Hogendorp, van | 1546

Stadsrekeningen Amsterdam fol 63v

Achternamenindex

Lysbeth van Hoogendorp,vrouw van Hans Moor, waert in den Regenbooch, betaelt 10 Kar gld ter saecke van een halff aem wijns bij Claes Gerytsz burgemeester aldaer doen affsteke ? ende medegenoemen

Beresteyn, van | 1614-04-10

Not Arch Nicolaes Jacobs Amsterdam no 377 fol 134

Achternamenindex

uitspraak van goede mannen in het geschil tussen Coenraed van Beresteyn en Jan Jansz Treeff, houtcooper, beiden burgers van Amsterdam "ten saecke van seeckere coop van steen bij voorn. Beresteyn aen den gemelte Jan Jansz Treeff vercocht"

1498-02-22 (1) |

Ms Opstraeten v.d. Molen III fol 760

Haarlem Algemeen

schepenen in Haerlem oorkonden met leenmannen van Holland dat Dirck van Bekesteyn, mr Zijbrant van Bekesteijn, priester, met Dirck Claesz de Vriese hant sijns voochts in deser saecke, Pieter van Bekesteijn en Jan van Bekesteijn, gebroederen, gelieden dat zij minnelijck geschift en gescheiden hebben de goederen hun aangecomen en bestorven bij dode van horer alre vader ende moeder Wouter van Bekesteijn ende Margriet van Bekesteijn

Pieter Jansz Raedt (zegel: drie lelien) en Cornelis van Foreest (gepunten balck boven een barstel met 3 dacken, op de helm een wrong waerop als een wijer ..), schepenen; Floris Bolle (een schuijsen balck boven in de hoeck een cleyn sterreken, op de helm een wrong waerop een coornschooff, tegen een jachthoorn int midden)en Joirden Gerbrantsz [van Waterlant] (een staende swaen), leenmannen

1553-12-05 | Velsen

Arch Abdij Egmond Inv no 465; J.W. te Water: Historie Verbond en Smeekschriften der Ned. Edelen dl II p 359

Jaartallenindex

in den saecke hangende voor ons den prelaet van Egmonde ende onse leenmannen, tussen Dirck de Weent, eijsscher, ter eener- en Jacob van Duyvenvoorde, ridder, heer van Obdam anderzijds, vonnissen leenmannen dat Jacob voorn. Dirc de Weent als leenvolger zal moeten erkennen. Vgl 1530-06-07: waaruit dit leen blijkt, nl 3 weiden bij het huis te Velsen

1566-03-09 | Nieuwe Niedorp

O.R.A. no 5692 Transportregister Nieuwe Niedorp

Jaartallenindex

soe bekende Pieter Cornelisz alias Grotes, onse mede poorter, Cornelis Heynesz en Aerian Zyvertsz, poorter van Winckel, uit saecke van zeeckere thienden van heurluyden gecoft, schuldig te wesen, seeckere somma blyckende by schepenregister, dair voren Pieter Cornelisz voor stelt ten hypotheke 4 zyn beste koijen met een goede veers, des gheven Cornelis Heynesz en Arian Zyvertsz hem uytsettinge te betalen tot Pynster eerstcomende

Bloys van Treslong, van | 1621

Ned Leeuw jg 1913 p 68/Notaris Craen te Leiden reg 138

Achternamenindex

compareerde Adriaen Taets van Amerongen als man van Margrieta van Oy van Treslong en verzet zich tegen het voorgenomen huwelijk van Rynolt van Oy en Stijntgen Jansdochter, "uyt saecke zyluiden mit malcanderen geboeleerd hebben, staende t huwelijk van Rynolt van Oy en joffr Anna de Bloys van Treslong, desselfs zaliger huysvrouw"

1508-09-15 |

Kroniek Hist Gen jg 1846 p 264/Arch 5 Kapittels Utrecht

Jaartallenindex

Splinter van Nyenrode en Wilhelm van Nyevelt, bastaard, verzoeken van hun belofte ontslagen te worden om het huis van Loendersloot, hetwelk zij na de inneming van Weesp ten voordele der Staten van Utrecht, en uit vriendschap en maagschap met den uitlandigen heer Dirk van Zwieten, ridder, hadden aangenomen te bezetten, onpartijdig te bewaren om merckelicke saecke voergevallen, en verlangen binnen 3 of 4 dagen de daarvan gegeven certificatie terug te bekomen

1520-08-18 |

Ms Opstraten v.d. Molen III fol 367

Haarlem Algemeen

schepenen in Haerlem oorkonden dat Dierick van der Meruwen Danielsz aen d'een sijde, joffr. Margriete weduwe Dirck van Bekesteijn met haar swager Henrick van Berckenrode als gecoren voogd in dese saecke, ende haar dochter Margrite van Bekesteijn aen d'ander zijde, huwelijksvoorwaarden aangaan. Sterft haar man vóór haar, dan zal zij 12£ gr Vls in duwarie ontvangen. In margine: in desen brieff worden vermelt die lant gebruycken van Assendelft: Bouwen Claesz Hassert ende Allart Wouter Dullen wijff

Claes Jansz Cantert en Jan Gysbrechtsz, schepenen; met het zegel van Jan Gijsbrechtsz van Blanckeroort (een vrouw meerminne, haer spiegelende ende kemmende. Boven een teken sijnde een sterreken. Op de helm een wrong ende een meerminne tussen twee vleugels)

1468-04-20 |

Ms Opstraeten III fol 1295/Gaasbeekse lenen II fol 45

Jaartallenindex

Jan van Auxy, onse camerling, 11 R gld (20 olde Bourg. witte st voor den R gld) uten weert ten Dwerdijck, soo Ernst Taets van Meerten des utgegaen is, te lossen binnen 6 jaren. Voort sette Jan van Auxij die 11 R gld jaerlixe renten te onderpande tbv Ernst voorn, oft saecke waer dat Ernst off syne erven tot eniger tyt gebreecke crege aen den coop van den huijse te Broeckhuijsen, daer aen te verhalen

present: onse getrouwe Raedt en hoofmr Roelof van Bevervoerde, Gerrit van Suijlen van Blieckenborch, deurweerder

1328-12-11 |

A.R.A. Copie Leenkamer no 71v/L.R. 11 fol 24

Jaartallenindex

graaf Willem oorkondt: ombieden allen onsen bailjuwen, schouten ende allen onsen goeden luyden van onsen landt, wellghebooren, poirteren ende ghemeente, ist dat saecke dat hair Jan van Cunerijn [Cuynre], ridder, enich goedt neemt op die Oistvriesen, die onse viande sien, joff enighe Vriesen vanghet, ende hie t goedt joff Vriesen in onsen lande brenghet, dat gien dair mede berusten laet ende ongemoeijt doen, dat hem goedt denckt ende des niene laet. Dit sal geduren tot onsen wederseggen