2 resultaten
1578-10-03 |
Arch Marquette 584 K
Jaartallenindex
leen van Heemskerk te Schellinckhout: verklaring van het gerecht van de steede Schellinckhout en volmacht op Pieter Meynerts op het leen te verheffen voor Lijsbeth Claesz etc; 1578-10-05: wij Margarete Princesse, gravinne tot Arenberghe, geboeren gravinne van der Marck, vrouwe tot Barbançon, Sevenbergen, Oesthuysen, vrouwe van den huyze van Heemskerck etc, door Pieter Foppens, wonende tot Schellinckhout, op Peter Meinertsz tot Boekarspel, voor Elias de Haes als stadhouder, Willem Cornelisz, leenman van de abdij van Egmond en Maerten Claesz, leenman van den huyze van Assendelft, in absentie van onse leenmannen; 1504-12-20: ik Joost van Oudaen als gemachtigt van heer Cornelis van Bergen heer tot Zevenberge etc verleene Caterijne Claesdochter van Zaenen (betreft leen te Schellinckhout) (vgl 1612-05-28)
1509-07-02 | Assendelft
Arch Marquette no 1106/Cartul Assumburg no 84; Arch Marquette no 34
Jaartallenindex
Johanna van Haduwij (andere akte: Haelwijn), vrouwe van Wassenaer, geauctoriseerde voecht bij den Hove van Hollandt Johans van Wassenaer bruchgrave tot Leyden, ons zoons, oorkondt "dat alsoe bij wanversouck an ons ghecomen is die smaeltienden leggende in den ban en heerlijkheid van Assendelft, dat is te weten van elck calf dat aldair verschynt ende valt een deut, soe hebben wij behoudelick ons ende eenen yegelycken zijns rechts, die voorsz. smalthiende weder verlyt ende verleent, verlije ende verleene Gherit heer tot Assendelft, te houden van ons ende van onsen nacomelingen tot zulck recht ende leen voert in alle manieren als heer Claes heer van Assendelft ende van Goudriaen, ridder, zijnen vader, die van ons ende van onsen voorvaders te houden plach". In dorso: "Assendelft" en "no 72"
voor leenmannen: meester Gherit van der Mije en Floris van der Mije