100 resultaten
Ghistelle, van | 1426-03-27
Indices op Brugse poorterboeken p 74
Achternamenindex
Hector, mijns heren Jans van Ghistele, heer van Dudzeele en van Straten, bastaardzoon, wordt poorter van Brugge, "die tandren tijden poortre ghesijn heift"
Kervenem, van | 1433
Kemp p 243; R.A.H. Coll Aanw 102 Arkel fol 14
Achternamenindex
heer Johan van Kervene, ridder, bewoont zijn huis aan het Marktveld te Gorinchem; 1451-04-14 (1450): heer Jan van Kervenhem bezat een huis binnen Gorinchem aan het Marctvelt, in voorleden tijden aan de grafelijkheid gekomen
Cock, de | 1363-09-11
Ned. Leeuw 04 1935 p 109
Achternamenindex
Sweder van Abcoude, heer van Gaesbeek, Putten en Strijen beleent Heinri den Jonghen Melysz met 24 bunder land in de Zwaluwe, die Maes van der Havenen bij tijden waren, en Hoescht Jans Wittenz van Maes vorghe verkregen heeft
Roelof de Coc, ridder, Jan die Moelener Janss, rentmeester v.d. lande van Putte en Stryenen, Jan Aernoutssoen van Abbenbroeke, Heinrich Aernoutssoen van Drenckwaert, Ocker Dirxsoen
1472-08-31 |
Cartul St Jan Haarlem no 1130
Jaartallenindex
Hughe Albout oorkondt dat broeder Pieter van der Beets, prior en pitanciemeester des godshuis van St Jan binnen Haerlem, mij toe ghesproken heeft mit recht hoe dat sekere brieven van hem verdwaelt sien, waermede ic vercoft soude hebben in voirleden tijden sekere pachten totten pitancie behoef des Goedshuus van St Johan binnen Haerlem voorsz, begherende daerom van mij een kennisse desselfden coeps. Hughe bevestig vervolgens dat hij in verleden tijden aan broeder Claes van Schoenhoeven, prior en pitanciemeester, zekere pachten verkocht heeft, jaerlix 4 nob. en 1 Reynaldus gld op sekere stucke lants gheleghen in den banne van Oestroep
1492-09-07 |
Kroniek Hist Gen jg 1846 p 99/Arch 5 Kapittels Utrecht
Jaartallenindex
Joost van Borselen verzoekt aan de Vijf kapittels te Utrecht om zijn kerken van Scaghen, Barsingehorn en Harinchuysen bij den vrydom der syndael [!] - penningen te handhaven als een voorrecht door deze kerken vanaf onheugelijke tijden genoten. Gedaen huis te Schagen, met zijn handtekening
1489-01-02
folio 174v CLV 1486-1489
Transportregister Haarlem
Kerstyn Jan van Scagensdochter met Jan Barwoutsz als voogd lijt dat zij van Adriaen Claesz entfaen heeft de custing van t scip dat hij van zyn zwager Wouter Eyllaertsz tot andere tijden gecoft heeft. Testes: mr Claes van Schoten, Claes Kibbe, Pieter Kifsz [lees: Kijftsz]; 2 Januario
Does, van der | 1483-10-25
R.A.H. Coll Aanw 108 afd Vriesland fol 1v/Reg Max. Philips fol 1
Achternamenindex
Adriaen van Poelgeest wordt na de dood van zijn vader beleend met "de oude Hefsande gelegen tussen Vlyelandt en de nuwe Hefsande met alle nutschippen etc. uytgenomen de zeevanck, daarof hij tot allen tijden onsen rentmeester van Texel tot onser behoef goede bewijsinge of doen sal". Hij maakt de helft van dit goed tot lijftocht voor zijn vrouw Machteld van der Does
1e zijtak
1469-07-07 | Westzaan
G.A. Haarlem Inv I no 1573 Lade S/Arch H. Geest Haarlem; G.A. Haarlem Inv I no 1633/Cartul H. Geest Haarlem fol 137
Jaartallenindex
schepenen in Haerlem oorkonden dat Dirc Voppezoen overgegeven heeft aan de H. Geestmeesters aldaar, alzulke 2 R gld sjaars als hij staande heeft op 2 ½ mat lants gelegen in den ban van Westzaenden, ende hij in voirleden tijden gecoft heeft tegens Pieter Jacopsz die men in der wanderinge hiet Pieter Dijinck (Dinck), zooals de doorstoken brief inhoudt. Transfix dd 1462 op St Pietersdach ad Cathedram
Jacop van Schoten (zegel: gedeeld a) klimmende leeuw), b) kruis) en Willem van Berkenrode, schepenen
1500-04
folio 71 LVIII 1498-1501
Transportregister Haarlem
Cornelis van Dongen lijt dat Lourijs Gijsbrechtsz Huijsman hem voldaan heeft van al alsulcke actie recht eijgendom ende toeseggen als hij heeft of hebben mach an den huis en erf dat hij t anderen tijden gecoft heeft tegens Ymme Michielsdochter, liggende en staande in Gasthuijsstraet op de houck van die Soyerstraet
1500-07
folio 82 LXVI 1498-1501
Transportregister Haarlem
Janne Aerntsdochter met Jan Dircsz de houtzager als voogd, zoe zij haar man Jacob Dircsz tot alle tijden niet werven en mach, lijt schuldig te zijn aan haar vader Aernt Jansz van geleende geld 35 R gld. Van gelijken kent zij aan hoer moeder Baert schuldig te zyn 26 R gld