9 resultaten
Zuijden, van | 1547-01-28
R.A.H. Coll Aanw 517 fol 142/Egmond D
Achternamenindex
Claes Jansz van Zuijden wordt door Lamoraal van Egmond beleend met 3 acker land minus ⅓ deel, hem aanbestorven van zijn vader Jan Jansz Suijden, gelegen in de ban van Sevenhoven, belend zuid: de moeder van Willem Gerritsz, nood: willem Gerritsz c.s., strekkende van de dijk tot aan de Ennip toe; daar Jan Jansz van Zuyden verzuimd had dit leen te verzoeken na dode van zijn moeder Wyntgen Jan Claeszdochter, wordt dit goed gemaakt met 2 Kar gld dubbel verlij
getuigen: mr Pieter van Rotterdam, advocaat, Pieter van Halmale, leenmannen van Holland
1560-12-29 | Tetrode
Coll Aanw 466 fol 96/Leenregister Brederode fol 66
Jaartallenindex
Henrick heer tot Brederode oorkondt: dat alsoe ons kenlicken is bij brieven ons daervan verthoont, dat Floris Bol om goeden getrouwen dienst die hij onsen voorvaderen heeren tot Brederode dicmael gedaen en bewesen heeft ende in grativiteyt ende recompense van dien bij onsen heren ende voorvaderen gegunt en gegeven is seecker lant ende bergen in onsen ban van Tetrode, omtrent de hofstede van Aelbrecht Bol, genaempt "die Piest" ofte "die Riethoorn", om daarin conijnen te planten, in bergen te setten ende weder uijt te vangen tot sijn geliefte, belent noord: Claes Neijenz ende Jan Vranckenz, west: Willem Claes Jacobsz weduwe en Pieter Oeijnic, ende voort van Pieter Oeijnix suytwaert streckende langs die Vollemeer, soe dat beheynt is, om tselve te leen te houden van onsen heren voorsaten tot een onversterfelijk erfleen. Welk leen bij overlijden van jffr. Joost Floris Bollendochter gecomen is aen Ysbrant van Spaernwoude, onsen getrouwen ende lieven bailju ende rentmeester, als haer eenige zoon rechte ende naeste leenvolger, die ons daervan hulde ende manschap gedaen heeft. Om die voors. gift en weldaad te vermeerderen, en ook om dienst wille die Gheryt van Spaernwoude, in leven baljuw van Brederode en rentmeester van wijlen Reynout heer van Brederode en van diens vader wijlen Walraven heer van Brederode, Ysbrands vader, gedaan heeft, geeft hij hem daartoe die duyn en wildernisse daeraen leggende mitter aencleven van dien, soo die nu streckende is oostwaerts van de wal van de Volle meer, linie recht tot het hooghte van der Westerduyn, ende voorts van daeraff suytwaert opgaende tot die naeste hoge duynen dwers duer die laegte tussen beijden gelegen, ghenaemt het Houscken van t Bentvelt, streckende voorts van de voors. hooghste duynen uijten westen oostwaert op tottet Abelen boomken. Ende van daer voorts tot Claes Willemsz Roserts heck, all gelyck datselfde nu mit palen afgescheyden staet tot een eeuwige bepalinge en limite. Met expresse prerogative dat dieghene die duynen gepacht zullen hebben an die zuidzijde leggende van de voors. beleende duynen in de twee naeste croften, den eenen toebehorende Claes Willemsz Rosaert, ende den anderen den erfgenamen van Adam Bol, nijet sullen mogen afsteecken mit lange netten anders dan voir huer bergen, ende dat suijden ende noorden. Te weten dat sij die netten niet en sullen mogen steecken oost ende west, noch zuydoost of noordwest, alsoe dat men buyten t suyden ende noorden niet gaen en sal. Tot een onversterfelijk erfleen
"van die ban van Wyck tot die duyn toe tussen die Houtwech en die Scilpwech" XI 143 | 1539
Heemskerk maatboek inv 56 fol 39v, 63
Maatboek Heemskerk
"van die ban van Wyck tot die duyn toe tussen die Houtwech en die Scilpwech" XI 143
eigenaar: aelmislant
huurder: Heynric Jan Bochters; "en leyt bewechtet" Bouwen Dirksz
160½ roeden "aelmislant ten suijden van Scepelingerbirch"
1561: XI 140
"tussen die Oester- en die Kerkweg van die buert tot noerden" VIII 34 | 1539
Heemskerk maatboek inv 56 fol 30v, 58v
Maatboek Heemskerk
"tussen die Oester- en die Kerkweg van die buert tot noerden" VIII 34
eigenaar: Maerten Claesz
720 roeden "ten suijden van Dirc Gerrit Vrouwen"
1561: VIII 36
"van die ban van Wyck tot die duyn toe tussen die Houtwech en die Scilpwech" XI 98 | 1539
Heemskerk maatboek inv 56 fol 38v, 70v
Maatboek Heemskerk
"van die ban van Wyck tot die duyn toe tussen die Houtwech en die Scilpwech" XI 98
eigenaar: Pieter Bloemen
180 roeden "ten suijden van den ouden dyck"
1561: XI 97
"van die ban van Wyck tot die duyn toe tussen die Houtwech en die Scilpwech" XI 80 | 1539
Heemskerk maatboek inv 56 fol 38, 87
Maatboek Heemskerk
"van die ban van Wyck tot die duyn toe tussen die Houtwech en die Scilpwech" XI 80
eigenaar: Heijnrick Dircksz
479 roeden "een acker ten suijden van den onderdye"
"van die kerkbeek tot Noortdorp, tussen die Kerk- en die Grote Houtweg" IX 110 | 1539
Heemskerk maatboek inv 56 fol 34v, 62
Maatboek Heemskerk
"van die kerkbeek tot Noortdorp, tussen die Kerk- en die Grote Houtweg" IX 110
eigenaar: comen Griets kinderen
huurder: Cornelis Dircsz
856½ roeden (croft) "ten suijden an Cornelissen [= Cornelis Dirksz] huys"
1561: IX 100 deel
"van die ban van Wyck tot die duyn toe tussen die Houtwech en die Scilpwech" XI 150 | 1539
Heemskerk maatboek inv 56 fol 40, 62v
Maatboek Heemskerk
"van die ban van Wyck tot die duyn toe tussen die Houtwech en die Scilpwech" XI 150
eigenaar: comen Grieten kinderen
huurder: Claes Pietertsz
1106 roeden "ten suijden van het huijs ende after het huijs"
1561: XI 146
"van die ban van Wyck tot die duyn toe tussen die Houtwech en die Scilpwech" XI 85 | 1539
Heemskerk maatboek inv 56 fol 38, 60v
Maatboek Heemskerk
"van die ban van Wyck tot die duyn toe tussen die Houtwech en die Scilpwech" XI 85
eigenaar: Maerten Gheritsz
1650 roeden "2 ackers ten suijden van scoutenacker en die cleyne Houtweg"
1561: XI 83