11 resultaten
Renouwen, van | 1456-1457
Rek Rentmeester Kennemerland
Achternamenindex
Jacob van Renouwen: zeevonder te Zevenhuizen, van zijn rock 3 £ (887 fol 23v); ook in de jaren 1457-1458 (888 fol 25) tot en met 1466-1467 (897 fol 50v)
1460-03-05~(1459) |
A.R.A. Copie Leenkamer 39 fol 14v/Reg Charolais fol 8v
Jaartallenindex
op ten 5e dach van maerte anno 1449 [!] nae den lope van den Hove heeft mr Anthonis Michielsz q.q. Jan van Renesse van Renouwen beleend met alle goederen die hij van minen here van Charolais als heer van Putten in leen houdt
present: Willem van Brakell, Ghysbrecht van der Mye, leenmannen van Holland
1498-01-26 |
R.A.H. Coll Aanw 112 Caput Arkel, Putten, Strijen fol 159
Jaartallenindex
Philips oorkondt dat hij ter bede en begeerte van heer Jan van Renesse van Renouwen, ridder, geconfirmeert heeft alsulke belastinge op renten die hij te leen houdende is van de heerlijkheid Putten, tbv heer Janne van Baecx, ridder, zoals de doorgestoken brief inhoud (vgl 1497-12-20)
present: [Dirk] de Juede, Dirk van Boneem, Jan Gerbrantsz, Adriaen Willemsz
1547-06-01 |
R.A.H. Coll Aanw 123 Caput Woerden, Sticht, Gelre fol 55
Jaartallenindex
Bastiaen Brieninxz wordt na dode van zijn vader Brieninck Lambrechtsz beleend met ½ hoeve lants gelegen in den gerechte van Jaarsveld ende geheten is Blakenburch, groot 7 ½ morgen lands, boven oost: Jan van Renesse van Renouwen, beneden: die kercke van Jaarsvelt, streckende van den dorpe van der Lecke tot Lopicks lantscheydinge toe, te houden tot een onversterfelijk erfleen. Vervolgens draagt Bastiaen Brieninxz dit leen over tbv Bastiaen Adriaensz, die er mee beleend wordt
leenmannen: Willem Criep, Jan den Woert, Anthonne Lebucq, Jacob van Buschuysen
1512-03-24 (1511) |
R.A.H. Coll Aanw 113 Caput Putten etc fol 42
Jaartallenindex
Max. en Karel oorkonden dat voor onze stadhouder van lenen gecompareert is vrouwe Cornelia van Bochoven, huisvrouw van heer Johan van Renesse en van Renouwen, ridder, en Ghysbert Beyerinck des voors. heren Johans dienaer, als gemachtigd, voor de regering van Utrecht, dd 1512-03-12 naar schrijven s Hoofs van Utrecht. Zij dragen over tbv vrouw Alydt van Kyfhoeck vrouwe van Assendelft, een rente van 50 R gld sjaars te ontvangen uit de camer van Geervliet. Vrouwe Alyt wordt hiermede vervolgens beleend als leen van Putten, tot een onversterfelijk leen, te verheergewaden met een rode sperwer
present: Steenbeke, Remmerswale, Plumioen, Roeloff [van Halter], Loys [Bruueel], Houwer, Pieter Dirxz, Jan van Bueren, [mr Jan van] Gornichem, Reinier Willemsz
1519-08-08 |
R.A.H. Coll Aanw 116 Caput Sticht etc fol 15v
Jaartallenindex
Anna van Herf oorkondt: dat ick voor eenen gecoren voocht gecoren heb Willem van Rossum, mijnen geechten huisheer, in tegenwoordicheit en bywezen van twee goeder leenmannen, alle alsulcke leenen van mynentwege te ontfangen als daar liggende sijn binnen der stad van Utrecht onder die laickensnijders mit thijns ende toebehoren, in alre manieren als hier Johan van Renesse ende van Renouwen en sijn wittachtige huisvrouw sal. ged. myn aldevader ende aldemoeder mij opgedragen hadden nae vermogen, segel ende brief die ick daervan hebbe. Vervolgens geeft Willem van Rossum als gecoren voogd van zijn huisvrouw Anna volmacht aan den eerbaeren ende vromen Anthuenis Kievit, om dit leen voor hem te verheffen (vgl 1519-08-18)
Jan van Rossum heer van Broichuysen ende tot Nyvelt, ende Joost van Haeften, burgemeester der stede van Bommel, leenmannen
1541-01-24 |
R.A.H. Coll Aanw 123 Caput Woerden, Sticht, Gelre fol 37, 39
Jaartallenindex
leenmannen van Holland oorkonden dat voor hen in de stad Utrecht in die heerlicheijt onder die lakensnyders op ten Hollantschen Bodem, gecomen en gecompareert is de Eedele en discrete jvr Anna van Herff, weduwe van Wilhelmus van Rossem, here tot Zoelen, met Dominicus Zas zoon, haar gecoren voogd in deze zake, en heeft opgedragen tbv haar neef de Eedele en gestrenge heer Gerrit van Renesse, ridder, alle alsulcke heerlijkheden, thynsen, ende anders, zo zij die liggende heeft onder de lakensnijders te Uytrecht, en haar van haar oudevader wijlen heer Johan van Renesse, ridder, heer van Renouwen, aangecomen zijn, met het verzoek heer Gerrit hiermede te belenen. Op 1541-04-28 beleent Karel heer Gerrit van Renesse, ridder, met dit leen, onversterfelijk erfleen
joncker Johan van Renesse van Wulven heer tot Wulp zegelt voor Gerrit heer tot Vliet. Ook ondertekend en bezegeld door Anna van Herff; in presentie van Martyn van der Barch, notaris publycq; (fol 39) leenmannen: heer Zegelyn van Alveringen heer tot Hofwegen, ridder, Cornelis Barthouts
1503-05-31 |
R.A.H. Coll Aanw 112 Caput Arkel, Putten fol 115, 116
Jaartallenindex
Philips beleent Jan Jansz alias Cnobbout na dode van zijnre moeder Bertruyt Hendrik Konbboutsdochter met ½ van 18 morgen lands, gelegen in onsen lande van Arckelle in t lange Nieuwlant, streckende van den Achterdyk tot die Middelwateringe toe, aen die een zide: erfnisse wijlen heren Lambrecht Millinck Wynens [!] ridder ende heeren Rutger Adelyenzoons ...... dat jvr Eringtshoeve te heten placht, aen die ander zijde: erfnisse wijlen Dirck Visschers van Rotterdam, dat Cloostershoeve hiet. Leen van Arkel, te houden tot een onversterfelijk erfleen. Te verheergewaden met een paar wapen handschoen of een oude schilt daarvoor. Op 1516-03-05 (1515) dede Jan Jansz Cnobbout in handen van Frederik van Renesse van Renouwen, drossaert van het land van Diest, als gemachtigde van de graaf van Nassau de eed
present: Dirck van Boneem, Hendrik Smout, cleene Jan Bruyn; 1516-03-05: mr Barthout van Assendelft, secretaris ordinaris, Cornelis Barthouds, leenmannen van Holland
1497-12-20 |
R.A.H. Coll Aanw 112 Caput Arkel, Putten, Strijen fol 157
Jaartallenindex
leenmannen van Holland oorkonden dat die eerbare ende vrome heer Heern Johan van Renesse van Renouwen, ridder, met de eed bevestigde dat hij op dese tijt van angste ende vresen syns lijfs etc niet bij de aartshertog kon komen. Dit gedaan wesende heeft heer Johan voors. voor mannen van leen gemaakt en gevesticht in der bester brieven, dat hij maacken ende vestigen mocht den eerbaren ende vromen Heeren Johan van Baecx, ridder, van den renten die heer Johan van Renesse jaarlycx heeft uyten den tollen tho Gheervliet, die hij in leen houdt van de grafelijkheid van Holland de somma van 22½ R gld current jaarlyks daer uyt te hebben, heffen ende te beuren, zolang Johan van Arkel mit 10 R gld sjaars ende mr Ambrosius met 6 gld ende een oort sjaars lijfrenten tot heuren lyve aflivich geworden zyn ende noch solange die vierde halve Ryns gld sjaars losrenten die t convent van de Cruysbroederen binnen s Hertogenbosch hebben al op ten huise gelegen binnen 's Hertogenbosch in St Jorisstraat, geheten het huys van Bouchoven, gevrijt ende afgelosset zyn, of also lange ende der tyt toe die Vrouwe van Baecx heern. Johan van Baecx huisvrouwe van desen voors. lyfrenten ende losrenten van Johan van Bochoven haren broeder gebruict ende gequit is. Met het verzoek om deze akte te willen confirmeren
Henrick van Gent van Rycxstel, Steven van Rutenberch, leenmannen
1496-05-11 |
R.A.H. Coll Aanw 110 Caput Sticht fol 10, 10v
Jaartallenindex
leenmannen van Holland oorkonden en certificeren dat Johan van Renesse van Wulven opdroeg tbv de Edele en Welgeboren heere Johan heere tot Crueningen, van Heenvliet en Pamel etc 5 morgen lands gelegen op Ackoy geheten den Calfsweert, alsoo groot en klein als die der gelegen is van 13 morgen lands die Jan van Renesse van Wulven van de Grafelijkheid van Holland verlydt zijn, belend boven: Laurens Aerntsz erfgenamen, beneden: dat onlandt van der Linghen. Met het verzoek om here Johan here van Cruningen hiermede te willen belenen. Op 1496-05-14 wordt onse getrouw Ridder, Raedt ende camerling Johan van Cruningen met deze 5 morgen beleend. Te houden ten Zutphensen rechte, heergewade 1£. Daar heer Johan nu buitenslands is, occuperende in onsen zake, doet Claes Pietersz als zijn gezette procureur de eed
Jan van Renesse van Renouwen, Dirck van Zuylen van der Hair, rentmeester, Jan van Veen, Dirck van Zuylen Zweerssoon, Adam van Hoeve, leenmannen; 1496-05-14: Engelram de jonge, Dirck van Boneem, Jacob Adriaensz, present