemeen

Jacob Fransz als man en voocht van Maritgen Pietersdochter verkoopt aan Willem Paeschen, steenhouder, een huis en erf in de Ghierstrate over St Gangelofs kerkhof, aen d'een zide: Aris Claesz, aen d'ander zide: Symon Fransz backer, achter streckende aen Henrick Jan Mathysz. Belast met 18 sc 9 penn sjaars. Koopsom 400 Kar gld. Geryt Henricsz snijder, schoonvader van Willem Paeschen, borg voor hem. Gedateert 18 Maart 1567 stilo nostro. In de oorspronkelijk op 15 Febr. 1568 (1567) gedateerde akte trad als verkoper op: Maritgen Pieterszdochter weduwe Claes Claesz alias scheelale met haar zoon Claes Claesz als voogd, maar dit is doorgehaald

1561-04-24 |

G.A.H. Inv I no 1622 lade S/Arch H. Geest Haarlem

Jaartallenindex

schepenen in Haerlem oorkonden dat Jan Adriaensz van Dordrecht, procuratie hebbende van Evert Brandt de jonge, poorter van Haarlem, uit kracht van deze procuratie dd 19 april 1562 nae Paeschen, getransporteerd heeft aan de H. Geestmeesters aldaar een rentebrief van 27£ van 40 gr Vls per jaar, losbaar den penning 16. Welke rente Joris Claesz Venhuijsen, poorter van Delft, gehouden was den voors. Evert Brant als man en voogd van Maritgen Claesdochter, des voors. Joris Claeszs zuster, jaarlijks te betalen, naer uytwyse van de voors. rentebrief dd 27 januari 1560 na gemeen schrijven gepasseerd voor den schout van Lisse, hier getransfigeerd (transfix 1560-01-27)

Jan van Zueren, zegel: beurtelings gekanteelde dwarsbalk, Dirck Claesz, zegel: 3 klimmende leeuwen (2,1), schepenen

leydecker | 1361-1362

Rek Rentmeester Kennemerland

Achternamenindex

Claes mr Gheyenz [Ghenenz], mijns heren leydecker, van sinen clederen, 3 £ 15sc (809 fol 23v); 1362-1363: idem, 3 £ 15sc (810 fol 17); 1363-1364: (811 fol 17v) van zinen clederen idem, (fol 18) van sinen wedden 50sc, van Paeschen 1364: 50sc; 1360-1361: werkt 8 dagen op het huis Middelburch 24sc, van 1000 leyen 30sc, (fol 14v) zijn wedde 50 sc