3 resultaten
1485-05-25 |
R.A.H. Coll Aanw Caput Amstelland fol 2/Reg Max. Philips fol 1
Jaartallenindex
Max. en Philips bericht aan zijn stadhouder dat hij heeft ontvangen de ootmoedige supplicatie van Reynier Symonsz, schout tot Aelsmeer, inhoudende dat wijlen zijn vader Symon Jansz [van Griecken] in leen hield ten rechten leen 5 morgen weyland, ende 4 mergen hout (ander fiche staat: hont) lants liggende tot Aelsmeer voirs. Ende die wateringhe ant westeynde streckende oostwaerts tot der Stommeerwateringhe. Dat Symon Jansz in t jaer 1470 overleden is, nalatende Regnieer voorn als zijn eenige zoon "die jonck van jaren was ende ter scholen lach in anderen steden", waarna zijn moeder voor hem het bewind voerde ende des gelycks tot na der doot van synre grootmoeder laatst overleden. Dat hij tot zijn verstand gekomen, niet anders meende dan dit alles eigen goed was. Dat hij nu beducht is dat de hertog hem niet meer zal willen belenen. De hertogen verlenen hem vervolgens deze goederen. Het opschrift luidt: Roomer Symonsz (vgl 1486-03-05)
Hogendorp, van | 1464-1465
A.R.A. Rek Rentmeester Kennemerland 895 fol 15Av
Achternamenindex
van t Weer tot Sparwoud had Florys Jansz gepacht van wijlen Florys van Hogendorp en zijn moeder Thomaes van Hogendorps weduwe, voor 1 jaar voor het bedrag van 43 R gld, welke pacht de weduwe voor haar zoon betaald had, daar hij in Parijs was "daer hi ter scholen lach", en stierf daar op 164-06-02, de somma van 25 R gld die zij haar zoon te Parijs gezonden had voor zijn kosten, dus er bleef geld over om de pacht te betalen
1358-10-22 |
R.A.H. 44 fol 17/Reg Albr. IV fol 8/R.A.H. Coll Aanw 43 fol 59v/E.L. 4 fol 13
Haarlem Algemeen
hertog Albrecht oorkondt dat Hendrick die Camerlinck hem opdroech van Willem sijns soens wegen, alsulcke brieven ende recht als syn soon hadde tot der scholen tot Haerlem, ende onse lieve broeder ende suster hem gegeven hadden, tot behoeve Jans Bloeten ende scout quyt alle recht dat sijn soone daertoe hadde of crijgen mochte tot behoef Jan voors. Ende omdat dit voor ons geschiet is, soo geven wij ende consenteren Jan den Bloete voirs die vors schole in allen rechte als Heyndricx soone hadde. Voorts vergeeft de hertog aan Jan alles wat hij in den oorlog tussen s hertogen moeder en broeder misdaan had en vergunt hem weder in het land te komen en op zijn goederen
T'ens Vopponis, s. Petrus Camerarius de Haytstede