1 resultaten
1496-01-29 (4) |
R.A.H. Coll Aanw 111 Caput N.H. fol 200-207v
Jaartallenindex
(vervolg) Behoudens dat jvr Reynout aan haar suster Jacob voors. uit die goeden gehouden van Wassenaer 11 £ gr Vls sjaars, sterft jvr Jacob kinderloos, dan zullen jvr Reynout of haar kinderen deze rente van 11 £ sjaars moeten uitreiken aan myn dochter kinder van Matenesse, te weten Jacob, Maria en Margriet, ieder van hen ⅓ deel. Sterft jvr Reynout kinderloos dan komen de haar toegewezen goederen aan jvr Jacob of haar kinderen. Myn dochter kinder van Matenesse zullen niet gehouden zyn enige schult te betalen die jvr Reynout achter gelaten zal hebben ten ware dat myn dochter kinder van Matenesse erven waren myn dochter van Rossums erven; 4) myn dochter van Rossum zal hebben 18 morgen in Coukerke, die ic in leen houde van de hofstede van Haemstede, ende ick myn dochter van Raephorst te hylicke gegeven hebbe. Welke oversettinge of octrooi ik niet hebbe mogen gekrygen overmits die twist tusschen den heer van Gruythuisen ende Jan van Hodempyl daerom geweest is, waarom ende in recompensacie van die 18 morgen voors. ik myn dochter van Raaphorst deze 11£ gr Vls voors. gemaackt hebbe; 5) myn dochter van Matenesse kinderen zullen erven de goederen die ik myn dochter van Matenesse te huwelyk gegeven hebbe. Bezegeld door Jacob van den Woude en op zijn verzoek door zijn neve heer Adriaen van Puelgeest, ridder, schout van Leiden, en Willem van der Dues, myn swager, leenmannen van Holland
Adriaen van Poelgeest, ridder, schout van Leiden, Willem van der Does, leenmannen van Holland