12 resultaten
Ruwaert | 1633-08-11
Verponding Heemstede II
Achternamenindex
de erfgenamen van wijlen Jacob Ruaert: 1 morgen 2 hont
Roon, van | 1573-02-14
Navorscher jg 1897 p 380/Depeches Willem I
Achternamenindex
jhr Gerard van Roon "Commissie van Ruwaert, baillu en dijkgraaf van slant van Putten en baljuw van de stede van Geervliet"
1495-09-02 |
R.A.H. Coll Aanw 110 Caput N.H. fol 49v
Jaartallenindex
Maximiliaan en Philips oorkonden dat Ruwaert Nagel ons opdroeg tbv Melis Apersz, 22 morgen lands in Maesland en dat hij Melis hiermede heeft beleend (hier staat 32 morgen). Te houden tot een onversterfelijk erfleen
present: here Cornelis Cruesingh, ridder, Ingelram de Jonge, Dirck van Boneem, Floris van Wyfvliet, Pieter van Neck, Ysbrant Pietersz
Oem | 1359-02-21
Van Mieris III p 79/Reg Liber IV Aelbrecht fol 24
Achternamenindex
Claes oom Claes Oomsz draagt op, met consent van zijn zoon Simon, het ambacht van Dubbeldam na dode van zijn vader Claes Oom, Janne van der Hallen, Ruwaert, poorter van Dordrecht wordt ermee beleend
Phyllips van Polanen, Jan van den Pel [Poel ?], Niclaes van der Merwede
1357-07-06 |
R.A.H. Coll Aanw 50 fol 150/Reg B. Bloys Cas D fol 173
Jaartallenindex
Dirk heer van Brederode oorkondt dat onse lieve heer die grave van Bloys ons syn lant bevolen hadde te bewaren alse ruwaert, dat doe voer ons quam Jan Barwoutsz, eerde quitschout een deel van den lande dat hij hield van onsen lieven heer den grave van Bloys, welc voirs. lant dat wi verlieden Jan Eggerde te liene te houden van onsen lieven heer in allen schyn alst Jan Berwoutsz van ons te houden placht
ons liefs Heren mannen: Jan van Zaenden, Gheryt Bartout
Herwijnen, van | 1357-09-10
De Raadt II p 114/Chartes Duc de Brabant 1385
Achternamenindex
Chrétien van Herwijnen, reçoit du Brabant 1978 vieux écus, "van coste dien ie ghedaen hebbe op den huse van Lilloe ende in den lande aldaer, soe binnen den tide dat her Goedevert van der Delf dar ruwaert was ende oec anders, van den beghinne des orloeghs teghen Vlaenderen tot nu toe"
Delft, van | 1357-09-10
De Raadt II p 114/Chartes Ducs de Brabant no 1385
Achternamenindex
Chretien van Horwinen reçoit, du Brabant, 1978 vieux écus, van coste dien ic ghedaen hebbe op den huse van Lilloe ende in den lande aldaer, soe binnen den tide dat her Goedvert van der Delf daer ruwaert was ende oec anders, van den beghinne des orloeghs teghen Vlaenderen tot nu toe
Does, van der | 1428
Libro feodalum III fol 127, fol 100v, fol 61v, fol 50v
Achternamenindex
Lysbeth Symons dochter van der Does: - 22 morgen in Maesland; - een woning en 12 morgen te Voirburch en tot de hofstad ter Loe behoorde, aangekomen bij dode van Jan van der Werve; houdt nu Ruwaert Nagel. Symon van der Does: 13 morgen in het ambacht van Soeterwoude in Tedingerbroek, van de Vliet tot aan de Niuwen Veen toe, geheten des Wysen land
Voorburg
1492-10-31 |
R.A.H. Coll Aanw 110 Caput N.H. fol 10v
Jaartallenindex
Max. en Philips oorkonden dat onse geminde Bruninck van Buschuijsen ons opdroeg tbv Jan Ruijchrock van de Werve heren Willemsz 17 morgen lands, gelegen als volgt: 1) een stuk land geheten Diverscamp, groot 3 morgen, gelegen naest die z.z. van der Laechsloot, 2) 14 morgen gelegen aen die noordzijde van de voorn. Laechsloot aen die percelen hier nae geschreven. Te weten noordwaert van den Hoirencamp, die in deze overgifte niet begrepen en is. Eerst een stuck lands van 4 morgen, ende van daen af noortwaerts 2 morgen lants, welke 3 percelen lands belopende 9 morgen lants, Ruwaert Aelbrechtsz bruyct ende noordwaert van die lest voirs. 2 morgen vast achter syn gelegen 28 hondt lants, die Willem en Dirck van der Speck bruycken, die in deser overgifte oock niet begrepen syn, maer van dieselve 28 hont noordwaert aff zyn noch 4 morgen an die oostzijde van Pieter Suys woninge, die Claees Herpersz bruyct, die in dese overgifte begrepen zyn met noch 4 morgen streckende aen Pieter Suijs woninghe, nae den Laechsloot toe, ende bruyct Ruwaert voors. Welke 17 morgen lants al gelegen sijn in den ambachte van Ryswyck, in der hofstede van Steenvoorde, die Bruninck van de grafelijkheid van Holland in leen houdt. Vervolgens wordt Jan hiermede beleend tot een onversterfelijk erfleen. Heergewade een rode sperwer of 10 schell, gelyk Bruninck voirs. die principael woninge van Steenvoorde, daeraf die voirs. 17 morgen lands genomen zijn, houdende blijft. Behoudende altijt here Willem Ruychrock van der Werve, ridder, en zijn geechte huisvrouw vrouwe Ghysbrecht van Loon, ouders van de beleende Jan, hun lijftocht aan dit leen. Komt deze 17 morgen weer bij de woninge tot Steenvoorde terug dan zullen deze weer tesamen één leen vormen. Daar Jan nog onmondig is, doet zijn vader heer Willem de eed. Op 1510-12-30 doet Jan zelf de eed
1510-12-30 present: Jan van Treslong, Pieter Plumion Jorden van Raemsdonk, Joris Timmer, my present J. van Oudheusden
Herlaer, van | 1504-08-31
Coll Aanw 111 Caput Z.H. fol 207v, 208
Achternamenindex
certificatie van de graaf van Egmond als stadhouder dat op 7 juli jl "jvr Johanna van Haerlaer met goeden rypen deliberatiën, hebbende haar vijf zensen, hoewel zij cranck was, in gevolge de twee octrooien dd 1502-04-08 om te mogen disponeren over al haar goederen erven en leenen, erkende schuldig te zijn aan Aernt Spierinck van Wel, drossaert en ruwaert van den lande van Altena, zekere som gelds. Hiervoor legateert zij hem nu zekere tiende gelegen tot Hardinksveld aengaende van de Schaluynse sloot strecken voort totter Booterdijk (ander fiche: Beelerstege) toe" (vgl 1499-04-06, 1504-12)
t.o.v. leenmannen: Reijer Willemsz van den Brugge, schout van Woudrichem, en Roelof Hugenz, poorters en inwoners van Woudrichem; get. Gysbertus