Bedoelde u soms?
sgravenmade | sgravesande

12 resultaten

1488-04-24 |

Inv Arch Delftse Statenkloosters no 33 p 205 regest 361/Klooster St Agatha Delft
Jaartallenindex

Cornelis Gysbrechtsz van der Andel geeft aan het St Aechteklooster te Delft vier percelen land in sGravensande resp. groot 10, 14 en 8 hont en nog 1 morgen

zegels van de oorkonder en Vranck Gheryt Stormsz

1498-11-09 |

Inv Arch Delftse Statenkloosters no 35 p 211 regest 391/Klooster St Agatha Delft
Jaartallenindex

de voogden over Adriaen Heynric Meynaertsz (1502-01-12, 1484-09-28) verkopen aan het klooster van St Aechte 2 hont land te sGravensande vermeld in de drie doorgestoken brieven van 1487-01-22

zegels van Costyn Jansz, Cornelis Enghebrechtsz

1489-02-09 |

Inv Arch Delftse Statenkloosters no 34 p 205 regest 362/Klooster St Agatha Delft
Jaartallenindex

Dirck Sonck Jansz verkoopt aan St Aechteklooster te Delft 4 morgen land te sGravensande met de bepaling dat het klooster memorie en jaargetijde zal houden voor de ziel van Margriete Willem Dircxdochter, en dat hij zal bijleggen wat het land minder dan 12£ jaarlijks zal opbregen

1504-08-31 |

R.A.H. Coll Aanw 111 Caput N.H. fol 221
Jaartallenindex

Philips beleent mr Joost van Schoonhoven na dode van zijn vader mr Jan van Schoonhoven met 1) 6 morgen lands bij sGravensande in die hoeve van [Berckenrode], tot een recht leen, 2) 1 nobel sjaars op die molen van Spanbrouck ter cause van den winde aldaar, tot zulken recht en leen als men de heerlijkheid van Spanbrouck van de grafelijkheid houdt

1564-02-28 |

R.A.H. Coll Aanw 133/I Caput N.H. fol 79
Jaartallenindex

koning Philips oorkondt dat Dirck Coebel van der Loe hem opdroeg tbv mr Jacob Bol, 7 morgen land uit 27 morgen, gelegen in het ambacht van Ryswijk, daervan de voors 7 morgen gelegen zijn bij Pieter Dirrixz woninghe, dat "in Schuijlenburch" placht te heten, en dat hij mr Jacob Bol hiermede heeft beleend. Gedaen binnen der stede van sGravensande [datum ontbreekt] (zie 1564-12-05)

in presentie van: Willem Willemsz, schepen van 's Gravensande, mr clais Claisz, wonende tot Naildwyck, ondertekend: P. Persyn Claesz

1480-10-16 |

G.A. Haarlem Inv I no 1963 Lade X/Arch Zijlklooster Haarlem
Jaartallenindex

broeder Claes Dircsz, rectoir, suster Wive Jansdochter, priorisse van het Zylklooster te Haerlem, oorkonden verkocht te hebben aan Aernt Buijs Pietersz eenige perceelen te sGravensande: 1) 9 ½ hont lants streckende oostwaerts an den Poel, westwaarts aan de H. Geest land van s Gravesande en 't cloester der Regulieren te 's Gravesande, ende Dirc Poes kinderen, zuytwaerts an Satelpogers woning, ende noordwaerts die Regularissen t Sinte Agniet te Delft, 2) ± 14½ hont lant streckende oost en west; mr Aernts erfgenamen lant van t s Gravensande, zuid: Dirc Jan Bosch, noord: die Bandijck, Op dit lant staet jaerlics sheeren gelt 7sc 10 penn. goet gelts, 3) 3 hont lants gelegen in Jan Jacobsz van Waels huyrwaer, streckende oostwaert ant lant gehieten den dijck, westwaerts an den Banwech, zuytwaerts ant H. Geestlant t s Gravesande, ende noortwaerts an Cappelryenen lant

1621-05-07 |

Ms Opstraeten van der Molen III fol 817
Jaartallenindex

jhr Diedrick van Haerlem van Berckenroede Henricsz wordt beleend met: 1) die Berckenroedse Hoeve, groot 18 morgen, gelegen in het ambacht van sGravensande, onversterfelijk erfleen; 2) een tiende in den ambacht van Heemstede, ende Jan van Heemstede toe te behoren plach, recht leen; 3) een deel van de ambachtsheerlijkheid van Heemstede, streckende van de Gasthuijslaen tot aen Jan Lotslaen tot achter aen die Vaert ende voort aen die heynsloot over aen s Heerenwech, met ⅔ deel van de thienden, die Jan van Heemstede aldaar had, met de drift van 2 paar oude swanen, zoals zijn vader Henrick van Berckenrode Dircsz die te houden placht; 4) die hofstede van Sparwoude met 5 maden lands ende de manschap van 45 maden lands die men van de voirs. hofsteden ten rechten leen houdt; 5) bode ambacht en schutterij van de stad Naerden, ende van de stede Goijlandt, onversterfelijk erfleen; 6) de ambachtsheerlijkheid van de buyrschap van Vlieland bij Schotercapelle bij de stede Haerlem, recht leen. Hem aangekomen bij dode van zijn vader Henric van Berkenrode Dircsz (vgl 1593-06-03, 1646-10-29)

leenmannen van Holland: jhr Antonis van Wassenaer en Duvenvoorde heer van den Bosch, Dirck Gool, griffier van de lenen, Cornelis die Jonge, Abraham van Cleermont

1513-11-07 (1) | o.a. Sparenwoude

Ms Opstraeten v.d. Molen III fol 325-327
Jaartallenindex

schepenen in Haerlem oorkonden dat Gerrit van Berckenrode Gerritsz en zijn zoon Henrick van Berckenrode, tesamen aen d'een syde, Dirc van Bekesteijn en zijn dochter jvr Erkenraet van Bekesteyn, huwelijksvoorwaarden zijn aangegaan tussen Henric en jvr Erkenraet. Henrick ontvangt o.a. ten huwelijk de erfenis van wijlen zijn moeder: 1) 18 morgen te sGravensande geheten de Berckenroodse hoeve die Cornelis Willemsz, gebruikt om 37 R gld 15st sjaers, boven 5£ Holl sjaars die Joost Willemsz daaruit heeft, 2) te Rijswijc 12 morgen, gebruikt Dirc Willemsz om 15£ Holl sjaars, 3) te Eyckenduynen 3£ Holl sjaers, 4) een stuck lants geheten de hoffstede van Sparwoude, groot 12 maden lants in de ban van Sparwoude, bruict Ysbrant Jansz om 12 R gld sjaars, 5) 7 maden in de ban van Sparwoude, bruict Dirc Willemsz om 6 R gld sjaars, 6) 5 maden in Sparwoude, bruict Willem Dircsz om 3½ R gld sjaars, 70 24 R gld sjaers losrenten op de stad Haarlem, 8) 1 morgen lants met ½ huis en een gehele berg daerop staende, bruict Dirc Bouwensz off sijn swager om 5 R gld sjaars, 9) 6 percelen van landen gelegen tot Groet, 24 R gld 6st sjaars, 10) aan pachten op huizen en erven te Hoorn 18 R gld 3st sjaars, 11) aen geld 200 R gld

Andries van Foreest en Gerrit van Noortich, schepenen met hun zegels

1477-12-26 (1) |

Ms Opstraeten v.d. Molen III fol 847
Jaartallenindex

schepenen in Haerlem oorconden dat voor ons quamen Gerrit van Berckenrode Gerritsz met syn vader Gerrit van Berckenroode, an die een syde, Henrick Petersz, doctor in de medecijnen, als vader en voogd van sijn dochter Joncfrou Katryn aen d'ander sijde, ende gelijden aen beyden sijden dattet hijlicxe voorwaarden sijn tussen denselven Gerrit van Berckenrode ende jvr Katryn mr Henrick Pieterszdochter, voordat zij met malcanderen vergaderen in wittachtigen hylick. Gerrit brengt aan: 1) een sate lants groot 19 morgen, in de ban van sGravensande, gelt nu ter tijt 18 Eng nobelen sjaars, 2) een sate lants in de ban van Ryswijc, groot 12 morgen, gelt nu ter tijt 18£ Holl sjaars, 3) een sate lants in de ban van Heemstede, gelt 27 Rynse gld sjaars, 4) een stuk lands aldaar, geldende 10 R gld sjaars, 5) een stuk lands aldaar, geldende 5¾ R gld sjaers, 6) 3 stucken lants, waarvan 2 gelegen in de ban van Nieuwe Nyedorp, en het 3e in de ban van Oude Nyedorp, geldende alle 3 tesamen 36 R gld sjaars, 7) 12 R gld op de stad Haerlem, ter lossing den penning 16, 8) een knecht met een peert binnen sijnen huyse, ende de kost een heel jaar lang, 9) jvr Katrijne zal als zij haar man overleeft zijn goederen in lyftocht ontvangen

Gerrit Jan Huijssersz (zegel: een stappend paard) en Dirck Spijcker (een keper waarop 3 rozen), schepenen

1479-03-20 | Heemskerk

Kroniek Hist Gen jg 1850 p 229-232
Jaartallenindex

uitspraak tussen Clais van Assendelf Willemsz ter ener en Johannes Boele ter ander zijde, inzake de kwetsing van eerstgenoemde door laatstgenoemde, te houden op een boete van 1000 Eng nobelen; 1) Johannes zal in de Raadcamer van het Hof, blootsvoets etc op zijn knien vergiffenis vragen, 2) hij zal een pelgrimage moeten doen naar St Pieter en Pouwels te Rome en daar op zijn blote knieën een mis bijwonen. Daarna een pelgrimage naar het H. Graf te Jeruzalem, 3) zodra hij uit de voorpoorte van den Hove in den Hage ontslagen is, zal hij binnen 3 dagen den Hage en binnen 8 dagen Holland en binnen 14 dagen Zeeland moeten verlaten, 4) binnen deze 8 dagen zal hij 3 pelgrimages moeten doen: a) ten Heiligen Bloede te Bergen in Kennemerland, b) t Sinte Jeroen te Noortwyc, c) t OLVr te sGravensande en in Zeelant t' OLVr in den polre, 5) Jan zal in de kerk van Heemskerc, daer die vaders en ouders van de voors. Claes begraven liggen, een capelrie van 4 missen per week moeten stichten en die doteren bij goeddunken van deken en kapittel van de capelle opt Hof in den Hage. De collatie en gift van deze capelrij blijft aan Claes voors, 6) Jan moet "die meesters ende cyrurgienen" betalen die de voors. Claes genezen hebben. Deze uitspraak werd gedaan door Wolfard van Borssele, grave van Granpré, Stadhouder Generaal etc, door beide partijen als arbiter aangewezen