1552-03-26 |

A.R.A. Inv Arch Mackay van Ophemert regest 75

Jaartallenindex

Oth Wilhemsz oorkondt dat hij verkocht heeft aan Gertruyt van der Lauwick, weduwe Cornelis van Eck, 11 hont land onder Eck op Homout [?] die hij als tijnsgoed hield van Henrick van Eck. Borgen voor de vrijwaring: Henrick Wilhemsz en Wilhem Wilhelmsz

1520 |

R.A. Arnhem Arch Kelnarij Putten Suppl Inv 40a fol 59v, 192a regest 50d

Jaartallenindex

Johan, abt, Martinus, prior, en het gemeen convent van het klooster van Paderborn, oorkonden dat zij wegens de trouwe dienst van Elbert Roversz en zijn vrouw Grete, het horig goed Mansguth gelegen in het kerspel van Niekercken [Nijkerk] in de buurschap tho Korten Hollick, tot een tijnsgoed maken

1533-08-09 |

R.A. Arnhem Arch Kelnarij Putten Suppl Inv 40a fol 60v regest 57c

Jaartallenindex

Johan, abt, Johannes, prior, en het gemeen convent van het klooster St Peter en Pauwels, genaamd Abdinckhoff, te Paderborn, oorkonden dat zij tbv Helmich van Spulde het halve goed den Acker gelegen in het kerspel van Nykercken in de buurschap Appell van de horigheid ontslaan en tot tijnsgoed maken

1533-08-09 |

R.A. Arnhem Arch Kelnarij Putten Suppl Inv 40a fol 61 regest 57d

Jaartallenindex

Johan, abt, Johannes, prior, en het gemeen convent van het klooster St Peter en Pauwels, genaamd Abdinckhoff, te Paderborn, oorkonden dat zij tbv Bernt van Rurlo, Wulf de olde, secretaris te Harderwijck, en de kinderen van Pelgrym van Ynghen het halve goed den Acker, gelegen in het kerspel van Niekercken, in de buurschap Appel, van de horigheid ontslaan en tot tijnsgoed maken

Vecht, over de | 1164-1169~

Oorkbk Sticht Utrecht no 443

Achternamenindex

het kapittel van Oudmunster draagt aan Lambert de A een stuk land te Eiteren over als tijnsgoed

laici: Giselbertus Havese, Ilias en Walterus de A, Wilhelmus de Schalcwig, Heinricus en Hugo ultra Veht

Schalkwijk, van | 1164-1169~

Oorkbk Sticht Utrecht no 443

Achternamenindex

het kapittel van Oudmunster draagt aan Lambert de A een stuk land te Eiteren als tijnsgoed over, onder de getuigen: Wilhelmus de Schalcwig

Lodensteyn, van | 1443-09-23

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 427v

Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Evert van Loedensteijn maakt tot lijftocht voor zijn moeder Mergriet Geryt Duwersdochter, al het leengoed en tijnsgoed dat hij van de abdij heeft

mannen van leen: Henric Jansz, Goesen van Schayc; tijnsgenoten: Mercelis Claesz, Jan de Wolf

Lodensteyn, van | 1468-03-16

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 183

Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: heer Reijer van Lodensteyn, priester, droeg op 1) een maet land in het kerspel van Zoes, hof- en tijnsgoed, zuid: Dirc Mutse, zeewaarts: Rutger Goede Scaelsz.z, strekkende van Jacob Fijenz camp tot aan de Grote Saijmaet toe, 2) 2 campen land, ook tijnsgoed, west: de gemene wech, noord: Rutger Scaell, zuid: Dirc Mutse, oost: Gysbert van Lodensteijn; vervolgens wordt dit goed verleend aan het clerchuse en gemeen convent van St Jan tot Amersfoort, hulde en eed doet Aelbert Dirc Petersz

tijnsgenoten: Claes Jacobsz, mr Jacob Smit, mannen: Peter Dier, Alfert Ruysch

Eynde, an gen | 1540~

Quellen Stift Xanten p 544

Achternamenindex

tijnsgoed van de curtis Essmer: van 7 morgen lychtzlantz bij Haelen word schut up dat broick, is betimmert myt eynre kaytstede, is geldende tho thyns 18d, daer an behandt Gordt angen Indt tho Haelen und Beel syn huysfrouw

Borre | 1423-03-15

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 124

Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: abt, monniken en capittelaers van St Paulus zetten, met consent van de bisschop, alle hofgoed en tijnsgoed gelegen in den kerspel van Loesden, Zoes, de buerscap van Heze en op Zeyster Oever, om in onversterfelijke erflenen; Jan Borre Claes Bannenz draagt op een hoeve land gelegen in de maelscap van Weede en van Emminglaer in het kerspel van Loesden, geheten Lienlaer, met alle toebehoren, tijnsgoed, en vervolgens ontvangt Jan het in onversterfelijk erfleen. "Dese hoeve heeft Margriet Jan Bannenwijf half ontfangen Pelgrimsdochter. Ende des brief staet over dat 3e blat"

tijnsgenoten: Jan van Amerongen, Johan Lambertsz; voor leenmannen: Geryt Zoes, Gijsbert Godscalc, Gerrit Petersz; Gheryt van Damassche, abt, Jan Binmaert, prior, Florens van Zevenhuysen, Geryt van Amersoyen, Willam uijten Hage en Jan Taers, monniken en capittelaers van St Paulus