22 resultaten
Ripprant Jansz | 1452-1453
Rek Rentmeester Kennemerland
Voornamenindex
Ripprant Jansz: clerck van de rentmeester van Kennemerland, voor zijn rock 3 £ (883 fol 19v); 1453-1454 (884 fol 21) t/m 1468-1469 (899 fol 53v): idem van zijn roc 3 £
Ripprant Wybrantsz | 1428
Rek Rentmeester Kennemerland
Voornamenindex
Ripprant Wybrantsz: de schout van Abbekerk, afterstal van 1427 van de tienden van Twisch 9 £ 5sc 6d (858 fol 4v)
Ripprant Symonsz | 1468-1469
Rek Rentmeester Kennemerland
Voornamenindex
schepen van Medemblik: Ripprant Symonsz, certificatlie (899 fol 42)
Zaenden, van | 1391-08-21
Rechtspraak Graaf van Holland III p 318 no 56B
Achternamenindex
Symon van Zanen Gherytsz, Dirk Elikenz en Claes Melys Pieterszsz zijn borgen voor Ripprant Dircsz en zijn zoon Claes van der Veen, dat zij naar Medenblic zullen terugkeren
1513-10-05 | Heemstede
Bissch Oud Arch Haarlem 7 kl A no 62/Cartul St Michielsklooster Haarlem fol 14
Jaartallenindex
Jacob Dircksz van Ylpendam, schout tot Heemstede, oorkondt dat Wendelmoet Aelbert Bannen weduwe met haar zoon en voogd Claes Aelbertsz Ban, erkennen verkocht te hebben aan mr Ripprant Jacobsz, priester, en suster Katherijn Jansdochter, pater en mater van de susteren ende convent van St Michielsklooster binnen Haerlem, tot ditselfde convents behoef, een stucke weydlants gelegen in den ban van Heemstede in Schoubroeck, belend zuid: Cornelis Jansz, noord en west: de yseren cruijslaen, welcke helfte van de yseren cruijslaen die bruijckwaer an dat voors. lant toebehoort, oost: St Elisabethsgasthuijslant binnen Haerlem
Sijmon Claesz, Claes Symonsz, schepenen
1498-11
folio 23 XX 1498-1501
Transportregister Haarlem
Pieter Ripprantsz en zyn vader Ripprant Pietersz lyen schuldig te zijn Heinrick Arentsz brouwer 24 R gld
1468-1469 |
Rek Rentmeester Kennemerland en Vriesland 899 fol 42
Jaartallenindex
lenen: die visserij en sluizen van Medemblicq, dit jaar verpacht aan Zyvert Jacobsz en Pieter Andriesz om 14 Eng nobelen, sonder een sluijse geheten die Propijn die here Phillips van Wassenaer dit jaer gehad heeft en hier niet in gerekent is, als blijkt bij de certificatie van Dirc Reynersz en Ripprant Simonsz, schepenen van Medemblyc, facit 34£ 7sc 6d. In margine staat dat deze sluize en visserij hoe langer hoe meer "airget ende vergaet" zonder te verklaren hoe dat komt. De voors. sluyze geheten Poppinsvoerde verpacht mit kercgebode ende bi kerse tot myns genad. here profyt, alsoe die selve sluijse die here Philips van Wassenaer te gebruiken plach bij het casteleinscap, nu gevoegd is by mijns heren domeinen
1447-03-08 (1446) |
Arch Grote Gasthuis Haarlem no 68/65/St Elisabethsgasthuis Haarlem
Haarlem Algemeen
schepenen in Haarlem oorkonden dat Jan Jacopsz geliede dat hij vercoft heeft aan de gasthuismeesters van St Elisabethsgasthuis 18sc sjaers op Ripprant Melisz huis en erve geheten In den Hert, gelegen in die Cruijsstrate, tusschen Dirc Aelbrechtsz die stillegancmaker aen die ene zijde, Griete Claes weduwe an die ander zijde, afterwaerts streckende an den Heren van St Jan
Gherijt van Adrichem (zegel: een klimmende leeuw met een dwarsbalk erover heen) en Jan van Ruven (een beurtelings geschaakte schuinbalk), schepenen
1506-12-31 |
Arch Grote Gasthuis Haarlem Inv no 50/St Elisabethsgasthuis Haarlem
Haarlem Algemeen
schepenen in Haerlem oorkonden dat mr Ripprant Jacobsz en heer Geryt Jansz, priesters, als memoriemeesters van der memorie in de parochiekerk binnen Haerlem, met hun voogd Claes Aerntsz gelieden dat de gasthuismeesters van St Elizabethsgasthuis jegens hen afgekocht en afgelost hebben 43 sc 6 penn sjaars pacht die dezelfde memorie had staan op zekere huyzen die t voors. gasthuis betimmerd heeft
mr Reijer Symonsz (zegel: een 8puntige ster) en Herman Engbrechtsz Ramp (een molenrad), schepenen
1447-03-08 (1446) |
Arch Grote Gasthuis Haarlem no 68/64/St Elisabethsgasthuis Haarlem
Haarlem Algemeen
schepenen in Haarlem oorkonden dat Claes Jordensz met zijn broeder en voogd Pieter Jordensz erkende verkocht te hebben aan de gasthuismeesters van St Elisabethsgasthuis 26sc en 1 sc Holl sjaers op Ripprant Melisz huis en erve ende is geheiten In den Hert, gelegen in die Cruijsstrate, tusschen Dirc Aelbrechtsz die stillegancmaker aen die ene zijde, Griete Claes weduwe an die ander zijde, afterwaerts streckende an den Heren van St Jan
Gherijt van Adrichem (zegel: een klimmende leeuw met een dwarsbalk erover heen) en Jan van Ruven (een beurtelings geschaakte schuinbalk), schepenen