1 resultaten
1543-09-24 |
R.A.H. Coll Aanw 122 Caput Putten, Arkel fol 226
Jaartallenindex
voor de leenkamer zijn gecompareerd Jacques de Bourgoingue seigneur de Phallaix, Bredam, et Johan de Lannoy, seigneur de Soutelande en verklaren dat zij een accoord gesloten hebben over hun verschillen over de goederen afkomstig van hun oom Philips de Bourgoingne. De heer van Soutelande doet afstand van zijn aanspraken op de erfenis van laatstgenoemde, o.a. diens heerlijkheid en kasteel van Falaix en alles wat betreft St Annaland, Sommelsdyk, Oost- en West Zoubburch, Nyenwerve, Rithem et ensemble les maisons dudit Souburch et Nyenwerve. De heer van Phallaix staat af aan de heer van Soutelande: St Adolfsland, genaamd Oelkinsplate, la Galenthe, Vloyhil, Bommel e.a, [afkomstig van ?] Charles de Bourgoigne, seigneur de Bredam, onder tal van bepalingen en benoeming van procureurs. Op 1544-03-24 confirmeert de keizer deze akte, op verzoek van jhr Johan van Lannoy heer van Molenbaix, Soutelande, zijn advocaat mr Balthasar van Hogelande, voor hem zelf en als procureurs voor jhr Jacques van Bourgondiƫ, mrs Jan van Baersdorp, advocaat en Willem van Baersdorp, procureur voor het Hof van Holland
present: Cornelis van Opinen, Cornelis Barthouts