2 resultaten
1535-05-01 |
Ms Opstraeten v.d. Molen dl III fol 1179/Ms van Buchell
Jaartallenindex
Emerentiana Pauw, weduwe van Lambert Snoyen, schout quyte Jan de Ridder voor hem selven en zijn vrouw Maria, alsulcke voorhuer, beterschap ende rechts als zij hadden op tie halve hoeve voorn. Ditzelfde land had Emerentiana gecoft van Jacob Sem op 1535-05-08, volgens synen brieff, daer mede blyct dat hij bij syne huisvrouw Cornelia Anthonis de Riddersdochter, wettelijke geboorte hadde
t.o.v. Jacob Spaen, schout, Reyer Roelfsz van Wyckersloot, Gerrit Bemmel, bueren en lantgenoten; t.o.v. Jacob Spaen, schout en Cornelis en Anthonis de Ridder, voor Anthonis segelt Frans de Haes schrijvier [!] des briefs
1430-11-03 |
Ms Opstraeten v.d. Molen dl III fol 1555/Bekesteyn
Haarlem Algemeen
Willem, abt van Egmond, oorkondt dat Jan van Bekesteijn, onse Godtshuijsman, sijn hantvesten ende brieven van sijn leengoedt dat hij van ons en onsen Godtshuys te leen hout, verleijt ende verloren heeft overmits den oorloge ende twist die in den lande van Holland geweest sijn. De abt geeft hem een nieuwe leenbrief en beleent hem daarin met 13½ maden lands gelegen in den ban van Leede [Liede] in de Waert, belend zuid: Adriaen van Foreest, noord: Belie Heijnrick Pontsen weduwe met haar kinderen, streckende voor van den Spaeren oostwaerts aen der Leede, hem aangekomen bij dode van sijn vader Wouter van Bekesteijn, schiltknape (vgl 1380-03-26, 1465-04-16)
Godshuismannen: Jan van der Burch, Gerrit uten Haghe; zegel: een balck en 3 lelies terzijde 3 claverbladen. Dit is het wapen van Hillegom, ende gelove hem gesegelt te hebben met het wapen van den naest voorgaenden abt, genaemt Jan van Hillegom. Ende segelt anders, vide fol 23 also 7 claveren, ende in een hoec een balck ende drie leeuwekoppen