1 resultaten
1532-11-17 |
R.A.H. Coll Aanw 119 Caput Zeeland, Voorne fol 81
Jaartallenindex
Karel oorkondt dat voor zijn stadhouder van lenen Gerryt van Speerwou als gemachtigde van jhr Hendrick broeder tot Montfoort, tonende zekere brieven van octrooi dd 1526-05-05, en zekere brieve van instrumente ende makinge dd 1529-02-20, mitsgaders zekere opene brieve van verlief, daermede wij den voors. jhr Heyndrick omme die redenen daerinne verclaert, gereleveert hebben dat hij achtervolgende de voors. brieven van octrooi en brieven van maeckinge daarop gevolcht sijn verlij binnen behoorlycken tyde niet genomen hebben. Soe ist dat wij den voors. jhr Heyndrick broeder te Montfoort na dode en makinge van zijn moeder vrouwe Charlote van Brederoede in haar leven vrouwe douaigiere van Montfoort, beleend hebben met de navolgende leengoeden: 1) dat huijs tot Abbenbrouck met ¾ deel van de heerlijkheid van Abbenbroek en van de tienden, visserijen, vogelrijen, 2) half die heerscappie van Velgersdyk, in hoge- en lage, met ½ van de tienden aldaar, leen van Putten. Voor jhr Hendrik doet Geerit van Speerwou als zijn gemachtigde de eed
Jacob Adriaensz v.d. Wyele, schout van den Hage, Cornelis Barthout Jansz, mr Jan Plumeon, leenmannen