Bedoelde u soms?
poorteresse

3 resultaten

1556-04-19 |

Bissch Arch Haarlem 12 kl A/1 no 43
Jaartallenindex

Dieryck Claesz, schout in den ban van Heyloe ende Oesdom, oorkondt dat Alyt Dijeloefs weduwe erkende verkocht te hebben Christyn Rembrantsdochter, poirteresse tot Haerlem, een stucke lants geheten t Middelwant, groot ± 16 geersen, t gers voor 88 Keysers gulden, belend noord: Jan Pietersz van Amsterdam, oost: Philips Willemsz, west: Jacob Diericsz, beide onze medeburen, zuid: die Buerswech. Noch vercoopt sij dieselve een croft lants gelegen in denselven ban, groot 10 want, elc want voor 46 Keijsers gulden, belend zuid: Alyd Dyelofs weduwe, noord: Dieryck Cornelisz, oost: Pieter Govertsz, onse mede bueren, west: die gemene wech

tuygen: Wilboert Claesz en Pieter Jansz, nu ter tyt scepenen in Heyloe, met zegel van Dieryck Claesz: een huismerk of letter A

1447-1448 (2) |

G.A. Haarlem Thesauriersrekening I no 200
Haarlem Algemeen

(vervolg) (fol 8v) op 18 Jan. van Gheryt Braeuwe van sijn pontgelde ontfaen gelijc hi metter stede daerof gedadinct heeft, 25 £ 6sc 8d. Item op 16 Mrt van Willem van Assendelf ontfaen van pontgelt van sijns wijfs goeden so hi die uut der stede getogen heeft, gelyc hi metter stede daerof gedadinct heeft, 22£ 16sc; (fol 68) Claes van Yperen betaalt namens de stad aan den Coninck van Denemarken 837£ 12sc; (fol 76) op 21 Oct. Everardus (secretarius) naar den Haghe gesent naar de Raad om Gherijts weduwe van Spernewoude, onse poirteresse, te verantwoorden jegens die van Zassenem; (fol 76v) op 21 Oct. Everardus met een knecht naar den Hage gesent om Luijtgen Claesz lant te verantwoorden dat Jacob Jansz hun met recht afgewonnen had ende jeghens den schout van Woerden also hij t gepant hadde voir zijn boeten. Dit land was door de schout voirs. aangesproken als een Haarlems eigendom tbv Jacob Jan Willemsz die een lijfrente op Haarlem had (fol 77, 78); (fol 77v) Hughe Jansz, vroedschap, (fol 78) Claes van Ruven, vroetschap, (fol 78v) Jan Willemsz, burgemeester, Jan van Adrichem, vroetschap, (fol 79) Claes van Yperen, vroetschap, Pieter Jordensz burgemeester; (fol 80) op 14 Febr. voeren Pieter Jordensz als burgmr en Gheryt van Huessen en Willem van Assendelf v.d. stede weghen van H'lem tot Aemstelredamme om Bartout van Assendelft, onsen poirter, also hi van Jan van Aemstel sinen zwager aldaer becommert was roerende van sinen hilixen voorwaerden, voir cost en veerschat 2£ 10sc 8d. Also Jans kinderen v.d. Burch verdaecht waren voir die Schive in den Haghe jegens Adriaen Nachtegael, so wort Jan Hert (schepen) op 26 Maart van der stede weghen geschickt mit Gheryt v.d. Burch in den Haghe te trecken, om him ende sijn broeders ende zusteren van der stede wegen aldaer te verantwoerden, 3£ 16sc; (fol 80v) Claes Jansz van Hillegom, burgemr; (fol 81v) Hubert de bode, op 11 Oct. wordt Claes Aerntsz der stede knecht gesent an Otte van Egmonde om een hantvesten te halen roerende tusschen die van Castrickom ende die van Uutgheest, was ut 1 dach, 8sc; (fol 82) Jacob van Barry (bode) met brieven naar Dordrecht; (fol 83v) Pieter Grebber, der stede messagier; (fol 84) idem op 16 Dec. met brieven naar A'dam roerende van Bartout van Assendelft, onsen poirter, die aldair in heftenisse gebrocht was van Jan van Aemstel, sinen zwager, ende was ut 2 dagen, 16£

1448-1449 (2) |

G.A. Haarlem Thesauriersrekening I no 201
Haarlem Algemeen

(vervolg) (fol 82) Gerrit van Noertich bleef als zesse van t jaer '42 der stede schuldig 10 £, Pieter Gerritsz van Bennebroec als zesse van t jaer '42, 7 £ 12sc; (fol 93) Jan Huijsheersz, burgemr en Gheryt Adamsz doen betalingen; (fol 94) Claes Jansz van Hillegom, Wisse Pietersz, Claes die Vryese en Bertelmeus Godevaertsz, thesoriers van 1447-10-01 - 1448-05-02, ontvangen alsnog 234£ 17sc 6d; (fol 114v) op 9 Juni reisden Claes v. Yperen met een knecht Everardus [secretarius], Claes Florijsz ende des heren knecht van Yselsteyn van Hairlem in den Hage, op 15 Juni Pieter Jordensz en Claes Jansz van Hillegom als burgemeesters naar den Hage; (fol 115) op 26 Juni Claes Jansz v. Hillegom als burgemr, Jan van Adrichem als schepen, met Jan van Barrij als knecht naar de stadhouder; (fol 116) 1448-08-06 reizen Pieter Jordensz als burgemr en Claes van Yperen en Jacob van Neck naar den Haghe, 3 Sept wordt Thomas van Rietvelt door de burgemeesters naar den Hage gesent om Geertruid Dirc Claesz weduwe, onse poirteresse, voir den Rade te verantwoorden, 30 sc 8d; (fol 117) 12 Sept twee burgemrs, een schepen en Claes Gheryt als clerc naar Leiden, met de gedeputeerden van Delft om Jan van Zwietens kenninge te horen van der grafelichede lyfpensien; (fol 118) op 19 Nov. Pieter Jordensz als burgemr en Lottyn Gherijtsz der stede bode naar Ryswijc om van der stede wegen t beste recht te vervoegen op Claes van Warder; (fol 118v) twee burgemeesters naar den Hage op verzoek v.d. heer v. Egmonde, also Jan van Alcmade den heer v. Egmonde aldaer te recht getogen hadde an die Schyve voor den heren van den Rade, daer die heer v. Egmonde off meende also hi ende Jan van Alcmade beide poirteren waren tot Haerlem dat sij niet scoudich en waren aldaer te recht te staen maer totten recht der stede van Haerlem staen zouden; (fol 119) op 16 Dec. Pieter Jordensz als burgemr met Thamas van Hogendorp naar den Hage over de tollen te Geervliet en ter Goude, Pieter ontvangt 15st sdages en Thomas 10 st sdaags, 5£ 17sc 4d. Enigen van het gerecht naar de Raad in den Hage met Jan Claesz Raet om aldaer te verantwoerden van den drien taerningen lakens die Jan Claesz voirs. becommert hadde den burgeren van Hamburg toebehorende