1516-10-08 |

Kroniek Hist Gen jg 1848 p 158/Arch 5 Kapittels Utrecht

Jaartallenindex

Hendrik graaf van Nassau, stadhouder, en Raden van Holland verzoeken aan het domkapittel te Utrecht het geestelijk rechtsgeding tegen Aerthe van Zwieten, ter zake van tienden achter Lewenburch, te staken

1487-06-01 |

Kroniek Hist Gen jg 1846 p 88/Arch 5 Kapittels Utrecht

Jaartallenindex

Willem van Ghent, ambtman van de Neder Betuwe, betuigt aan de 5 kapittels te Utrecht, in antwoord op hun verzoek om alle rechtsvorderingen tegen hen te staken, hiertoe eedshalve buiten magte te zijn

1503-04-03 |

Kroniek Hist Gen jg 1846 p 177/Arch 5 Kapittels Utrecht

Jaartallenindex

Raden van Holland, Zeeland en Vriesland verzoeken aan deken en kapittel van den Dom te Utrecht, en aan den deken van West Vriesland, het geestelijk rechtsgeding tegen mr Eelant, pastoor te Medemblik, ter zake van eenige landeryen, te staken, en partyen naar hun gewone rechter te verwijzen

1557-09-12 |

Kroniek Hist Gen jg 1854 p 71/oudste Correctieboek Amsterdam

Jaartallenindex

Sybrant Werps, van Sneek, Pieter Gysbertsz van Byselingen in Zuijt Bevelant, en Hans van Collum in Vriensland, syn op huiden met den zwaarde geexecuteerd, hun lichamen op het read gesteld en hun hoofden op staken gesteld, omdat zij gezond van lichaam gebedeld hebben en de huislieden etenswaren hebben afgepers

presentibus de schout, alle burgemeesters, excepto Gerrit Claesz, alle de scepenen execeptis Jan Harmansz en Frans Teengh

1516-02-27 |

Kroniek Hist Gen jg 1848 p 141/Arch 5 Kapittels Utrecht

Jaartallenindex

Hendrik graaf van Nassau, stadhouder en de Raden van Holland verzoeken, op klagte van Frederik heer van Yselstein, aan deken en kapittel van den Dom te Utrecht, het geestelijk rechtsgeding tegen 46 zyner onderzaten, alle wereldlijke prersonen, wegens schulden te staken. Zij doen aan den proost van Oudmunster hetzelfde verzoek

1561-05-06 |

Inv Arch Kapittel Den Hage regest 688

Jaartallenindex

deken en kapittel van St Marie in den Haghe verzoeken den provisor en deken van Rynland de procedure, voor hen aanhangig gemaakt door Adriaen Dircsz, vleeschouwer (1561-11-26, 1566-01-20, 1569-03-03), tegen heer Cornelis Wesselsz, pastoor der kerk van Coudekerk, te staken wegens de exemptie van het kapittel

met handtekening van de notaris Cornelius de Cappella

1490-11-26 |

Kroniek Hist Gen jg 1846 p 96/Arch 5 Kapittels Utrecht

Jaartallenindex

Jan van Egmond, stadhouder, en Raden van Holland verzoeken aan deken en kapittel ten Dom om heer Geeraert ter Heerenhoeve, kanunnik ten Dom en subconservator van het convent van Bethlehem, zijn rechtsvordering tegen een burger der stad Gorinchem te doen staken, daar deze voor zijn natuurlijke rechter behoort te worden getrokken. Op 1491-01-04 wordt dit verzoek herhaald

1503-07-14 |

Kroniek Hist Gen jg 1846 p 179/Arch 5 Kapittels Utrecht

Jaartallenindex

Jan van Egmond, stadhouder, en Raden van Holland, verzoeken aan de deken van Vriesland het voor hem tegen de priesters der stad Medemblik, door de heer Dirck, geestelijk cureyt buiten die stad, aanhangig gemaakte geding te staken, ter zake van het delen in de vruchten van enige goederen, welke door enige ingezetenen van de stad puijrlike om Godswille aan behoeftige priesters binnen de stad waren geschonken

1501-01-22 |

Kroniek Hist Gen jg 1846 p 144/Arch 5 Kapittels Utrecht

Jaartallenindex

Engelbert van Nassau, stadhouder, verzoekt aan deken en kapittel ten Dom te Utrecht, den heer Geryt ter Heerenhove, die ten verzoeke van het convent van Bethlehem de stad Gorinchem met geestelijk regt had betrokken wegens ½ jaar achterstallige renten, dit rechtsgeding te doen staken, met bedreiging van herhaling, op de goederen des kapittels in het Sticht [beslag te leggen ?] daar de stad voor haar gewone rechter behoort te recht te staan

1495-07-28 |

Kroniek Hist Gen jg 1846 p 107/Arch 5 Kapittels Utrecht

Jaartallenindex

deurwaarder Nagel insinueert aan deken en kapittel ten Dom te Utrecht een brief van aartshertog Maximiliaan, waarbij op een boete van 2000 gouden leeuwen, aan het Domkapittel gelast wordt om alle vervolging met geestelijk recht te staken tegen mr Jan Duijck, poorter van Dordrecht, ter zake eener hem toebehorende visserij in de Lek, strekkende beneden Schoonhoven ten Noorden tot Bolnessersloot, welke visserij hem door de abt van Oostbroek betwist wordt