Rover, de | 1429

Navorscher jg 1890 p 582

Achternamenindex

schepen van 's Hertogenbosch: Arnold de Rover van der Poirten

Poirten, van der | 1429

Navorscher jg 1890 p 582

Achternamenindex

schepen van 's Hertogenbosch: Arnold de Rover van der Poirten, zegel: drie molenijzers en vrijkwartier met leeuw

1351-12-28 |

R.A.H. no 38 fol 5v/Reg EL 28 fol 3v

Haarlem Algemeen

graaf Willem geeft Haerlem de volgende vrijheden: 1) hij ontslaat hen van alle misdaad die zij jegens hem misdaen hebben in den oorlog, 2) voort so geven wi hem die vryheyt van der molen die nu op den dijc staet tot Scalcwijckerwaert, reerecht streckende op den utersten molewerf tote Scouthem wert, 3) voirt so geven wi hem die vryheyt te Ricsevoirt uyt alsoe verre als si van outs hebben gehad, ende desgelijx te Houte waert, 4) en oic geven wi dat te Houte wairt uyt van den poirten voirs graften tote an den Voirbroec niement husen en sal, ende te Scoten waert binnen 50 roeden na der graften onser voirs poirten etc. Vervolgens confirmeert hij de handvesten van Haerlem

1510-10-21 | o.a. Schoten

R.A.H. Coll Aanw 113 Caput N.H. fol 80v

Jaartallenindex

Max. en Karel oorkonden dat jvr Mathie van Boshuizen Jansdochter met haar gecoren voogd Loys Bruueel gemaakt heeft tot lijftocht voor haar man Guillem Billognaert 18 £ gr Vls sjaars, waarvan 11 £ uit die ambachtsheerlijkheid van Ruyven met 15 morgen lands, ende een jaerlijkse thyns van 1£ gr Vls daertoe behorend, gelegen buiten onser stede van Delft, en de andere 7£ gr Vls sjaars uit 8 morgen lands [met woning ?] gelegen in Kennemerland buyten der poirten van onser stede van Haerlem. Welke partyen zij in leen houdt van de grafelijkheid van Holland, tot een onversterfelijk erfleen (vgl 1487-11-16, 1512-11-19, 1510-10-19)

present: mr Franchois Dircxz [Hoochstraat ?]m Pieter Plumion Dircsz, Engebrecht Jacobsz

Poorte, van de | 1356

Rek Rentmeester Kennemerland

Achternamenindex

"Steffenie Oesterbeecsdochter weder gegeven van Boudyns goid van der Poirten, daer mijn here t goid of nam, die hoer zweer was, 6 £" (803 fol 13v); 1354-1355: (801 fol 11) van besterfte tot Aelbrechtsbergh: van de dood van Boudyn van de Poerten, 7 £ 5sc; (fol 14v) "van cost gedaen tot Aelbrechtsberge, doe Boudyn van de Poerten dod gebleven was, daer mijn here t goet af nam, 20 sc"

1332-08-13 |

R.A.H. no 32 fol 87v/Reg EL 39 fol 25

Haarlem Algemeen

graaf Willem oorkondt dat wi omme Gode ende ommer goeder lude bede ghegheven hebben ende gheven mid desen brieven Mensen jonge Dierix Blotensone van Rijswijc onse scole tot Hairlem, na Haren Gherards des scoelmeijsters doyt, sijns oude vader die dair nu scoelmeester es, alsoo verre als hise regiert jof regieren doit tot onser poirten oorbair voors, ende des onsen bailju ende schepenen van Hairlem ghenoeghet, dat sal gheduren tot Mensen live, jof ende dede hise niet regieren alse voors. es tot onsen wederseggen

Herlaer, van | 1486-08-11

Reg Leenaktenboeken Gelre 10e stuk kwartier Nijmegen p 752, 788

Achternamenindex

Beest: Johan van Herwinen Johansz ontvangt 6 morgen in Janniscamp, belend boven: heer Arnts erfgenamen van Herler, ridders, beneden: erve Adriaen van der Poirten (in 1414 was belending boven: Gysbert van Deyl, in 1423: Gysbert Pieck); alle tienden te Renoy: 1529-04-12: Wilhelmina Pieck, zuster van Walraven Pieck, vrouw van Jasper van Baex, bij deelinge. Zij erfde het goed van haar vader, haar broer en haar tante Aleyt Pieck, weduwe van Arnt van Herler, ridder

1368-11-23 |

R.A.H. 44 fol 193/Reg Albr. IV fol 116v

Haarlem Algemeen

dit is die maniere alse mijn heer hertogh Aelbrecht soude meynen dat die stede jof poirten van Hairlem soude vereffenen moghen op desen tijt van den eijsche die de vrouwe van Waterlant eyscht binnen der stede van Haerlem alse van den hopgelde, dat die stede aengenomen heeft. O.a. Voirt van dat die heer van Wesemale ende sijnre ghunres die om dese saken jof om eneghen dair ut rorende, belast, becommert of wedersien sijn van der stede jof Poorters van Hairlem, loesende quite wesen sullen ende al versoent, ende die stede ende poerters sellen weder vrij wesen sonder alle veede of aentale van den heer van Wesemale ende sijne ghunres etc

1461-1462 (2) |

G.A. Haarlem Inv I 210 Thesauriersrekening

Haarlem Algemeen

(vervolg) (fol 35v) Jan van Put van dat hij der stedehuys ende die poirten van leydack gemaect dit jaer gestopt heeft voor zijn arbeit 5 £ 6sc 8d; maaltijd met de jonker van Egmond op 15 Sept ten huize van Gheryt Visscher; (fol 37v) de oude schulten scoten de zwaen, gehaalt by hem 6 mengelen wyn 1½ sc; (fol 37) item gegeven Hubert Dircsz weduwe onse bode als hij leefde voir zyn busse die Jan van Barry gelevert is, 32sc; Willem Pauwelsz beklaagt zich dat dijens het beleg zijns vaders huijs door de stad verbrand werd, zonder dat deze vergoeding ontving, de stad heeft hem overmids zyn armoede 6£; idem gegeven den bekeerden Joden die kersten geworden waren mit horen vrouwen en kinderen tesamen 20sc; (fol 38v) [coman] Jan Hermansz van 30£ olie verbrand op de toren 35sc; Pieter Sas van 2½ riem papier, van besemen, scoppen, 170 pond kaarssen 14£ 2sc; gehaalt tot Boudwyns van Schoten 5 mengelen zoet wijn en tot Gerryt Visschers 5 mengelen malenzyen en brood 35sc 6d, Rem den dreger van dat die scoelkinderen in OLVrouwen huys tscole gingen 4£

1342-12-16 |

R.A.H. Coll Aanw 36 fol 505-507/Reg EL 32 fol 90

Jaartallenindex

dit sijn die puncten die myn heer die grave van Hollant wil dat sine bailjuwen houden doen sinen luden: 1) dat elc poerter mit alre woensten woone binnen der porte dair hi poerter is, jof dat hi sijns poertsrechts quite wesen; 2) dat de steden keuren zullen dat geen poorter tolvrijheid zal genieten voor dat hij jaar en dag poorter geweest is; 3) dat die poirteren strijken sullen ende oerlof binnen voir elc tollen huijs dair si voren varen an den tolnaren; 4) elke poorter zal ieder jaar zijn tolbrief moeten doen vernieuwen; 5) dat men niemandt doe inleggen ten sie van twisteliken saken; 6) dat men gheene vonnisse langer en stede dan drie viertien nachten; 7) bepalingen over de waarder der verschillende munten; 8) s graven rentmeester en schepenen zullen in elke stad 2 poerters setten koermans te wesen van den gelde; 9) wordt een huisman poorter, dan zal hij blijven gelden mijns heren jairbede ende sine herevairt, want dat is syn outste recht ende sine outste heerlichede; 1) item heeft mijn heer geseyt sinen gemenen huijsluden van al Noirt Hollandt ende van Kenemerlandt, dat hem en geen lant ontgaen en sal van hare jairbede ende uijt harer rechter heervairt in poirten noch in cloesteren noch in ghere gheesteliker hant, sine comer in met huwelike of met rechter besterften. Ende hier in hebben hun die huijslude gemeenliken verwilcoert; 11) item hevet mijn heer geboden alle sine luden welgeboren poerteren ende gemeenten, dat soe wie gegoet is tote 100£ Holl toe dat hi sal hebben vol harnasch, halsbergoele, waijele, coliere, kersnier, spondiere ende al harnasch dat tot sinen live behoert. Ende die tote 50£ toe gegoet is, die sel hebben spondier, laken, colier, hersniere, wapenhantscoen, staf, knijf ende dat dair toe behoert ende dat ghereet te hebben voir Vastenavond naestcomende, de man op die boete van 3£ Holl. Dit was gedaen in den Hage